Les 5 - communicatie op verschillende platformen

Les 4
Communicatie op verschillende platformen
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Les 4
Communicatie op verschillende platformen

Slide 1 - Diapositive

LESDOEL
Na vandaag begrijp je beter:
- hoe communicatievariaties op verschillende platforms werken
- hoe je je  doelgroep effectief kan bereiken via verschillende platformen

Slide 2 - Diapositive

Poster vs. Flyer: 
Waarom verschillende benaderingen?

Op het eerste gezicht lijken posters en flyers vergelijkbare communicatiemiddelen, omdat beide visuele hulpmiddelen zijn die informatie overbrengen. Toch zijn er enkele fundamentele verschillen in doelstellingen en aanpak die bepalen waarom je op een poster anders communiceert dan op een flyer.

Posters worden meestal opgehangen in openbare ruimtes, zoals aan muren of borden. Ze zijn bedoeld om de aandacht van een breder publiek te trekken. De doelgroep kan variëren en is meestal niet specifiek.
Flyers worden vaak persoonlijk uitgedeeld of geplaatst op strategische locaties waar de doelgroep zich bevindt. Ze zijn gericht op een specifieke doelgroep of doelgroepen.

Slide 3 - Diapositive

Wat is het doel van een poster?
A
Informatie overbrengen aan een specifieke doelgroep
B
Persoonlijk uitdelen aan doelgroepen
C
Ophangen op strategische locaties
D
De aandacht van een breder publiek trekken

Slide 4 - Quiz

Poster vs. Flyer: 
Waarom verschillende benaderingen?

Flyers zijn meestal klein van formaat, dus je moet slim omgaan met de beschikbare ruimte. Bij een flyer ontwerpen moet het design duidelijk en beknopt zijn. De belangrijkste informatie zoals datum, tijd, locatie en contactgegevens moeten direct in het oog springen. Maak gebruik van kleurrijke afbeeldingen of speelse lettertypen om je flyer op te laten vallen en een blijvende indruk achter te laten. 

Posters daarentegen zijn vaak van een groter formaat en bieden meer ruimte voor creativiteit. Je hebt de vrijheid om grotere afbeeldingen en opvallende visuele elementen toe te voegen.

Slide 5 - Diapositive

Wat is een voordeel van het ontwerpen van een poster?
A
Meer ruimte voor grotere afbeeldingen en opvallende visuele elementen.
B
Meer mogelijkheden voor kleurrijke afbeeldingen.
C
Meer ruimte voor informatie.
D
Meer vrijheid voor speelse lettertypen.

Slide 6 - Quiz

Poster vs. Flyer: 
Waarom verschillende benaderingen?


Posters hebben meer ruimte en lenen zich voor grotere afbeeldingen en minder tekst. Ze moeten de boodschap beknopt en visueel aantrekkelijk overbrengen.

Flyers hebben beperktere ruimte en bevatten meestal meer tekst en details. Ze kunnen gedetailleerde informatie bevatten omdat ze vaak bedoeld zijn voor mensen die al geïnteresseerd zijn in het onderwerp.

Slide 7 - Diapositive

Wat moeten posters overbrengen?
A
Posters moeten gedetailleerde informatie overbrengen
B
Posters moeten de boodschap langdradig en saai overbrengen
C
Posters moeten veel tekst bevatten
D
Posters moeten de boodschap beknopt en visueel aantrekkelijk overbrengen

Slide 8 - Quiz

Wat is een kenmerk van flyers?
A
Flyers bevatten meestal grote afbeeldingen
B
Flyers zijn bedoeld voor mensen zonder interesse
C
Flyers hebben beperkte ruimte voor tekst
D
Flyers bevatten meestal meer tekst en details

Slide 9 - Quiz

Wat is een belangrijk verschil tussen posters en flyers?
A
Posters hebben meer tekst dan flyers
B
Flyers hebben meer ruimte voor afbeeldingen
C
Flyers hebben meer tekst dan posters
D
Posters hebben meer ruimte voor afbeeldingen

Slide 10 - Quiz

Wat is het doel van posters en flyers?
A
Flyers kunnen gedetailleerde informatie bevatten omdat ze vaak bedoeld zijn voor mensen die al geïnteresseerd zijn in het onderwerp.
B
Posters moeten de boodschap beknopt en visueel aantrekkelijk overbrengen.
C
Posters moeten gedetailleerde informatie bevatten omdat ze vaak bedoeld zijn voor mensen die al geïnteresseerd zijn in het onderwerp.
D
Flyers moeten de boodschap beknopt en visueel aantrekkelijk overbrengen.

