Herhaling - les 2

• Natuurkunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Lesplanning

1. Vragenrondje
2. Korte herhaling §7.4
3. Oefentoets maken
4. Kahoot H7

Vragen

Elastische en plastische vervorming

Spanning in een materiaal

De trekspanning is de kracht per mm² 

σ=​A​​F​​

σ is de spanning in N/mm²

F is de kracht in N

A is het oppervlakte in mm²

In de poten van een stoel werken....

1. drukkrachten
2. trekkrachten
3. paardekrachten
4. geen krachten

Trekkracht en drukkracht zijn materiaaleigenschappen.

1. Waar
2. Niet waar

Welke grootheid hoort bij sigma?

σ

1. Trekkracht/drukkracht
2. Treksterkte/druksterkte
3. N/mm²
4. Newton

Een metalen staaf heeft een diameter van 5 mm, wat is het oppervlak van de doorsnede?

1. 78,5 mm²
2. 78,5 cm²
3. 19,6 mm²
4. 19,6 cm²

Je vervangt de poot van de brug door een paal
met een kleinere diameter. Wat gebeurt er
met de drukkracht die werkt in de paal?

1. Het oppervlak van de doorsnede wordt kleiner, dus de druk wordt ook kleiner
2. Het oppervlak van de doorsnede wordt kleiner, dus de druk wordt groter
3. De druk veranderd niet, want de brug er boven weegt nog steeds even veel

Als een materiaal grote trekkrachten kan hebben, kan het ook grote drukkrachten hebben.

1. waar
2. niet waar

Na de vloeigrens komt het
materiaal weer terug in zijn
originele vorm.

1. waar
2. niet waar

Een stalen staafje met een doorsnede van 10 mm bij 5 mm. Staal heeft een trekspanning van 850 N/mm². Wat is de maximale trekkracht in de staaf?

Oefentoets

Individueel, in stilte

Kijk goed na, stel je vragen.

Kahoot

Treksterkte

Bepaal de treksterkte van een elastiekje. Oppervlakte geven

Vragen?!

Zelfstandig voorbereiden toetsweek

• Oefentoets boek vraag 12 t/m 15
• Oefentoets classroom
• Zeer korte samenvatting maken
• Opgaven boek nogmaals maken

Een ronde betonnen paal (diameter = 20 mm) kan een maximale drukkracht dragen van 280.000 N. Wat is de drukspanning in de paal?

1. 14.000 N/mm²
2. 28.000 N/mm²
3. 222,8 N/mm²
4. 891,3 N/mm³

Oefenopgave

Een stuk kaarsvet (ρ = 0,85 g/cm³) heeft een volume van 0,12 dm³. 

Aan het stuk kaarsvet word 2320 J warmte toegevoegd.
De soortelijke warmte van het kaarsvet is 2,1 J/g⁰C

Bereken de temperatuurstijging van het kaarsvet. 

Van groot naar klein

Je krijgt een setje opgaven. In viertallen leg je kaartjes op volgorde van kleinste naar grootste uitkomst (van de vraag die op het kaartje staat). 

Welk groepje kan de meeste setjes voltooien?