Arbeid H3.1 & 3.2

• Economie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Welkom

4 vwo ECONOMIE  ||  2021-2022

H3 Werkgelegenheid

Programma

• Vorige les
• Lesdoelen
• Theorie
• Aan de slag
• Evaluatie

Lesdoelen

Aan het einde van de les

• Kun je rekenen met afzet, prijzen, loonkosten, overige kosten, winst en arbeidsproductiviteit. 
• De relatie uitleggen tussen arbeidsproductiviteit en werkgelegenheid
  
• Verklaren welke factoren de werkgelegenheid verklaren. 
• Verschil breedte en diepte-investeringen uitleggen
  

Werkgelegenheid = vraag naar arbeid

vraag naar arbeid bestaat uit:

* vacatures

* werkgelegenheid

vraag naar arbeid wordt uitgeoefend door:

* bedrijven

* overheid

wanneer wordt een nieuwe werknemer aangenomen?

* als de werknemer meer oplevert dan dat hij/zij/het kost dus:

* als de loonkosten voor de werkgever lager zijn dan de opbrengst waarbij:

• loonkosten = arbeidskosten
• opbrengst = arbeidsproductiviteit (productie van en werknemer in een bepaalde periode) PPPPP, wordt uitgedrukt in geld
  

Waardoor zal de arbeidsproductiviteit in een bedrijf kunnen toenemen? Kies 1 of meerdere antwoorden.

1. Als bedrijf langer open is
2. Als werknemers langer moeten werken
3. Als er snellere machines komen
4. Door specialisatie

Wat is de formule van de werkgelegenheid?

BBP stijgt 10%. Werkgelegenheid 5%. Wat gebeurt er met arbeidsproductiviteit?

1. Stijgt 2,0%
2. Stijgt 4,8%
3. Stijgt 5,0%
4. Stijgt 15,8%

formules

apt = productie

            werkgelegenheid

werkgelegenheid = productie

                                          apt

waarbij productie kan zijn per bedrijf of per land (=BBP)

Nu weet je wat arbeidsproductiviteit betekent (hierna afgekort als apt).
Hoe bereken je de loonkosten per product? Stel de formule op...

Loonkosten per product

Stijging lonen --> hogere loonkosten per product. 

Productie kan onrendabel (verliesgevend) worden. 

Wat kan er gedaan worden om de productie weer rendabel te krijgen?

Aan de slag!

Maken 3.1 t/m 3.8