Het Gebruik van Technologie in de Maatschappelijke Zorg

Het Gebruik van Technologie in de Maatschappelijke Zorg

Leerdoelen

• Je zet technologische hulpmiddelen in die aansluiten bij de beginsituatie van de cliënt.

Wat weet je al over het gebruik van technologie in de maatschappelijke zorg?

Technologische toepassingen in de maatschappelijke zorg

• Computers, smartphones en software zoals Word en e-mail.
• E-health voor zorg op afstand, telemonitoring en E-     mentalhealth.
• Gebruik van Big Data voor inzichten en probleemvoorspellingen.
• Domotica voor welzijn, veiligheid en gezondheid.
• Zorgrobots die werk van begeleiders overnemen.

E-health en de toepassingen ervan

• Elektronische gezondheidszorg ter ondersteuning en verbetering van de zorg.
• Voorbeelden: zorg op afstand, telemonitoring en E-mentalhealth.

Het gebruik van Big Data in de gezondheidszorg

• Elektronisch opgeslagen en verzamelde gegevens voor nieuwe inzichten in de gezondheidszorg.

1. het eenvoudiger wordt om verloop van ziektebeelden te voorspellen
2. behandelingen sneller kunnen worden uitgevoerd
3. de kosten worden verlaagd.

Het gebruik van Domotica in de zorg

• Slimme toepassingen voor welzijn, veiligheid en gezondheid.

1. Een slimme medicijndispenser en geeft een signaal. 
2. Een valdetectiesysteem registreert een val van een cliënt.
3. Een dwaaldetectiesensor signaleert het passeren van een cliënt bij in- en uitgangen.

Het gebruik van Robotica in de zorg

• Zorgrobots die werk van begeleiders overnemen en cliënten helpen bij dagelijkse bezigheden.

Voordelen en nadelen van technologie in de zorg

• Voordelen: verbeterde efficiëntie, betere zorgkwaliteit, grotere zelfstandigheid voor cliënten.
• Nadelen: privacyproblemen, technische problemen, afhankelijkheid van technologie.

Ethische vraagstukken rondom het gebruik van technologie in de zorg

• Keuzes maken tussen menselijke zorg en technologie.
• Privacy en beveiliging van persoonlijke gegevens.
• Toegankelijkheid van technologie voor iedereen.

In de praktijk

In de psychische hulpverlening wordt serious gaming toegepast. Een cliënt die pleinvrees heeft kan in een gesimuleerde wereld met behulp van een VR-bril oefenen in het omgaan met groepen mensen. Door te oefenen in een game bereidt de cliënt zich voor op een echt bezoek aan de supermarkt.

Tegenwoordig wordt vaker gebruikgemaakt van elektronische gezondheidszorg. Hoe wordt dit genoemd?

1. E-health
2. EPD
3. Face-to-facecontacten
4. Telemonitoring

Wat is een voorbeeld van domotica op het gebied van ADL?

1. Een dwaaldetectiesensor
2. Een slimme weegschaal
3. Een uitluistersysteem
4. Een virtuele reisassistent

Waar of niet waar: Technologie vangt een deel van het capaciteitsprobleem op.

1. Waar
2. Niet waar

Hoe noemen we het wanneer een cliënt met pleinvrees door middel van een VR-bril oefent in het omgaan met groepen mensen?

1. Domogaming
2. Exergaming
3. Homegaming
4. Serious gaming

Welke beweringen over verantwoorde zorg en kwaliteit van leven zijn juist? Let op: er zijn twee goede antwoorden.

1. Bij de inzet van technologie moet je voldoen aan verantwoorde zorg.
2. Inzet van de technologie draagt bij aan de kwaliteit van leven voor de cliënt.
3. De zorg is afgestemd op de behoeften en verwachtingen van de cliënt.
4. Het inzetten van de technologie draagt altijd bij aan verantwoorde zorg.

Waar of niet waar: Bij digitale communicatie is non-verbale taal altijd goed te zien.

1. Waar
2. Niet waar

Waarbij krijgen cliënten speciale meetapparatuur in huis en kun je op afstand waardes meten en bewaken?

1. Beeldbellen
2. Big data
3. Domotische zorg
4. Telemonitoring

Opdrachten BOOM

Professional Maatschappelijke zorg - 17 Gebruikmaken van technologie

Opdracht 2: Technologie en maatschappelijke zorg

Opdracht 7: Zorgapps

Opdracht 9: Een technologische oplossing

Opdracht 10: Keerzijde van technologie

Beroepssituatie

• Ga in je groepje bij elkaar zitten 
• Pak de kritische beroepssituatie (Professional Maatschappelijke zorg - 17 Gebruikmaken van technologie, opdracht 13) erbij
• Ga in gesprek over de situatie. Wat vinden jullie?
• Beantwoord samen de vragen

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.

Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.