Cette leçon contient 26 diapositives, avec diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 20 min
Éléments de cette leçon
GS5 Alexander de Grote
Als de timer is afgelopen:
- Laptop op tafel.
- Ingelogd op LessonUp.
Daarna: GO!
timer
3:00
Slide 1 - Diapositive
De Oude Grieken
Alexander de Grote
Slide 2 - Diapositive
PC 15 Alexander de Grote
Leerdoelen:
Ik weet wie Alexander de Grote was
Ik weet waarom de Grieken een groot gebied konden veroveren
Ik weet wat hellenisme is
Ik weet wat hellenisme en Alexander de Grote met elkaar te maken hebben
Slide 3 - Diapositive
De tijd van Grieken en Romeinen.
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Filippus II
(koning van Macedonië)
Dwingt de Griekse stadstaten om hem als koning te accepteren,
Zijn plan was om de Perzen aan te vallen zijn rijk uit te breiden.
vermoord voordat hij zijn plannen uit kan voeren.
Slide 6 - Diapositive
FILIPPUS II
Door de vele ruzies tussen griekse STADSTATEN zorgde ervoor dat ze zwak werden.
Filippus II, koning van Macedonië maakte daar gebruik van:
Grieken moesten hem als koning te accepteren (geweld).
Maakte van alle stadstaten ÉÉN RIJK! (op Sparta na)
Wilde het Perzische Rijk aanvallen. Zijn redenen:
- Zijn rijk uitbreiden - Wraak op het Perzische Oorlog MAAR... werd vermoord.
Slide 7 - Diapositive
Alexander de Grote (1)
Zoon van Filippus II.
Voerde de plannen van zijn vader: viel het Perzische Rijk binnen.
Veroverd gebieden tot de huidige India!
Slide 8 - Diapositive
Dankzij de falanx met langere lanzen, een sterke cavalerie (paarden) en flexibele hoplieten (voetsoldaten) liep Alexander zijn tegenstanders onder de voet
Militaire overwinningen
Slide 9 - Diapositive
Alexander de Grote (2)
Stichtte veel steden "Alexandria".
Zag zichzelf als de zoon van Zeus.
Was "ononverwinnelijk".
Maar...India was het begint van zijn einde...Waarom?
- Soldaten wilden niet meer voor hem vechten.
- Raakte gewoon in de strijd.
- Moeilijke terugtocht: duizenden soldaten sterven in de woestijn.
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Verspreidde de Griekse Cultuur (Hellenisme)
Hellenisme = Het overnemen van de Griekse cultuur door andere volken.
Van het woord; "Hellas" de griekse naam voor Griekenland
Alexander de Grote
(336-323 v. Chr.)
Slide 12 - Diapositive
Hellenisme
Door de verovering van Alexander raakt de Griekse cultuur in een groot deel van de wereld bekend.
Overwonnen volken namen de Griekse kunst, filosofie en wetenschap over. Beelden en gebouwen in al deze gebieden hebben dezelfde Griekse kenmerken.
In alle gebieden worden steden gesticht met de naam "Alexandrië"
Slide 13 - Diapositive
Hellenisme
De Griekse cultuur heeft wereldwijd een enorme invloed gehad. Het hellenisme liet niet alleen sporen na in Europa, maar ook in het gebied rond de Zwarte Zee, in het Midden-Oosten en in India tot de uitlopers van de Himalaya.
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Diapositive
Alexander de Grote gaat dood...
Generaals die voor hem hadden gevochten willen allemaal een eigen koninkrijk.
Alexander's Rijk wordt verdeeld in drie delen:
1. Egypte
2. Azië
3. Griekenland en Macedonië.
Later veroverd door de Romeinen!
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
Voorbeelden van Hellenisme
verspreiding van Griekse filosofie en wetenschap
verspreiding van de Griekse taal, gewoonten en gebruiken
verspreiding van de Griekse kunst
Slide 18 - Diapositive
Slide 19 - Diapositive
Tot de komst van Alexander de Grote hadden boeddha beelden geen doek om hun schouder, maar een bloot bovenlijf
Slide 20 - Diapositive
Tempel in Armenië
Slide 21 - Diapositive
Tempel in Irak
Slide 22 - Diapositive
Groningen
Slide 23 - Diapositive
0
Slide 24 - Vidéo
Samengevat
zoon van Philippus van Macedonië, veroveraar van Griekenland
Alexander breidde rijk enorm uit tot Perzische Rijk, gevolg:
verspreiding Griekse cultuur door migratie en nieuwe steden
Oorzaken successen:
kwaliteiten Alexander de Grote en sterk leger (falanx)
speelde in op regionale sentimenten
gemengde elite / stichting nieuwe steden
Na zijn dood werd zijn rijk verdeeld onder zijn generaals. De laatste farao's van Egypte waren dus Grieken.