Online leren les 11 havo 1

• Duits
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Kapitel 6: Kundendienst und Kassenzettel

Wir fangen an mit einem Lied

üben grammatik

Was machen wir heute?

Wir fangen an mit einem Lied

üben grammatik

digitale escaperoom

Vertaal de 6 modalverben
Moeten, willen, kunnen,
mogen, lusten, weten

Ich mag

du darfst

ihr könnt

Sie wissen

es will

het wil

jullie kunnen

jij mag

Ik lust 

U weet

ich (moeten) um sieben Uhr trainieren.

1. muss
2. musst
3. müssen
4. müsst

Er (weten) die Antwort nicht.

1. weiß
2. weißt
3. wissen
4. wisst

links:

sleep het  bezittelijk voornaam-

woord

naar de 

juiste vertaling

Rechts:

Sleep de juiste uitgang naar het zelfstandig- naamwoord

mijn

haar

onze

jouw

Läden

Verkäuferin

Kunde

ihr

mein

dein

unser

eine

ein

Keine

Het bezittelijk voornaamwoord wordt op dezelfde manier vervoegd als "ein"

1. Waar
2. Niet waar

Wanneer wordt er een 'e' achter een bezittelijk voornaamwoord gezet?

1. Bij mannelijke woorden ('der' woorden)
2. Bij meervoud (altijd 'die')
3. Bij vrouwelijke woorden ('die' woorden)
4. Bij onzijdige woorden ('das' woorden)

(mijn) Größe ist M. Und dein?

1. mein
2. meine
3. dein
4. deine

Was ist (jouw) Lieblingsgeschäft? (o)

1. sein
2. seine
3. dein
4. deine

(zijn) Hose (v) ist Schwarz mit Rosa.

1. mein
2. dein
3. seine
4. deine

Stappenplan

Hiernaast zie je een nieuwe versie van het stappenplan, deze mag  je gebruiken bij de toets voor het maken van opdrachten met  1e en 4e naamval. Het stappenplan zit achter de toets. Je hoeft deze niet zelf mee te nemen.

digitale escaperoom

Ga naar classroom, daar vind je een kopje digitale escaperoom, 

Bekijk eerst het filmpje zodat je weet wat je moet doen!

Daarna kun je starten, lever het formulier in als je klaar bent.

Kijk zelf ook even wat je allemaal goed had en waar je nog aan moet leren voor de toets.