H3 - 22/03/2019

• Engels
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Wednesday 22 May

- Read

- Grammar review: past simple & present perfect

- Correct homework

- Grammar: if-sentences

- Let's practise

- Quizlet

Grammar review

Correct homework

- Ex. 1 + 2 (handout)

- Ex. 7 & 10 (p. 116 + 117 WB) 

-  Test yourself - Unit 6: Lesson 1

Grammar: If-zinnen (p. 38 & 138 TB)

If- sentence 

When-sentence

Algemene waarheden & feiten

2x present simple:

The door opens if you press this button. 

If you heat ice, it melts.

If it rains the grass gets wet.

If-zin in de present simple?

Dan gebruik je will + hele werkwoord in de hoofdzin:

If you leave now, you will not (won't) be late .

If you invite them, they will come.

If you don't hurry you will miss the train.

If-zin in de past simple?

Dan gebruik je would + hele werkwoord in de hoofdzin:

If I had enough money, I would help you.

If you went to bed earlier you would not be so tired.

If it rained you would get wet.

Informatie in if-zin feitelijk niet waar? 

Dan gebruik je voor de vertaling van 'zijn' were voor alle personen:

I would buy it if I were you. 

If I were a boy even just for a day ...(liedje Beyoncé)

Andere hulpwerkwoorden

Je kunt in de hoofdzin ook andere hulpwerkwoorden dan 'would' gebruiken (should, can etc.), maar dit hangt af van de betekenis.

You should ask for help if you need it. 

If you have time, you can wash my car. 

Let's practise

- Ex. 36 & 41 (p. 39 & 41 WB)

- Grammar trainer Unit 2 - Lesson 4

- Test yourself Unit 2 - Lesson 4 (online)(moet voldoende zijn)