2.3 Patronen: de politieke en sociale wereldkaart

2.3 Patronen: De politieke en sociale wereldkaart

H2 Wereldbeeld

1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

2.3 Patronen: De politieke en sociale wereldkaart

H2 Wereldbeeld

Slide 1 - Diapositive

Noteer 4 mogelijke redenen die kunnen verklaren waarom sommige gebieden dunbevolkt zijn

Slide 2 - Question ouverte

De bevolkingsdichtheid =...
A
gem. aantal inwoners per vierkante meter
B
gem. aantal inwoners in een stad
C
gem. aantal inwoners per vierkante km
D
De manier waarop de bevolking is verdeeld

Slide 3 - Quiz

Lesdoelen
Je leert:
-aan de hand van politieke indicatoren tot een indeling van de wereld komen;
-het democratisch gehalte van een land beoordelen;
-verklaren waarom (groepen) landen samenwerkingsverbanden aangaan;
uitleggen waarom goed onderwijs het ontwikkelingspeil van een land kan bevorderen. 









Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Lien

Waar gaat deze kwestie over?
Noem 1 begrip. Denk aardrijkskundig.

Slide 7 - Carte mentale

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

Soevereine staat
  • Mag als enige macht uitoefenen over bevolking en grondgebied
  • 2022: 195 staten


Slide 10 - Diapositive

Politiek stelsel
Verschillende manieren van besturen:
  • Democratie: vrije verkiezingen (Nederland)
  • Beperkte democratie: gecontroleerde verkiezingen (Wit-Rusland)??? 
  • Dictatuur: autoritair bestuurd (N-Korea)

Slide 11 - Diapositive

Met de democratie index meet je het democratisch gehalte.
Hierin zijn de ... opgenomen
A
mensenrechten
B
inkomens
C
belastingswetten
D
emancipatie regels

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Diapositive

Een land kan lid worden van de EU als het een democratie is.
Maar wat is een democratie?
A
De koning regeert en maakt de wetten
B
Het kabinet regeert en maakt alle wetten
C
De Tweede Kamer maakt alle wetten en kiezen de regering.
D
Het volk kiest zijn vertegenwoordigers en die besturen het land

Slide 14 - Quiz

In China is er sprake van een democratie.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Vidéo

Ontwikkelingen sinds 1990
  1. Sinds 1990 neemt aantal democratische landen toe.
  2. Het democratisch gehalte in rijke landen is in het algemeen hoger dan in arme landen.
  3. Onderwijs kan bijdragen aan het democratisch gehalte van een land.

Slide 17 - Diapositive

Bestuurskracht
  • Zwakke staten: gezag niet in hele land -> Verschillende etnische en religieuze groeperingen.

  • 'Failed states'

Slide 18 - Diapositive

Zijn deze kaarten objectief?

Slide 19 - Diapositive

Machtsverdeling
  • Tot 1990: Bipolair
  • Welke landen zouden dit zijn geweest?

  • Nu: ontstaan multipolair machtssysteem
  • Wereldwijd?
  • Regionaal? 

Slide 20 - Diapositive

Op zoek naar 'vrienden'
  • Grootmachten gaan op zoek naar 'vrienden'
  • Regionale samenwerkingsverbanden tussen kleine landen
(ASEAN, EU)


Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Lien

Onderwijs, de motor tot ontwikkeling

  • Hoe?
  • Slecht onderwijs zorgt voor talentverlies --> terwijl een goed opgeleide bevolking een belangrijke voorwaarde is om op lange termijn tot ontwikkeling te komen.

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Conclusie
Hoe staat het met het democratische gehalte van alle soevereine staten?

Wat kan je hier nu over zeggen?

Slide 27 - Diapositive

Geen vrijheid 
Beperkte vrijheid 
Vrije staatsvorm 
Democratie 
Beperkte democratie 
Dictatuur 

Slide 28 - Question de remorquage

Tijdens de Koude oorlog was de wereld vooral ...
A
bipolair
B
multipolair

Slide 29 - Quiz

Voor 1990 had de wereld een bipolaire economie, met 2 grootmachten. Welke grootmacht was er, naast de VS?
A
Rusland
B
China
C
Japan
D
Sovjet-Unie

Slide 30 - Quiz

Aan de slag!
Maken
Opdrachten 1, 3 en 4
Samenvattingsopdracht par 2.3 blz.79






Slide 31 - Diapositive