BS p1 les 3

Burgerschap Sociaal maatschappelijke dimensie
Lesweek 3
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
WelzijnMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

Burgerschap Sociaal maatschappelijke dimensie
Lesweek 3

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Diversiteit

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Programma
Terugblik les 2  multiculturele samenleving 
Thema diversiteit
Stereotypen en stigma's 
Groepjes maken voor de eindopdracht

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Een multiculturele samenleving ontstaat onder andere door immigratie. Wat is immigratie? Welke redenen ken jij voor immigratie?

Slide 6 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is integratie
A
Het maken van of opnemen in een groter geheel
B
Vreemdelingenrecht
C
Voorwaarden waaraan je moet voldoen voor jij je mag laten naturaliseren
D
Je vermengen met een nieuwe cultuur

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat past bij integratie?
Wat past bij integratie?
A
Extra Nederlandse taallessen
B
Aparte scholen voor migranten
C
Onderwijs in eigen taal
D
In een ander land gaan wonen

Slide 8 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Segregatie <---> integratie

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Tekst
Diversiteit
schrijf het eerste wat in je opkomt
Denk niet te lang na

Slide 10 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is 'diversiteit'?
'Diversiteit'

'Diversiteit is het verschil tussen wij, mensen, zichtbaar en onzichtbaar.' 




Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Is alle diversiteit zichtbaar?
Ja!
Nee!

Slide 12 - Sondage

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is er aan diversiteit in een klas?

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Diversiteit in een klas
Zichtbare diversiteit
Onzichtbare diversiteit
Geslacht
Huidskleur
Leeftijd
Kleding


Thuissituatie
Ontwikkelingsstoornissen
Gedragsstoornissen
Financiële situatie 
Broodtrommel 
Talenten
Normen en waarden
Culturele achtergrond

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Diversiteit
  • Discriminatie = het maken van onderscheid en is wettelijk verboden. 
  • Vooroordeel = een oordeel of iemand zonder dat je hem/haar kent 
  • Stereotype = overdreven, simpel en negatief van een bepaalde groep

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

waar zijn stereotype op gebaseerd
A
vooroordelen
B
discriminatie
C
bepaalde kenmerken
D
kenmerkend voor groep

Slide 17 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Vergelijking stereotype/vooroordeel
Stereotype
Vooroordeel
  • kenmerk van de groep wordt sterk overdreven
  • kan zowel positief als negatief zijn
  • als stereotypen als waarheid worden gezien
  • is altijd negatief

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem een voorbeeld van een stereotype.

Slide 19 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Afstemmen op verschillen
Door je bewust te zijn van je eigen culturele achtergrond en die van anderen, kun je je begeleiding afstemmen op culturele verschillen.

Slide 20 - Diapositive

Cultuurkennis vergaren: Investeer tijd en moeite om kennis op te doen over verschillende culturen. Leer over de waarden, normen, overtuigingen, tradities en gebruiken die relevant zijn voor de mensen die je begeleidt.

Luisteren en empathie tonen: Toon oprechte interesse en luister actief naar de ervaringen en perspectieven van je cliënten. Laat hen hun verhaal delen en erken de uniciteit van hun culturele achtergrond.

Vermijd generalisaties en stereotypen: Behandel elke cliënt als een individu en vermijd generalisaties of stereotypen op basis van hun culturele achtergrond. Erken de diversiteit binnen elke cultuur en wees voorzichtig met het maken van aannames.

Flexibiliteit in benadering: Wees bereid om je benadering aan te passen aan de culturele behoeften en voorkeuren van je cliënten. Dit kan betrekking hebben op communicatiestijlen, taalgebruik, lichaamstaal, interpretatie van emoties en omgang met autoriteit.

Inclusieve hulpbronnen en materialen: Zorg ervoor dat de gebruikte hulpbronnen en materialen inclusief zijn en rekening houden met culturele diversiteit.

Samenwerking en partnerschap: Werk samen met cultureel competente professionals of organisaties die gespecialiseerd zijn in het werken met specifieke culturele groepen. 
Doe de hokjesdenktest!

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vrouwen vs mannen

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stereotypes en vooroordelen

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Stigmatisering
  • Een begrip wat ook belangrijk is om te kennen is stigmatiseren. Hier wordt mee bedoeld dat men een groep als geheel een bepaald negatief kenmerk toekent. 
  • Als een stigma eenmaal is ontstaan werkt het als een soort brandmerk. 
  • Zo worden hele volken gelabeld met eigenschappen waar ze nauwelijks invloed op hebben.

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 25 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Groepjes vormen

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Afsluiting

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 29 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions