Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Antwoorden Opdrachten eindexamen
EXAMENTRAINING HOOFDSTUK 2
1 / 13
suivant
Slide 1:
Diapositive
Economie
Middelbare school
mavo
Leerjaar 4
Cette leçon contient
13 diapositives
, avec
diapositives de texte
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
EXAMENTRAINING HOOFDSTUK 2
Slide 1 - Diapositive
1
Gebruik de informatiebron op de volgende bladzijde
Hoe bereken je de kredietkosten?
Vergeet niet dat je ook het voordeel moet berekenen.
Lening Ortus € 212 X 60 = € 12.720 1p
Gemeente € 67 X 180 = € 12.060
€ 12.720 - € 12.060 = € 660 voordeel 1 p
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
2
3
Welke procentsom moet je hier gebruiken?
( 0,50 - 0,20) / 0,20 X 100 = 150%
Bij de bank veiliger dan thuis
Slide 4 - Diapositive
4
De vraag staat op de volgende bladzijde
Slide 5 - Diapositive
A
Slide 6 - Diapositive
5
Consumtief krediet kan je of bij een bank afsluiten maar ook bij winkels.
Dit is een echte leervraag
Bij de bank
doorlopend krediet
In winkels
koop op afbetaling of huurkoop
Slide 7 - Diapositive
6
Wat wordt de maandtermijn?
Hoe bereken je de kredietkosten?
Welke procent som moet je maken?
€ 2.000 lenen laagste maandtermijn € 44,51
60 X € 44,51 = € 2.670,60 Kredietkosten € 2.670,60 - € 2.000= € 670,60
(€670,60/ €2.000) X 100 = 33,5%
Slide 8 - Diapositive
7.
Vul in lagere of hogere op de lege plekken
lager, hoger
Slide 9 - Diapositive
8
creditsaldo
giraal
de toekomst
Slide 10 - Diapositive
Bereken voor een doorlopend krediet van € 5.000 de vragen a t/m d
a. € 100
b. (€ 5.000/ 100) X 0,52 = € 26
c. € 100 - € 26 = € 74
d. € 5.000 - € 74 = € 4.926
Slide 11 - Diapositive
10
Enkelvoudige of samengestelde rente?
Enkelvoudige rente
( 0,0175 × € 4.500 × 5 = € 393,75
Slide 12 - Diapositive
Samengestelde rente
Je mag het ook berekenen zonder de groeifactor!!!!
A (€ 17.500 / 100 )X 1,3 = € 227,50
€ 17.500 + € 227,50 = ( € 17.727,50 / 100 ) X 1,3 = € 230,46
€ 17.727,50 + € 230,46 = ( € 17.957,96/ 100 ) X 1,3 = € 233,45 x € 17957,96 = € 18.191,41
B. € 227,50 + € 230,46 + € 233,45 = € 691,41
A 1,3 % = 1,3 : 100 = 0,013
0,013 + 1 = 1,013
€ 17.500 X 1,013X1,013X1,013= € 18.191,41
b. € 18.191,41 - € 17.500 = € 691,41
Slide 13 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
3.3 Geld lenen kost geld
October 2018
- Leçon avec
31 diapositives
par
Eieren voor je geld
Economie
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 3
Eieren voor je geld
3.3 Geld lenen kost geld!
September 2018
- Leçon avec
30 diapositives
par
Eieren voor je geld
Economie
Middelbare school
vmbo g, t
Leerjaar 3
Eieren voor je geld
2.3 Lenen is betalen!
August 2018
- Leçon avec
34 diapositives
par
Eieren voor je geld
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
Eieren voor je geld
2.3 Lenen is betalen!
August 2018
- Leçon avec
35 diapositives
par
Eieren voor je geld
Economie
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 4
Eieren voor je geld
Antwoorden Opdrachten eindexamen
November 2021
- Leçon avec
10 diapositives
Economie
Middelbare school
mavo
Leerjaar 4
2.3 Wie leent, maakt schulden
November 2023
- Leçon avec
38 diapositives
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
2.3 nieuw Wie leent maakt schulden
October 2023
- Leçon avec
25 diapositives
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
H3.3
November 2023
- Leçon avec
21 diapositives
Economie
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3