Herhaling Lezen H3 en H4 DKB2B 12-4-2021

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 2

Goedemorgen, DBK2C! Wat gaan we vandaag doen?

- Jeugdjournaal

- Herhaling Lezen H3

- Herhaling Lezen H4

- Oefentekst

- Oefentekst bespreken

- Zelfstandig werken

Welk nieuws verwacht jij
vandaag in het Journaal?

Het Jeugdjournaal

Welk nieuws vond jij het meest indrukwekkend?

Aanstaande woensdag: Herkansing Lezen H3 en H4

- Lezen H3: Samenhang in teksten --> signaalwoorden

- Lezen H4: Feiten, meningen en argumenten

Lezen H3: samenhang in teksten

• Zinnen en alinea's hebben altijd met elkaar te maken. Ze staan in een bepaalde volgorde. Schrijvers gebruiken daarom vaak signaalwoorden.

• Als in een tekst stappen worden uitgelegd (bijv. een instructie), gebruikt de schrijver signaalwoorden voor volgorde: eerst, daarna, ten slotte
  Ten slotte doe je het klepje van de telefoon dicht.

• Als de schrijver wil laten blijken dat er voordelen én nadelen zijn, gebruikt de schrijver signaalwoorden voor een tegenstelling: maar, echter
  Ik ben erg verdrietig, maar mijn zusje troost mij.

Ik ben heel groot, maar mijn jongere broer is nog heel klein.

1. Volgorde
2. Tegenstelling

Verzin zelf een zin met het signaalwoord 'daarna'.

Verzin zelf een zin met het signaalwoord 'maar'.

Lezen H4: feiten, meningen en argumenten

• Feit: kun je controleren.

Dit museum is gebouwd tussen 2013 en 2016. > dit kun je controleren op bijv. de site van het museum of Wikipedia.

• Mening: iets wat iemand vindt. Je kunt het eens of oneens zijn hiermee.

Ik vind het een mooi gebouw.

Herken je aan signaalwoorden: ik vind, volgens mij.

• Argument: uitleg van jouw mening. Je onderbouwt waarom je iets vindt.

Ik vind het een mooi gebouw, want het is helemaal wit van binnen.

Herken je aan signaalwoorden: omdat, want, daarom, namelijk

Als op school de bel gaat, is de les begonnen of afgelopen.

1. Feit
2. Mening
3. Argument

Ik vind dat jongeren vanaf 16 jaar alcohol mogen drinken.

1. Feit
2. Mening
3. Argument

Ik ben verdrietig OMDAT MIJN HOND OVERLEDEN IS.

1. Feit
2. Mening
3. Argument

IK BEN VERDRIETIG omdat mijn hond overleden is.

1. Feit
2. Mening
3. Argument

Een scheet laten is goed tegen een hoge bloeddruk.

1. Feit
2. Mening
3. Argument

Maak een zin met het signaalwoord 'omdat'.

https:

Leestekst: 'Zoet Zeewater'

Gezamenlijk lezen

Wat is het onderwerp van deze tekst?

1. Waterdamp
2. Zoet zeewater
3. Zoet water maken
4. Zout water maken

Hoeveel dingen worden er opgesomd in alinea 1?

Is de opsomming van alinea 3 een hoofdzaak of een bijzaak?

1. Hoofdzaak
2. Bijzaak

Welke signaalwoorden voor volgorde van tijd staan in alinea 3?

Hoeveel dingen heb je nodig om van zout water zoet water te maken

1. Twee
2. Zes
3. Zeven
4. Meer dan tien

Van waar af drupt het water in het glas?

1. Dat staat niet in de tekst.
2. Vanaf de emmer.
3. Vanaf de steen.
4. Vanaf het plastic

Wat is het doel van deze tekst?

1. De lezer een mening geven
2. De lezer iets laten doen
3. De lezer laten vermaken
4. De lezer iets leren of uitleggen

Welke zin geeft het belangrijkste van tekst 1 weer?

1. In zeewater zit zout.
2. Je kunt van zout water zoet water maken.
3. Mensen moeten zoet water drinken.
4. Zout verdampt niet. Water wel.

Lezen H4: oefentekst

- Classroom

- Animal Cops

- Lees de tekst, beantwoord de vragen

- Dit gaan we morgen bespreken!!!

https:

'Animal Cops'

Lees de tekst en beantwoord de vragen?

Eerder klaar ? Taalverzorging H6 --> werkwoordspelling!

Is je geheugen weer opgefrist wat betreft Lezen H3 en H4?

Ik ga de herkansing niet doen.

Ja, dit heeft me echt geholpen voor de herkansing!

Het was een fijne herhaling maar ben nog niet klaar voor de herkansing.

Ik heb écht nog extra uitleg nodig.

De volgende keer...