6.3 Europa en de wereld

H6 Tijd van Regenten en Vorsten:

Par. 3 ➡ Europa en de wereld
Openingsnummer
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

H6 Tijd van Regenten en Vorsten:

Par. 3 ➡ Europa en de wereld
Openingsnummer

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen deze paragraaf:
  1. Ik kan uitleggen wat een wereldeconomie is en hoe die ontstaan is.
  2. Ik weet wat het begrip monopolie is door een voorbeeld te geven hiervan.
  3. Ik kan uitleggen wat de VOC was.
  4. Ik weet in welk deel van de wereld de VOC handelde.
  5. Ik kan voorbeelden noemen van goederen waar de VOC en de WIC winst mee maakten.
  6. Ik kan uitleggen waarom de VOC heel veel geld verdiende.
  7. Ik weet wat de WIC was en met welk deel van de wereld zij handelden.
  8. Ik kan uitleggen wat de driehoekshandel was met een voorbeeld.
  9. Ik kan vertellen waarom de VOC en de WIC handelsposten stichtten in Afrika, Azië en Amerika.
  10. Ik weet wat een kolonie is (en kolonialisme).

Slide 2 - Diapositive

  • Gouden Eeuw, 17e eeuw
  • Nederland = Republiek 
  • handel, stapelmarkt
  • kapitalisme
  • groei steden
  • droogmakerijen
  • regenten en vorsten
  • absolutisme
Weet je het nog?

Slide 3 - Diapositive

Specerijen
  • Liggen tegenwoordig gewoon in de winkel
  • Moesten vroeger helemaal uit Azië komen!
  • Zijn smaakmakers van eten zoals peper, kaneel, gember en anijs...
  • Waren ontzettend populair en waardevol in de Gouden eeuw

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

De VOC
  • Ging de kruiden en specerijen helemaal in Azië halen: Oost- Indië heette dat toen.
  • Verdiende ongelofelijk veel geld in de handel in specerijen.
  • Werd hierdoor binnen de kortste keren het grootste bedrijf ter wereld!

Slide 6 - Diapositive

Bekende specerijen uit Oost-Indië 
  • Peper
  • Gember
  • Anijs
  • Kaneel
  • Kruidnagel

Slide 7 - Diapositive

Herken jij deze VOC producten?
Koffie
Gember
Thee
Kruidnagel
Anijs
kaneel
Peper

Slide 8 - Question de remorquage

Wat maakte de VOC zo ontzettend rijk en machtig?
A
Alle schepen met soldaten
B
Ze waren het snelst bij Azië
C
De handel in kruiden en specerijen
D
De hulp van het Nederlandse leger

Slide 9 - Quiz

Op welke plek werden al deze specerijen geruild en verhandeld?
A
De stapelmarkt
B
In Azië
C
De Rotterdamse haven
D
Aan boord van de schepen van de VOC

Slide 10 - Quiz

De VOC
  • Verenigde Oost-Indische Compagnie - 1602 opgericht.
  • Handelt met Oost-Azië en Oost-Afrika. 
  • Alleen de VOC mocht handelen met Indië = monopolie.
  • Goud, zijde, tapijten, thee, rijst, koffie, zilver.
  • VOC zorgde voor grote welvaart (rijkdom) in de Republiek.

Slide 11 - Diapositive

Wat is een compagnie
A
Specerijen
B
Handelsbedrijf
C
Een soort schip
D
Pakhuis voor goederen

Slide 12 - Quiz

Waar staan de letters VOC voor?
A
Verenigde Oosterse Compagnie
B
Verzamelde Oost-Indische Compagnieën
C
Verenigde Oost-Indische Compagnie
D
Verzamelde Oosterse Compagnie

Slide 13 - Quiz


Route V.O.C. 
Hoe specerijen in de Gouden Eeuw in Europa kwamen

Slide 14 - Diapositive

Waarom werd de VOC opgericht?
A
Om veel geld te verdienen aan specerijen
B
Omdat alleen de VOC de vaarroute kende
C
Om concurrentie te voorkomen en de prijzen hoog te houden
D
Om mensen aan een baan te helpen

Slide 15 - Quiz

Wat is een monopolie?
A
Een bedrijf dat handelt in Oost-Indië.
B
Een spelletje.
C
Een product wordt door veel mensen gekocht.
D
Een product wordt slechts door één bedrijf verkocht.

Slide 16 - Quiz

De WIC
  • West-Indische Compagnie 
  • Handelt met Amerika en West-Afrika
  • Beroven van Spaanse schepen van goud en zilver
  • Slavenhandel
  • Driehoekshandel (zie volgende dia)

Slide 17 - Diapositive

Driehoekshandel van de WIC

Slide 18 - Diapositive

Wat betekent driehoekshandel
A
De handel tussen Europa Azië en Afrika
B
De handel tussen Amerika, Afrika en Azië
C
De handel tussen Europa, Afrika en Azië
D
De handel tussen Europa, Afrika en Amerika

Slide 19 - Quiz

De volgorde van de driehoekshandel is...
A
Afrika - Amerika - Europa
B
Europa -Afrika - Amerika - Europa
C
Amerika - Afrika - Europa - Amerika
D
Europa - Afrika - Europa -Amerika

Slide 20 - Quiz

Bekijk hiernaast een plaatje van de driehoekshandel.

Welke compagnie hoort bij de driehoekshandel?
A
De VOC
B
De WIC

Slide 21 - Quiz

5

Slide 22 - Vidéo

Voor hoeveel procent van de totale slavenhandel is Nederland verantwoordelijk?
A
5%
B
25%
C
55%
D
80%

Slide 23 - Quiz

Waar staan de letters WIC voor?
A
West-Indische Compagnie
B
Westers Ingestelde Compagnie
C
West-Iconische Compagnie
D
Welvaart-Indische Compagnie

Slide 24 - Quiz

Waarom zou een slavenhandelaar het erg vinden dat één van de slaven sterft?
A
Dat vindt hij helemaal niet erg
B
Dan kan hij deze niet meer verkopen
C
Hij leeft erg mee met de slaven
D
Dan moet het weer opgeruimd worden

Slide 25 - Quiz

Waarom zouden slaven een brandmerk krijgen van de WIC?

Slide 26 - Question ouverte

Waarmee kopen de Nederlanders slaven? (meerdere antwoorden mogelijk)
A
Textiel
B
Kruiden
C
Drank
D
Wapens

Slide 27 - Quiz

Vragen?

Slide 28 - Diapositive

Dan ga je nu aan de slag!
Maak nu de opdrachten van 6.3

Slide 29 - Diapositive

Liever kijken in plaats van lezen/luisteren? 
Dan is hier het filmpje...!

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Vidéo