Cette leçon contient 15 diapositives, avec diapositives de texte et 2 vidéos.
Éléments de cette leçon
1.7 grammatica
Planning:
- Huiswerk bespreken
- Lesdoel bespreken
- Instructie + maken opdracht 3 t/m 5.
- Afsluiting
Slide 1 - Diapositive
Huiswerk bespreken
HF 1.5 opdracht 12 t/m 15.
Slide 2 - Diapositive
Lesdoelen
In de paragraaf leer je:
samengestelde zinnen maken
hoofd -en bijzinnen gebruiken
voegwoorden gebruiken
Slide 3 - Diapositive
Wat weet je al?
Denken, delen, uitwisselen:
Maak opdracht 1 zelfstandig.
Bespreek in je groepje de antwoorden en vul opdracht 2 in.
Klassikaal nabespreken
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Vidéo
Instructie samengestelde zin
Lees de theorie op blz. 70 samen.
Slide 6 - Diapositive
Aan het (huis)werk!
Maak opdracht 3 t/m 5.
Vind je het lastig? Maak ze met de docent.
Klaar? woordkaartjes maken of woordvierkanten bij HF 1.5.
Slide 7 - Diapositive
Afsluiting
Kun je een samengestelde zin herkennen en hoe dan?
Geef jezelf een cijfer voor je werkhouding van deze les.
Slide 8 - Diapositive
Les 2
Lesdoel: hoofd- en bijzin gebruiken & voegwoord gebruiken.
Huiswerk bespreken: opdracht 3 t/m 5.
Instructie blz. 72 + 74. + filmpje volgende slide.
Opdracht 6 t/m 8 maken.
Klaar? opdracht 9 maken of woordkaartjes of woorvierkanten.
Slide 9 - Diapositive
Theorie
Hierna volgt een instructie m.b.t. hoofd- en bijzinnen.
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Vidéo
Theorie 2
Nevenschikkende voegwoorden (gelijkwaardig: HZ+HZ): en, of, maar, dan, dus, want
Onderschikkende voegwoorden (niet gelijkwaardig: HZ + BZ) : zodat, omdat, terwijl, voordat, nadat, tot, als , toen
Slide 12 - Diapositive
Theorie blz. 72 en 74
We lezen de theorie op blz. 72 & 74. Je kunt het volgende erbij schrijven (blz. 72): voorbeelden van nevenschikkende voegwoorden zijn: en, maar, want, of. Voorbeelden van onderschikkende voegwoorden: hoewel, terwijl, zodat, omdat..
Slide 13 - Diapositive
Aan het (huis)werk!
Opdracht 6 t/m 8 maken.
Wil er iemand met de docent oefenen? Vraag evt een stappenplan aan de docent.
Klaar? opdracht 9 maken of woordkaartjes of woorvierkanten.
Slide 14 - Diapositive
Afsluiting
Weet je hoe je een hoofd- en bijzin kunt herkennen?