Slide 11 - Quiz

Welk type medium bevat meestal gedetailleerde informatie?
A
Beide
B
Geen van beide
C
Flyers
D
Posters

Slide 12 - Quiz

Wat is een belangrijk verschil tussen posters en flyers?
A
Posters hebben meer tekst en minder afbeeldingen.
B
Flyers hebben meer tekst en minder afbeeldingen.
C
Posters hebben meer ruimte voor afbeeldingen en minder tekst.
D
Flyers hebben meer ruimte voor afbeeldingen en minder tekst.

Slide 13 - Quiz

Poster vs. Flyer: 
Waarom verschillende benaderingen?

Posters zijn vaak bedoeld om bewustzijn te creëren en de interesse van mensen te wekken. Ze kunnen mensen aanmoedigen om meer informatie op te zoeken (bijvoorbeeld via een website) of om een bepaalde plek te bezoeken (bijvoorbeeld een evenementlocatie).

Flyers zijn doorgaans actiegerichter en bevatten vaak oproepen tot actie, zoals het bijwonen van een evenement
het kopen van een product, of het deelnemen aan een specifieke activiteit.

Slide 14 - Diapositive

Poster vs. Flyer: 
Waarom verschillende benaderingen?
Posters moeten visueel aantrekkelijk zijn en de boodschap snel en impactvol overbrengen. Het ontwerp is vaak opvallend en creatief. Flyers moeten ook visueel aantrekkelijk zijn, maar kunnen meer tekst bevatten. Het ontwerp is gericht op het duidelijk en overzichtelijk weergeven van informatie.

In het kort, posters richten zich op het trekken van de aandacht van een breder publiek en het wekken van interesse, terwijl flyers gericht zijn op het verstrekken van specifieke informatie aan een doelgerichtere doelgroep en het aanmoedigen van actie. Het begrijpen van deze verschillen is cruciaal voor effectieve communicatie op beide platforms.

Slide 15 - Diapositive

FLYER                  |                  POSTER
Het verschil tussen een flyer en een poster 
Het doel van een flyer is om mensen te voorzien van informatie. De flyer wordt meegenomen en (vluchtig) bekeken, bij verdere interesse moeten alle gegevens erop staan. Het formaat van een flyer is klein, iets wat je in de hand kan meenemen, gangbaar is een halve A4 (een A5) of een kwart A4 (een A6). Bij een flyer is de layout helder en overzichtelijk met veel ruimte voor tekst. Het beeld bij een flyer is aanwezig en vaak ondersteunend aan de tekst. De doelgroep die je met een flyer aan wil spreken is specifiek, je doelt op mensen die interesse hebben op het product wat je aanbiedt.
DOEL

FORMAAT

LAYOUT

ONTWERP

BEELD

DOELGROEP

Het doel van een poster is om de aandacht te trekken van de eventuele doelgroep. De poster wordt vaak in het voorbijgaan bekeken, mensen moeten snel kunnen scannen waar het om gaat (dus grote kop)  en waar ze meer informatie zouden kunnen vinden (website). Het formaat van een poster is groot, afhankelijk van de plek waar hij hangt een A3 of groter. Bij een poster is de layout opgemaakt met veel ruimte voor beeld om het oog te trekken. Het beeld bij een poster is visueel aantrekkelijk. De doelgroep die je met een poster aan wil spreken is wat breder, je probeert mensen hun aandacht te trekken. Een poster hangt vaak in een openbare ruimte.

Slide 16 - Diapositive


Introductie (5 minuten): Begin met een korte inleiding waarin je het belang van effectieve communicatie benadrukt en de verschillende communicatieplatforms benoemt die in de les aan bod zullen komen.

Digitale communicatie (10 minuten): Bespreek de kenmerken van digitale communicatie, zoals sociale media, e-mail en websites. Leg uit hoe het gebruik van visuals, korte en duidelijke berichten en interactieve elementen de effectiviteit van digitale communicatie kan vergroten.

Postercommunicatie (5 minuten): Bespreek de kracht van visuele communicatie via posters. Leg uit hoe het ontwerp, de lay-out en het gebruik van afbeeldingen en tekst op posters invloed kunnen hebben op de boodschap die wordt overgebracht.

