Theme 7 Week 2

Here we go again! 
Week 24 ( 09-06 / 15-06)

- Reading; Street food secrets
- Listening/Watching (doen we op school)
- Much and many
- Reading: What to eat? 

1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Here we go again! 
Week 24 ( 09-06 / 15-06)

- Reading; Street food secrets
- Listening/Watching (doen we op school)
- Much and many
- Reading: What to eat? 

Slide 1 - Diapositive

Wat is Street food
volgens jou?

Slide 2 - Carte mentale

Streetfood is.....
Streetfood staat voor alles dat we bereiden wat direct klaar is om te eten, te drinken of te verkopen. Uiteraard kun je streetfood op de straat kopen of aanbieden, maar je vindt het daarnaast bijvoorbeeld in de verschillende stands op pleinen en langs de weg. 

Slide 3 - Diapositive

Read: Streetfood secrets
Streetfood secrets: blz. 107 TB
Opdr. 5,6,7 (blz. 73+74 WB)

Slide 4 - Diapositive

Much and Many
Grammar 20 (blz. 113 TB)

Slide 5 - Diapositive

Much and many
Much en many gebruik je om te zeggen dat er 'veel' van iets is. 

Much --> gebruik je bij dingen die je niet kunt tellen.
vb. Take as much time as you need.

Many--> gebruik je voor meervouden die je wel kunt tellen.
vb. There are many restaurants in town.

Slide 6 - Diapositive

We have ... oranges.
A
much
B
many

Slide 7 - Quiz

C3. 1 There were too _____ people !
2 Do you use ______ electricity?

A
1 en 2 zijn much
B
1 is many, 2 is much
C
1 is much, 2 is many
D
1 en 2 zijn many

Slide 8 - Quiz

How ... is this? It's ten dollars.
A
many
B
much

Slide 9 - Quiz

Much en many betekenen in het Nederlands?
A
veel
B
weinig
C
minder
D
niets

Slide 10 - Quiz

Wanneer gebruiken we "much" en wanneer "many"?
A
Many gebruiken we voor ontelbare dingen en much voor telbare.
B
We gebruiken ze allebei voor telbare dingen.
C
Much gebruiken ontelbare dingen en many voor telbare dingen.

Slide 11 - Quiz

Snap je het verschil tussen MUCH en MANY? Ben je in staat dit toe te passen in een Engelse zin? Weet je wat deze woorden betekenen?
A
Ja!
B
Wel als ik het nog een keertje door lees.
C
Ik wil graag nog eens samen oefenen.
D
Helemaal niet.

Slide 12 - Quiz

Listening, Dinner is on me.


Doen we in de les op school:
Opdr. 15+16

Slide 13 - Diapositive

Reading..
What to eat on mars... 
(blz. 110 TB)

opdr. 17, 18, 19 (blz. 79+80 TB)

Slide 14 - Diapositive

GIMKIT LAST THEMES
If there is time we''ll do a gimkit. If not - next time.

Slide 15 - Diapositive

Weektaak:
Donderdag: 
Maken: opdr. 5,6,7 (blz. 73+74 WB) + opdr. 24 (blz. 83 WB)
Lezen/leren: - Stone 18+19 (blz. 108 + 112 TB) + Vocab THeme 7.
Maandag: 
maken: opdr. 17,18,19 (blz. 79+80 WB) + opdr. 25 (blz. 83 WB)
Leren/lezen: Vocab THeme 7 (A t/m D) + Stone 18+19

Slide 16 - Diapositive