Theme 1.4 Simple Present Tense

• Engels
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Welcome to English!

Lesson goals

• I understand and can use the present simple tense.

Aan het einde van de les:

 * kun je de Present Simple (tegenwoordige tijd)

goed gebruiken,

* de SHIT-rule toepassen

* en ook vragen maken op een goede manier

apps.noordhoff.nl

Present Simple 

• Wanneer gebruik je de Present Simple?

• Hoe maak je de Present Simple? 

Present Simple 

• Wanneer gebruik je de Present Simple?

Je gebruikt de Present Simple bij:

FEITEN

GEWOONTEN

REGELMATIGHEDEN

Present Simple 

• Hoe maak je de Present Simple?  
• I/you/we/they   +    ww
• She/he/it            +    ww +s 

Present Simple = Tegenwoordige Tijd

ik fiets 

we praten

jullie schrijven

zij studeren

I cycle 

we talk

you write

they study

Present Simple = Tegenwoordige Tijd

hij eet

zij bevriest

het vliegt

he eatS

she freezES

it flies

Tegenwoordige tijd 

Wanneer?	Hoe?	Spelling	signaal woorden
- feiten - gewoonten - regelmatige gebeurtenissen	I / you / we / they werkwoord she / he / it werkwoord + s	eindigt in 's' klank = + es kiss/ kiss es watch/ watch es klinker+y = +s buy/buy s medeklinker+y y wordt ies fly/fl ies	every always never sometimes often frequently usually

Tegenwoordige Tijd 

to be: I am a teacher. She is a student. They are students. 

to read: I read a book. She reads a book. They read books. 

to watch: I watch TV. She watches TV. They watch TV. 

to study: I study English. She studies English. They study English. 

SHIT REGEL - He-She- It    ww+ -S 

SHIT

She

He

IT

bij He/She/IT 

werkwoord

werkwoord eindigend op S-klank

sh/ch/x/s 

werkwoord eindigend op y-klank  

(als er een medeklinker voor de 'y' staat)

-S

-ES

-IES

Korte herhaling

Present Simple:

he, she, it + werkwoord+s

I, we, you, they  + hele werkwoord

Uitzondering in spelling:

werkwoord eindigt op s-klank: werkwoord +es

wash - washes, box -boxes, pass - passes etc....

Werkwoord eindigt op medeklinker + y: y wordt -ies

cry - cries, fly-flies, dry - dries etc....

Present simple
He ..... (call) me every morning.

1. call
2. calls

Present simple
It ....... (start) in 10 minutes.

1. start
2. starts

Present simple
We often ........... (talk) about our holiday.

1. talk
2. talks

Present simple
I never ....... (wear) this dress to school.

1. wear
2. wears

Present simple
They ...... (visit) us every summer.

1. visit
2. visits

• Do 1.1.B in Learnbeat

create.kahoot.it

dashboard.blooket.com

I can use present simple.

😒🙁😐🙂😃