leçon 31

Bonjour !
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactif, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Bonjour !

Slide 1 - Diapositive

Le programme :
        Aujourd'hui (=vandaag) :
  • Parler de ses loisirs
  • Apprendre les verbes en -ER




leçon 31

Slide 2 - Diapositive

Supplément, 
pages 33-34

  • Parlez français 1
  • Pratiquez le dialogue 1 page 34

Slide 3 - Diapositive

Regelmatige werkwoorden op -er
supplément page 36 

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Vidéo

Regelmatige ww op -er
Heel veel werkwoorden in het Frans eindigen op -ER
Bijvoorbeeld:
  • danser
  • travailler
  • donner
Bijna al deze werkwoorden worden op dezelfde manier vervoegd. Dit noemen we de regelmatige werkwoorden. 

Slide 6 - Diapositive

De stam
De stam maak je door -ER van het hele werkwoord  af te halen. Later plak je hier de uitgangen achter...

Bijvoorbeeld:
parler --> parl-
danser --> dans-

Slide 7 - Diapositive

De uitgangen

Slide 8 - Diapositive

Is "Je aime" juist of fout?
A
juist
B
fout

Slide 9 - Quiz

Tu te souviens? 

Slide 10 - Diapositive

Qu'est-ce que c'est "on" ?
"On" betekent letterlijk "men". In spreektaal wordt het gebruikt zoals in het Nederlands "we" gebruiken.
"on" wordt vervoegd als "il" en "elle", met een -e op het eind.
EXEMPLES:
=> On joue au foot = we voetballen.
=> Aux Pays-Bas, on mange des bitterballen. = In Nederland, eten we bitterballen.

Slide 11 - Diapositive

Vous
  vous = jullie
    vous = u

Slide 12 - Diapositive

Elles
Elles gebruik je allen als je zeker weet dat je over allen maar meisjes en/of vrouwen praat (vrouwelijk meervoud). Voor mannelijk meervoud of gemengd meervoud gebruik je ils.

Slide 13 - Diapositive

Supplément 
pages 36-37

Faire:
    • Seul: page 36
    • Ensemble: exercice A
    • Seul et en silence (=alleen en in stilte) : exercice B

    Slide 14 - Diapositive

    Exercice B page 37
    1. adore
    2. joue
    3. aimez
    4. aime
    5. regardons
    6. habitez
    7. habitons
    8. jouent
    9. cherche
    10. rentrent

    Slide 15 - Diapositive

    Les devoirs:
    • Apprendre: les verbes en -er (supplément pages 36-37) + StudyGo 3-2 F-N
    • Faire: Bravoure > hoofdstuk 3 > 3.1 > 6-7-8-9-10

    Slide 16 - Diapositive