Planten basisstof 3

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 4

Startopdracht

Schrijf in je schrift de blauwe woorden op van 9.3

Schrijf daarachter de betekenis

Basisstof 3 Glucose als grondstof

Waar gaat deze bassistof over?

• Energierijke en energiearme stoffen
  
• Fotosynthese en verbranding
  
• De vorming van energierijke stoffen
  
• De functie van assimilatieproducten

Leerdoelen

• Je kunt beschrijven onder welke omstandigheden fotosynthese en verbranding plaatsvinden.
  
• Je kunt aangeven welke stoffen een plant kan maken uit de grondstof glucose en wat de functies zijn van deze stoffen.

Inleiding 

Een plant heeft koolstofdioxide, mineralen en water nodig. Hiermee kan de plant eiwitten, koolhydraten, vetten en vitaminen maken. Dat is handig voor de plant, maar ook voor de mens en andere organismen.

Energiearm/rijke stoffen 

Energiearme stoffen

- koolstofdioxide, water, mineralen.

Energierijke stoffen

- Koolhydraten (glucose), eiwitten, vetten

Bomen: 

-houtstof --> houtstof is energierijk (bevat glucose)

FOTOSYNTHESE

Fotosynthese

Hoe maakt een plant glucose?

Bladgroenkorrels --> fotosynthese

Wanneer :  In het licht vinden fotosynthese en verbranding plaats.

Nodig voor fotosynthese:

1. Koolstofdioxide
2. Water
3. Zonlicht

Producten van fotosynthese:

1. Glucose
2. Zuurstof

Energie maken

Energie maken

Glucose opslag --> voeding 

Hoe vind verbranding plaats in een plant ?

In alle cellen van een plant  --> Verbranding 

Wanneer: In het donker vindt alleen verbranding plaats._

Nodig voor Verbranding:

1. Glucose ( die gemaakt is door fotosynthese) 
2. Zuurstof

Producten van Verbranding:

1. Koolstofdioxide
2. Water 
3. Energie vrij

Organismes

Eten energie 

Koolhydraten, eiwitten, vetten

Verbranden energie 

De functie van assimilatieproducten

• Brandstoffen
• Bouwstoffen 
• Reservestoffen 

Brandstoffen 

Brandstoffen worden verbruikt bij de verbranding. Vooral glucose is een belangrijke brandstof. De glucose die niet als brandstof nodig is, wordt gebruikt voor de assimilatie van andere stoffen.

Bouwstoffen 

Bouwstoffen worden gebruikt bij de vorming van cellen en weefsels (voor opbouw en herstel). Eiwitten zijn bijvoorbeeld nodig voor de vorming van DNA en cellulose is nodig voor de vorming van celwanden.

Reservestoffen

Reservestoffen, vooral zetmeel, worden opgeslagen voor later.

Huiswerk

• Lezen basisstof 3
• Maken opdrachten basisstof 3, opdracht 1 t/m 8