Flyercommunicatie (5 minuten): Vergelijk flyercommunicatie met postercommunicatie en benadruk de verschillen in formaat, doelstellingen en doelgroepen. Bespreek hoe flyers beknopter moeten zijn en direct de aandacht moeten trekken.

Samenvatting (5 minuten): Sluit het theoretische gedeelte af door de belangrijkste punten te herhalen en te benadrukken dat effectieve communicatie afhankelijk is van het platform en de doelgroep.

Samenwerkingsopdracht (20 minuten):

Verdeel de studenten in groepen van 3-4 en wijs aan elke groep een ander platform toe (digitaal, poster of flyer).

Geef elke groep een scenario waarin ze een boodschap moeten communiceren. Bijvoorbeeld, een aankondiging van een evenement.

Laat elke groep brainstormen over hoe ze de boodschap effectief kunnen overbrengen op hun toegewezen platform en laat ze een concept ontwikkelen.

Elke groep presenteert hun concept aan de klas en legt uit waarom ze bepaalde keuzes hebben gemaakt op basis van het platform en de doelgroep.

Zelfstandige opdracht (30 minuten):

Geef elke student individueel de opdracht om een communicatie-uiting te maken voor hetzelfde scenario, maar op basis van hun voorkeursplatform (digitaal, poster of flyer).

Laat hen hun ontwerp of bericht maken met behulp van de geleerde principes tijdens het theoretische gedeelte.

Laat elke student hun werk presenteren en beoordeel het op effectiviteit in termen van het bereiken van de doelgroep en het overbrengen van de boodschap.

Sluit de les af door de resultaten te bespreken en de belangrijkste leerpunten te benadrukken.

Dit lesplan biedt een evenwichtige benadering om studenten te helpen begrijpen hoe ze effectief kunnen communiceren op verschillende platforms en hen de mogelijkheid biedt om dit in de praktijk te brengen. Het bevordert ook samenwerking en kritisch denken.

Slide 17 - Diapositive

hier zijn enkele voorbeelden van communicatie op verschillende communicatiemiddelen en het verschil daarin:

1. Website vs. Sociale Media:

Website: Een bedrijf heeft een website waarop ze uitgebreide informatie verstrekken over hun producten en diensten. De focus ligt op het verstrekken van gedetailleerde informatie, zoals productbeschrijvingen, prijzen en contactgegevens. Het ontwerp is professioneel en gestructureerd.

Sociale Media: Hetzelfde bedrijf gebruikt sociale media, zoals Facebook en Instagram, om klanten te betrekken en hun merk te promoten. Op sociale media plaatsen ze regelmatig korte berichten, afbeeldingen en video's die gericht zijn op het creëren van interactie en het delen van updates. De toon is vaak informeler en gericht op het opbouwen van relaties met klanten.

2. E-mail vs. Persbericht:

E-mail: Een non-profitorganisatie wil donaties werven. Ze sturen een gepersonaliseerde e-mail naar hun abonnees met een persoonlijk verhaal, een duidelijke oproep tot donatie en een link naar hun donatiepagina. De e-mail is gericht op het opbouwen van emotionele betrokkenheid en het aanmoedigen van directe actie.

Persbericht: Dezelfde non-profitorganisatie schrijft een persbericht om aandacht te trekken van de media en het grote publiek. Het persbericht bevat feitelijke informatie over hun missie, recente prestaties en aankomende evenementen. Het doel is om nieuwsuitzendingen en artikelen in kranten te genereren en zo meer bekendheid te krijgen.

3. Poster vs. Infographic:

Poster: Een poster wordt gemaakt om een lokaal evenement te promoten. Het bevat opvallende visuele elementen, een korte beschrijving van het evenement, de datum, tijd en locatie. Het doel is om voorbijgangers snel op de hoogte te brengen en hun interesse te wekken.

Infographic: Een infographic wordt gemaakt om complexe statistieken en gegevens over klimaatverandering te presenteren. Het gebruikt grafieken, illustraties en korte teksten om de informatie visueel aantrekkelijk en begrijpelijk te maken. Het doel is om informatie te verduidelijken en inzichtelijk te maken voor een educatief doel.

Deze voorbeelden illustreren hoe de keuze van het communicatiemiddel de inhoud, toon en doelstellingen van de boodschap beïnvloedt. Het is van cruciaal belang om het juiste platform te kiezen om de gewenste impact te bereiken bij de doelgroep.

Slide 18 - Diapositive