E-mail schrijven week 37

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 1-4

Email schrijven

herhaling

Leerdoel

Ik kan een zakelijke 

e-mail schrijven met een inleiding, middenstuk en slot.

Waar denk je aan bij een
zakelijke e-mail?

Wanneer stuur je een
zakelijke e-mail?

Wie is de geadresseerde?

1. Degene aan wie je de e-mail schrijft.
2. Degene die de e-mail schrijft.

Kies de juiste aanhef als je de geadresseerde niet kent

1. Geachte heer mevrouw,
2. Geachte heren en mevrouwen
3. Geachte heer, mevrouw,
4. Geachte heer/mevrouw,

De eerste zin van de e-mail
begint met een hoofdletter.

1. Niet waar! De aanhef eindigt met een komma en daarna krijg je nooit een hoofdletter.
2. Waar! In de zakelijke e-mail begint de eerste zin toch met een hoofdletter.

In de tekst van een zakelijke e-mail gebruik je geen alinea’s.

1. Waar: je schrijft alles achter elkaar zonder witregels.
2. Niet waar: je gebruikt 3 alinea’s: inleiding , kern en een afsluiting.
3. Niet waar: je gebruikt 2 alinea's: inleiding en kern

Kies de juiste schrijfwijze
voor de slotformule

1. Met Vriendelijke Groet,
2. Met vriendelijke groet,
3. Met vriendelijke groet
4. Met vriendelijke groeten,

Samenvatting

• typ een net onderwerp
• typ een correcte aanhef en denk aan de komma
• in de eerste alinea beschrijf je waarom je de email hebt gestuurd (aanleiding)
• in de kern geef je meer informatie en stel je je vragen 
• In het slot zeg je wat je van de lezer wil
• formuleer een nette slotgroet en denk aan de komma
• onder de slotgroet typ je jouw naam en achternaam

Oefenen

Wat vond je van deze les?