Hoofdstuk 3 - Herhaling wisselkoers

Welkom
3 MAVO ||  2022-2023


Hoofdstuk 3



1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welkom
3 MAVO ||  2022-2023


Hoofdstuk 3



Slide 1 - Diapositive

Wisselkoersen
We hebben allemaal verschillende soorten geld in de wereld.
Dit noemen we ook wel 'valuta'.

Veel landen in de Europese unie hebben de euro als betaalmiddel. Deze landen noemen we ook wel 'de eurozone'

De 'wisselkoers' geeft de verhouding tussen twee soorten valuta weer

Slide 2 - Diapositive

Veranderende wisselkoersen
De wisselkoersen kunnen veranderen...

Als de dollar meer waard wordt, kan ik voor mijn 1 euro minder dollars krijgen.

Slide 3 - Diapositive

Transactiekosten
Als ik valuta moet omwisselen betaal ik transactie kosten.
De bank moet namelijk geld verdienen om hun kosten te betalen. Ook willen ze er op verdienen.

De transactiekosten bij het omwisselen van valuta noemen we ook wel 'provisie'.

Slide 4 - Diapositive

Leerdoelen
In deze les leer je rekenen met wisselkoersen.

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Vidéo

WISSELKOERSEN
Je kunt:
  • vreemde valuta aankopen
  • vreemde valuta verkopen

Slide 7 - Diapositive

Er zijn 3 berekeningen bij wisselkoersen
AANKOPEN van vreemde valuta:
  • Ik heb 100 euro, hoeveel dollars kan ik kopen?
  • Ik koop 100 dollar, hoeveel euro kost me dat?

VERKOPEN van vreemde valuta:
  • Ik heb dollars over, hoeveel euro krijg ik daarvoor?

Slide 8 - Diapositive

verkoop- en aankoopkoers
Je koopt vreemde valuta. Dus je betaalt euro's. Hoeveel krijg je voor je euro's? Of hoeveel euro moet je betalen voor je vreemde valuta?
Je verkoopt vreemde valuta, je brengt ze terug naar de bank. Hoeveel euro krijg je terug?
Voor elke euro ontvang je 7,43 Kronen.
Voor elke euro moet je 7.45 Kronen inwisselen.

Slide 9 - Diapositive

Ik koop 100 pond, hoeveel euro kost dat?
AANKOOPKOERS (laagste)

bedrag in vreemde valuta : koers per euro = waarde in euro's
👉 100 : 0,85 = € 117,65

Slide 10 - Diapositive

Je koopt 150 Deense kronen. Hoeveel euro betaal je daarvoor?

Slide 11 - Question ouverte

Ik heb € 100, hoeveel pond kan ik kopen?
AANKOOPKOERS (laagste)

bedrag in euro's x lage wisselkoers = bedrag in vreemd geld dat je ontvangt
👉 100 x 0,85 = 85 GPB

Slide 12 - Diapositive

De wisselkoers van € 1 is:
bij koop: $ 1,30
bij verkoop: $ 1,28.

Hoeveel dollar krijg je voor € 300?
A
$ 384
B
$ 231
C
$ 390
D
$ 234

Slide 13 - Quiz

Ik heb 100 pond over, hoeveel euro krijg ik daarvoor?
VERKOOPKOERS (hoogste)

bedrag in vreemd geld : koers per euro = bedrag in euro's
👉 100 : 0,86 = € 116,28

Slide 14 - Diapositive

Je komt terug uit Engeland, en hebt nog 150 Pond over. Hoeveel euro krijg je hiervoor?
A
€ 174,42
B
€ 176,47

Slide 15 - Quiz

Provisie

Provisie: Het bedrag dat je aan het wisselkantoor (of de bank) betaalt omdat ze geld omwisselen.


Als je je berekening gemaakt hebt, en je weet hoeveel euro je moet betalen, tel je de provisie er bij op. Als je euro's terugkrijgt bij het teruggeven van buitenlands geld, haal je de provisie van het te ontvangen bedrag af (je krijgt dus minder omdat je voor het wisselen moet betalen).


Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Diapositive

Je wisselt bij de bank 1.500 Japanse yen in. Hoeveel euro krijg je daarvoor?
De provisiekosten zijn € 4.

Slide 19 - Question ouverte

Wat heb je geleerd?

Slide 20 - Diapositive

Wat zijn vreemde valuta?
A
buitenlands geld
B
wisselkoersen
C
provisiekosten
D
Euro's

Slide 21 - Quiz

Als de waarde van een euro gisteren
1 dollar was is en nu 1,30 dollar, dan is de wisselkoers van de euro ...
A
gestegen.
B
gedaald.

Slide 22 - Quiz

Je koopt 500 kronen.
Hoeveel euro kost je dat?

Slide 23 - Question ouverte

Josha is in Japan en betaalt 6.000 Yen voor sushi.
De wisselkoers is: 100 Yen = 0,20 Euro
Hoeveel euro heeft Laganty uitgegeven?
A
60 x 0,20 = 12
B
6.000 x 0,20 = 1.200
C
6.000 : 20 = 300
D
Ze lust geen sushi.

Slide 24 - Quiz

Je wisselt bij de bank 500 Amerikaanse dollars in. Hoeveel euro krijg je daarvoor?

Slide 25 - Question ouverte

Kosten die de bank berekend voor het omwisselen van geld noem je ...
A
wisselkoers.
B
aandelen.
C
provisie.
D
opslag.

Slide 26 - Quiz

Je koopt 150 Amerikaanse dollars. Hoeveel euro betaal je daarvoor?

De provisiekosten zijn € 4.

Slide 27 - Question ouverte

Je wilt voor een reis naar Denemarken € 250 besteden. De provisiekosten bedragen € 5. Hoeveel kronen kun je voor dat bedrag kopen?

Slide 28 - Question ouverte


Je koopt 800 kronen.
Hoeveel euro kost je dat?

Slide 29 - Question ouverte

Als de wisselkoers van de euro stijgt:
A
verbetert onze concurrentiepositie
B
verslechtert onze concurrentiepositie

Slide 30 - Quiz

Wat vind je nog moeilijk aan het rekenen met wisselkoersen?

Slide 31 - Question ouverte

Vind je het nog steeds lastig met wisselkoersen te rekenen? Bekijk dan de uitleg in de volgende video's.

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Vidéo

Slide 34 - Vidéo

Slide 35 - Vidéo

Slide 36 - Vidéo