8.1 Pruiken, FR, Napoleon

8.1 Hoe verloren vorsten hun macht
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, k, gLeerjaar 1

Cette leçon contient 31 diapositives, avec diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

8.1 Hoe verloren vorsten hun macht

Slide 1 - Diapositive

Planning
-Uitleg over 8.1 eerste deel
-Maak de opdrachten tot en met opdr. 6
-Bespreken
-Evaluatie

Slide 2 - Diapositive

Lesdoel
Jullie kunnen uitleggen wat:
- Wanneer de tijd van de pruiken en revoluties zich afspeelde
- Wat de Franse revolutie inhoudt
- Welke standen er precies waren
- Wat de Staten Generaal betekent 
- Guillotine

Slide 3 - Diapositive

  • Republiek: regenten, oftewel rijke burgers, waren de baas.
  • Engeland: het parlement had de meeste macht, maar er was ook een koning

  • In het parlement zaten edelen en rijke burgers
  • Frankrijk: de koning had absolute macht: hij mocht alles alleen bepalen, want hij had zijn macht van God gekregen

  • Andere vorsten zagen hem als voorbeeld
alleen burgers
burgers + koning
alleen koning
Wie had de macht?
1500 - 1700

Slide 4 - Diapositive

Tijd van pruiken en revoluties.1700-1800

Slide 5 - Diapositive

Absolutisme
Manier van regeren waarbij de vorst alle macht in handen heeft omdat God hem al die macht gegeven zou hebben. 


Monarchie: een regeringsvorm waarbij een koning de macht heeft

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Diapositive

3 standen

Slide 10 - Diapositive

De Eerste stand
De geestelijkheid => de mensen van de kerk. 
Taak:  zorgen dat God tevreden is. 

Zij hadden voorrechten of privileges :
  • De kerk bezat veel land. 
  • De geestelijken  mocht het Franse volk belasting laten betalen en hoefde zelf geen belasting te betalen.

  

Slide 11 - Diapositive

De Tweede Stand

Taken => Beschermen, besturen en  recht spreken  van de Eerste en Derde stand

Privileges: 
  • De adel bezat een groot gedeelte van Frankrijk
  • Zij mochten recht spreken,  besturen en belasting heffen.
  • Ze hoefden zelf geen belasting te betalen



Slide 12 - Diapositive

De 
Derde stand
De boeren en de burgers
Taak: Bidden &  werken

  • Arme boeren en werklieden.
  • Rijke burgerij. Dit waren handelaren, bankiers, advocaten etc.  => Mensen die veel belasting betaalden maar NIETS te zeggen hadden
  • De grootste stand!
 



Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Lien

Aan de slag met: 

Maak van paragraaf 8.1 
Bladzijde 116-117
Vraag 1 t/m 3
Klaar?

Ga naar Herhalingsopdracht
Bladzijde 121
Vraag 1 t/m 3
timer
10:00

Slide 15 - Diapositive

8.1 Hoe verloren vorsten hun macht

Slide 16 - Diapositive

Planning
-Uitleg over 8.2 tweede deel
-Maak de opdrachten tot en met opdr. 6
-Bespreken
-Evaluatie

Slide 17 - Diapositive

Herhaling 8.1
Welke Standen waren er?
Wat voor macht was er?
Wat is een monarchie?

Slide 18 - Diapositive

Lesdoel
Jullie kunnen uitleggen wat:
- Wanneer de tijd van de pruiken en revoluties zich afspeelde
- Wat de Franse revolutie inhoudt
- Welke standen er precies waren
- Wat de Staten Generaal betekent 
- Guillotine

Slide 19 - Diapositive

Verlichte ideeën
Vanaf de 18e eeuw dachten geleerden na over gelijkheid en vrijheid
Iedereen moest gelijke rechten hebben en de koning moest in het belang van het volk regeren. Het volk mocht zijn mening geven!
Dit geeft grote spanningen!

Slide 20 - Diapositive

Waarom komen de Fransen in opstand tegen hun koning?
  1. absolutisme
  2. standenmaatschappij
  3. misoogst
  4. faillissement 

Slide 21 - Diapositive


Misoogst
1788



Door mislukte oogsten waren de graanprijzen (en dus ook de prijs van brood) enorm gestegen. Er ontstonden zelfs hongersnoden.

Ondertussen moest de 3e stand wél veel belasting betalen.

Slide 22 - Diapositive

Waarom komen de Fransen in opstand tegen hun koning?
  1. absolutisme
  2. standenmaatschappij
  3. misoogst
  4. faillissement 

Slide 23 - Diapositive


Frankrijk gaat failliet
mei 1789



Feesten, paleizen, bestuur en oorlogen kosten veel geld, maar het geld is op. 
Koning Lodewijk XVI wil graag meer geld hebben, en roept daarom (voor het eerst in 175 jaar) de Staten-Generaal bij elkaar. 
= De vergadering van de 3 standen.

Slide 24 - Diapositive

De Franse Revolutie
De mensen van de 3e stand waren ontvreden, zij moesten alles betalen voor de mensen van de 1e en 2e stand.

Ze pikte het niet meer en kwamen in opstand, ze bestormde de Bastille

De Revolutie verliep zeer geweldadig en bloederig

Slide 25 - Diapositive

Frankrijk na de Revolutie
De koning werd afgezet en Frankrijk werd een Republiek (dat heeft niet lang geduurd)

De Kerk en de Adel verloren hun macht, in de grondwet kwam te staan dat iedereen gelijk was

Het motto van de Revolutie was: Liberté, Égalité et Fraternité

Slide 26 - Diapositive

Aan de slag met: 

Maak paragraaf 8.1
Bladzijde 118-120
Vraag 4 t/m 7  
Klaar?


Ga naar Herhalingsopdracht
Bladzijde 121
Vraag 1 t/m 3
timer
10:00

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Lien

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive