Aandoeningen aan het bewegingsstelsel: Orthopedie

• Ziekenhuiszorg
• MBO
• Studiejaar 2

Aandoeningen aan het bewegingsstelsel: orthopedie

Inhoud les

-Het kniegewricht

-Het heupgewricht

-Knie- en heupartroplastiek

Vervanging knie- of heupgewricht 

-Vervanging knie- of heupgewricht door middel van gewrichtsprothese

-Indicatie voor vervanging is destructie van het gewricht

-Bij gonartrose, reumatoïde artrose of kopnecrose

-Behandelend arts: orthopedisch chirurg/orthopeed

-Totale knieprothese=knieartroplastiek

-Totale heupprothese=heupartroplastiek

Algemene preoperatieve zorg bij een artroplastiek

De zorgvrager moet weten wat er allemaal gaat gebeuren op medisch en verpleegkundig terrein. Hij moet op de hoogte zijn van de voornaamste verpleegkundige problemen en met name van de eventuele complicaties van de operatie. Deze risico’s zijn dezelfde als bij zorgvragers met een fractuuroperatie. Vooral het voorkomen van luxatie en infectie zijn belangrijke doelen, evenals de noodzakelijke mobilisatie.

Algemene postoperatieve zorg na een artroplastiek

-Via de verkoeverkamer komt de zorgvrager weer terug op de verpleegafdeling. 

-De zorgvrager heeft na de operatie een perifeer infuus, blaaskatheter, een of twee vacuümdrains en eventueel een spica (drukverband).  

-Op de dag van de operatie voer je de volgende observaties uit :

• vochtbalans;

• temperatuur, pols en tensie;

• pijnbeleving van de zorgvrager;

• urineproductie;

• wond en eventueel de spica (op nabloeding en eventuele zwelling);

• bloedverlies (via de drains) elk uur;

• sensibiliteit elk uur (geen gevoel kan wijzen op zenuwuitval).

Specifieke postoperatieve zorg na een artroplastiek

-Er kunnen drie complicaties optreden: infectie, luxatie van de heupprothese en nabloeding.

edition.thiememeulenhoff.nl

De rollen van de verpleegkundige

Vervolg 

-Afmaken opdrachten