Maandag 14 april 2025

Maandag 14 april
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 80 min

Éléments de cette leçon

Maandag 14 april

Slide 1 - Diapositive

Programma
- Journaal kijken
15 min
- Terugblik vorige les
5 min
- Huiswerk 
5 min
- "Schrijfvaardigheid"
10 min
-Oefenen
30 min
-Afsluiting
15 min

Slide 2 - Diapositive

Journaal
We starten vandaag met het kijken naar het journaal.
Let goed op > straks komen hier vragen over!





Slide 3 - Diapositive

Welke onderwerpen zijn er in het journaal aan bod gekomen?

Slide 4 - Question ouverte

Kies nu 1 onderwerp uit > vertel hier kort de hoofdzaken over!

Slide 5 - Question ouverte

Terugblik vorige les
Schrijfvaardigheid


Schrijfdoelen
Uiteenzetting
Invalshoek

Slide 6 - Diapositive

Wat is het schrijfdoel?
A
overtuigen
B
informeren
C
overhalen
D
instrueren

Slide 7 - Quiz

Wat is het schrijfdoel?
A
overtuigen
B
informeren
C
overhalen
D
instrueren

Slide 8 - Quiz

Wat is het schrijfdoel?
A
overtuigen
B
informeren
C
overhalen
D
instrueren

Slide 9 - Quiz

Welk schrijfdoel hoort bij welk soort tekst?
Sleep het schrijfdoel naar een van de tekstsoorten

betoog
advertentie
nieuwsbericht
strip
activeren
informeren
amuseren
overtuigen

Slide 10 - Question de remorquage

Slide 11 - Diapositive

Huiswerk
Hoofdstuk 3 Schrijven >
Paragraaf 3.2 > 
Opdrachten Inleiding / Deel 1 en Deel 2

Slide 12 - Diapositive

Leerdoelen
Wat behandelen we vandaag?

  • Je leert hoe je een tekst opbouwt met inleiding, middenstuk en slot;
  • Je oefent met de 5W -1H vragen

Slide 13 - Diapositive

Uiteenzetting
In een uiteenzetting geeft de schrijver uitleg over een onderwerp. Hij legt bijvoorbeeld uit hoe iets in elkaar zit, hoe iets werkt of hoe iets gebruikt moet worden. De schrijver geeft nooit zijn mening in een uiteenzetting.

Tekstsoort: uiteenzetting
Tekstdoel: Informeren

Slide 14 - Diapositive

Het schrijfdoel van een uiteenzetting is:
A
Informeren
B
Uitleg geven
C
Overtuigen
D
Amuseren

Slide 15 - Quiz

In een uiteenzetting komen nooit meningen van mensen voor:
A
Waar
B
Niet waar

Slide 16 - Quiz

Een belangrijk kenmerk van de uiteenzetting is dat deze altijd .... is
A
Interessant
B
Objectief (feitelijk)
C
Subjectief (mening)
D
Overtuigend

Slide 17 - Quiz

Uiteenzetting schrijven: W5H (5 W vragen + 1 hoe vraag)
Uitleggend verband
WIE
WAT 
WAAR
WANNEER
WAAROM 
HOE
Deze vragen beantwoord je altijd voor het schrijven.

Slide 18 - Diapositive

Aan de slag! (30 min)
Opdracht: Op internet zoeken naar artikelen

Artikelen ordenen met behulp van de 5W - 1H vragen

Wat heb je hiervoor nodig?
- Werkblad

Je mag zacht samenwerken met je buurman/-vrouw. 

Slide 19 - Diapositive

Ik weet nu hoe ik een tekst kan opdelen in inleiding, kern en slot?
😒🙁😐🙂😃

Slide 20 - Sondage

Ik weet wat bij een inleiding, kern en slot hoort.
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Sondage

Slide 22 - Lien

Huiswerk 
Dinsdag 15 april >

Opdracht artikelen afhebben!

Slide 23 - Diapositive