1 oktober 2020

1A
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 6 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

1A

Slide 1 - Diapositive

Les devoirs
Faire (maken)
Bestudeer grammaire H. Daarna mag je alvast ex. 31 proberen te maken
Leren voor MO:
Vocabulaire BE 
 - grammaire C (être) - grammaire F (les nombres)

Slide 2 - Diapositive

Kijk zelf ex. 25 na (tijdens MO's)
1. C
2. E
3. D
4. F
5. A
6. H
7. B
8. G

Slide 3 - Diapositive

Vocabulaire F

Slide 4 - Diapositive

Ex. 26
A
  • Tu as quel âge?


B
  • J'ai douze ans.

  • Quel est ton numéro de téléphone?

  • C'est le ...

  • zéro six - douze - etc.

Slide 5 - Diapositive

Ex. 26





    • Schrijf het gesprekje uit in je schrift --> 3 min
    • Gesprekje voeren


    timer
    3:00

    Slide 6 - Diapositive

    Slide 7 - Diapositive

    r
    rr

    • Ex. 27 samen lezen en maken






    • Begin zelf aan ex. 27, 28, 29, (30*)
    • We gaan 27 zometeen nakijken


    Klaar? 
    Maken: WB p. 34 & 35 --> tâche  étape 2, 3, 4 (hoeft nog niet af)

    Of ga leren: vocabulaire ABEF - gr C - bron F


    timer
    10:00

    Slide 8 - Diapositive

    Corriger ex. 27
    27a
    1. Buitenrit te paard
    2. op de manege
    3. buiten in de natuur, in de Camargue
    27b
    Céline komt bij de manege. Ze is op zoek naar Christophe de begeleider. Ze vraagt aan de jongen of hij weet waar Christophe is. Volgens de jongen is Christophe in de stal van (1) Snow. De jongen laat aan Céline haar paard zien. Het is een (2) fel paard dat Snow heet. Ze gaan met een hele groep weg. Onderweg zien ze wilde dieren. Céline is (3) heel blij met haar paard. Céline raakt de groep kwijt omdat haar paard (4) te snel gaat. Ze belt Christophe op. Céline schrikt als ze een stier tegenkomt. 
    Uiteindelijk is Céline (5) heel tevreden over haar buitenrit. 
    27c
    1. Diablo
    2. rustig
    3. niet blij
    4. te langzaam
    5. niet tevreden


    Slide 9 - Diapositive

    0

    Slide 10 - Vidéo

    4

    Slide 11 - Vidéo

    00:19
    .... woorden krijgen het lidwoord "le"
    A
    vrouwelijke
    B
    mannelijke

    Slide 12 - Quiz

    00:28
    Het lidwoord "la" is voor ... zelfstandig naamwoorden

    Slide 13 - Question ouverte

    00:36
    Het lidwoord "les" gebruik je voor een zelfstandig naamwoord in het ...
    A
    enkelvoud
    B
    meervoud

    Slide 14 - Quiz

    00:46
    Wanneer krijg je het lidwoord " l' " ?

    Slide 15 - Carte mentale

    1

    Slide 16 - Vidéo

    00:53
    Vul het juiste lidwoord in:
    ... papa
    ... maman
    ... enfant
    ... parents

    Slide 17 - Question ouverte

    Les devoirs








    Donderdag 8 oktober: SO Chapitre 1: vocabulaire ABE - grammaire C (être) - bron F (les nombres t/m 20)
    Faire (maken)
    27, 28, 29
    Bestudeer grammaire H. Daarna mag je alvast ex. 31 proberen te maken
    Leren voor MO:
    Vocabulaire BE 
     - grammaire C (être) - grammaire F (les nombres)

    Slide 18 - Diapositive

    Ex. 23c
    Getallenbingo

    • Kies 9 getallen uit (0 t/m 20)
    • Vul de hokjes met de 9 getallen
    • Als je het getal hoort, streep je het getal door
    • Als je alles hebt doorgestreept, zeg je bingo!

    • Attention: je moet daarna oplezen welke getallen je hebt gehoord (en français bien sûr!)

    Slide 19 - Diapositive

    1C

    Slide 20 - Diapositive

    Les devoirs








    Donderdag 8 oktober: SO Chapitre 1: vocabulaire ABE - grammaire C (être) - bron F (les nombres t/m 20)
    Faire (maken)
    27, 28, 29
    Bestudeer grammaire H. Daarna mag je alvast ex. 31 proberen te maken
    Leren voor MO:
    Vocabulaire BE 
     - grammaire C (être) - grammaire F (les nombres)

    Slide 21 - Diapositive

    r
    rr

    • Ex. 27b samen afmaken






    • Zelf verder werken aan ex. 27, 28, 29, (30*)
    • We gaan zometeen nakijken


    Klaar? 
    Maken: WB p. 34 & 35 --> tâche  étape 2, 3, 4 (hoeft nog niet af)

    Of ga leren: vocabulaire ABEF - gr C - bron F


    timer
    10:00

    Slide 22 - Diapositive

    Corriger ex. 27
    27a
    1. Buitenrit te paard
    2. op de manege
    3. buiten in de natuur, in de Camargue
    27b
    Céline komt bij de manege. Ze is op zoek naar Christophe de begeleider. Ze vraagt aan de jongen of hij weet waar Christophe is. Volgens de jongen is Christophe in de stal van (1) Snow. De jongen laat aan Céline haar paard zien. Het is een (2) fel paard dat Snow heet. Ze gaan met een hele groep weg. Onderweg zien ze wilde dieren. Céline is (3) heel blij met haar paard. Céline raakt de groep kwijt omdat haar paard (4) te snel gaat. Ze belt Christophe op. Céline schrikt als ze een stier tegenkomt. 
    Uiteindelijk is Céline (5) heel tevreden over haar buitenrit. 
    27c
    1. Diablo
    2. rustig
    3. niet blij
    4. te langzaam
    5. niet tevreden


    Slide 23 - Diapositive

    Slide 24 - Vidéo

    4

    Slide 25 - Vidéo

    00:19
    .... woorden krijgen het lidwoord "le"
    A
    vrouwelijke
    B
    mannelijke

    Slide 26 - Quiz

    00:28
    Het lidwoord "la" is voor ... zelfstandig naamwoorden

    Slide 27 - Question ouverte

    00:36
    Het lidwoord "les" gebruik je voor een zelfstandig naamwoord in het ...
    A
    enkelvoud
    B
    meervoud

    Slide 28 - Quiz

    00:46
    Wanneer krijg je het lidwoord " l' " ?

    Slide 29 - Carte mentale

    1

    Slide 30 - Vidéo

    00:53
    Vul het juiste lidwoord in:
    ... papa
    ... maman
    ... enfant
    ... parents

    Slide 31 - Question ouverte

    Les devoirs








    Donderdag 8 oktober: SO Chapitre 1: vocabulaire ABE - grammaire C (être) - bron F (les nombres t/m 20)
    Faire (maken)
    27, 28, 29
    Bestudeer grammaire H. Daarna mag je alvast ex. 31 proberen te maken
    Leren voor MO:
    Vocabulaire BE 
     - grammaire C (être) - grammaire F (les nombres)

    Slide 32 - Diapositive