De Stad intro

• Mens & Maatschappij
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

De Stad 

vroeger en nu

De stad
waar denk je aan?

Periode 3 

de stad

Deze periode kijken we naar de stad van vroeger tot nu

en beantwoorden we de volgende vragen:

- Wat is het verschil tussen een stad en dorp?

- Hoe ontstaan steden?

- Waarom willen mensen graag in de stad wonen?

- Hoe leven de mensen in de stad met elkaar?

- Hoe hebben steden zich door de eeuwen heen ontwikkeld?

Schrijf hieronder op wat er volgens jou bij een dorp hoort.

Een nederzetting is een plaats waar mensen wonen. Een dorp of stad

Dorp

• Rust / natuur
  
• hechtere samenleving
  
• Grotere en goedkopere woningen dan in de stad
  
• minder criminaliteit
  

Stad

• voorzieningen (openbaar, bijzonder, maatschappelijk)
  
• werkgelegenheid
  
• openbaar vervoer
  

De stad- wijk-buurt-straat

Pak je schrift

Teken daarin cirkels van groot naar klein

 stad / dorp 

wijk

buurt

straat

Voorzieningen

Een voorziening zijn alle zaken waar je gebruik van kunt maken in een stad of dorp. 

voorzieningen die je (bijna) dagelijks gebruikt zijn: dagelijkse voorzieningen

voorzieningen die je weinig of minder vaak gebruikt zijn: niet dagelijkse voorzieningen

Voorzieningen in een stad noem je stedelijke voorzieningen

Hoeveel voorzieningen er zijn hangt af van het verzorgingsniveau. Hoe groter een plaats hoe hoger het verzorgingsniveau is. 

Voorzieningen

Het verzorgingsniveau wordt vastgesteld met behulp van vier sectoren:

1. onderwijs
2. medische zorg
3. winkels
4. sport en ontspanning

Welke voorzieningen vind je in een dorp?

Welke voorzieningen kom je tegen in een stad?

draagvlak en drempelwaarde

Draagvlak is het aantal mogelijke klanten in een gebied

Drempelwaarde is het minimaal aantal klanten voor een bedrijf om te kunnen bestaan

Voorzieningen met een laag draagvlak en met een lage drempelwaarde

kom je vaker tegen dan een 

voorziening met een hoog draagvlak en een hoge drempelwaarde

1. Dagelijkse voorziening
2. niet-dagelijkse voorziening

1. dagelijkse voorziening
2. niet dagelijkse voorziening

1. Hoge draagvlak hoge drempelwaarde
2. laag draagvlak lage drempelwaarde

1. Hoog draagvlak hoge drempelwaarde
2. laag draagvlak lage drempelwaarde

Noteer 1 ding wat je vandaag geleerd hebt

Noteer 1 ding waar je nog een vraag over hebt