Religie deelopdracht 7

Religie 
Deelopdracht 7
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

Religie 
Deelopdracht 7

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lesdoelen:
In eigen woorden de verschillende geloven kunnen uitleggen

In eigen woorden kunnen uitleggen waarom kennis over geloven van belang kan zijn in de zorg.



Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welke religie heb je/ waar geloof jij in?

Slide 3 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Quiz 
Afsluiting van de uitgewerkte deelopdrachten bij voeding 7


Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat betekent volgens jou het woord 'religie'?

Slide 5 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

'Religie'
= komt van het Latijn 'relegere': nauwgezet in acht nemen, overdoen, herlezen, goed binden of verplichten. Naleven van een religieuze plicht.
= een vorm van zingeving, een manier om betekenisvolle verbindingen in het leven aan te brengen.
= staat meestal een opperwezen, God of hogere macht centraal

Slide 6 - Diapositive

Onder religie (van het Latijnse religio) wordt gewoonlijk een van de vele vormen van zingeving, of het zoeken naar betekenisvolle verbindingen, verstaan, waarbij meestal een hogere macht, opperwezen of god centraal staat.
In bredere zin duidt het woord 'religie' op een algemenere vorm van spiritualiteit, gevoelens, gedachten met betrekking tot de zin van het leven. Deze religiositeit kan al dan niet beschouwd worden in relatie tot een macht, of manifestaties van een macht, of een (bewust) niet nader gedefinieerd beginsel, essentie of entiteit. Het gaat daarom dus niet per se om een identiteit, een persoon.
Vaak ook wordt de term 'geloof' gebruikt. In monotheïstische religies wordt ook het specifiekere begrip 'godsdienst' gebruikt; men gelooft niet alleen in de godheid maar dient hem/haar ook. Bij polytheïstische religies spreekt men over een 'godendom'. Dat wordt ook vaak gediend, bijvoorbeeld door het brengen van offers.

Wat is God?

Slide 7 - Carte mentale

Koppelen aan deze vraag: Vandaag gaan we het hebben over 'onze godsbeelden'. Gegeven dat de beelden van God altijd onze beelden van God zijn, is het interessant om te kijken wat we ons allemaal voorstellen als we ons God voorstellen.
GOD?
Betekenis: Eeuwig, Oneindig & Aanbeden

Slide 8 - Diapositive

Over het algemeen is God een begrip voor een bovenmenselijke instantie die eeuwig en oneindig is, en aanbeden wordt. 
Er is één persoon in zowel het Jodendom, Christendom als Islam die heel belangrijk is.
Hij wordt ook wel de stichter van deze religies genoemd. 

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe heet deze persoon?
A
Abraham
B
Avraham
C
Ibrahim
D
Alle drie antwoorden zijn goed

Slide 10 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zie je hier?

Slide 11 - Carte mentale

Koppel het aan een geloof. Adams schepping door God van Michelangelo (1511). Hier zien we God zoals we hem vaak in westen verbeelden.
Het kruis is het symbool van
het jodendom
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Islam
Christendom
Jodendom
Hindoeisme
Boedisme

Slide 13 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Waar ter wereld is het Christendom het grootste geloof...

Slide 14 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem een land
waar het Islamitisch geloof een grote rol speelt

Slide 15 - Carte mentale

De islamitische wereld valt niet samen met de Arabische wereld. De hartlanden van de islam bestaan uit het Arabisch Schiereiland (Saoedi-Arabië, Bahrein, Qatar, de Verenigde Arabische Emiraten, Oman en Jemen), de Levant (Syrië, Libanon, Palestina en Jordanië), Perzië (Iran) en Mesopotamië (Irak en Koeweit).

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Zou kennis van religie
van belang zijn in de zorg?

Slide 17 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Culturen en Religie
Christendom / Katholicisme 
Christendom
  • Thuis of rouwcentrum
  • Begrafenis binnen drie en vijf dagen na overlijden
  • Moment om nog één keer afscheid te nemen
  • Meestal begraven


Katholicisme 
  • Bediend --> gods nabijheid
  • De avond voor de uitvaart een avondwake
  • Cremeren of begraven

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Boeddhisme + Hindoeïsme
Boeddhisme:
  • Reïncarnatie 
  • Cremeren
  • bidden 49 dagen durende begrafenisperiode  --helpend bij Reïncarnatie 

Hindoeïsme
  • Bevrijding van het lichaam --> Lichaam wordt verbrand
  • Rouwplechtigheden duurt 12 dagen
  • Kinderen mogen niet trouwen het eerste jaar na het overlijden --> afgesloten met een herrineringsmaaltijd

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Islam + Jodendom
Islam:
  • De overledene wordt eerst gewassen
  • Rein zijn voor Allah
  • Linnen doek 
  • De voeten richting Mekkah
  • Veertig dagen rouwperiode - afsluitng feest

Jodendom:
  • Overledene is met de aarde verbonen (Begrafenis)
  • Zo snel mogelijk de begrafenis
  • Scheur in kleding --> teken van rouw
  • Recht om te leven en recht om te sterven 

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Op de sabbat (zaterdag) gaan de joden naar hun eigen kerk en dat is de synagoge.
A
juist
B
onjuist

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

0

Slide 22 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Kun je makkelijk joods worden?
A
Nee
B
Ja

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noem je de ster die ook in de Israëlische vlag zit?
A
Chanoeka
B
Vijfpuntige ster
C
Davidster
D
Pesach

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 25 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions






In het jaar 2000 v. Chr. ontstaat het Jodendom, rond het jaar 0 het Christendom en in de 7e eeuw na Chr. de Islam.

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

In het Jodendom en de Islam is het streng verboden om God af te beelden
A
juist
B
onjuist

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 28 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Iemand die Katholiek is, is Christelijk en iemand die Protestants is, is ook Christelijk.
A
juist
B
onjuist

Slide 29 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat blijft je bij van deze les?

Slide 30 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Einde van de les...
Vragen???

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions