2.2 Organen van planten

• Biologie / Verzorging
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

	Vak: Biologie Hoofdstuk: 2.2 Organen van planten
1.	Lesopening
2.	Lesdoel
3.	Arrangementen + mini-check
4.	Instructie
5.	Begeleid inoefenen
6.	Zelfstandig werken
7.	Evaluatie

1. Lesopening

Open je boek van biologie op bladzijde 86.

2. Lesdoel 

Aan het eind van deze les:

- Kun je de bouw en functie van wortels, stengels en bladeren beschrijven;

- Kun je orgaanstelsels van planten beschrijven met hun functie

3. Arrangementen + mini-check

 Verdiept arrangement (8 gemiddeld of hoger): niemand

Iedereen doet mee met de mini-check. 

Het wortelstelsel bestaat uit de wortelharen.

1. Ja
2. Nee

De wortelharen nemen water met voedingsstoffen op.

1. Ja
2. Nee

De reservestoffen worden opgeslagen in de zijwortels.

1. Ja
2. Nee

Stengels zorgen voor het transport van stoffen.

1. Ja
2. Nee

Wie maakt wat? 

Had je de vragen van de mini-check goed? Dan mag je zelfstandig aan het werk. 
Je maakt opdracht 1 t/m 4 op blz 90/91

De rest doet mee met de instructie. 

4. Instructie

Een orgaan is een deel van een organisme met een eigen taak.

Ook planten hebben organen.

2.2 Organen van planten

De organen van planten zijn:

- bloem

- blad

- stengel

- wortel

2.2 Organen van planten

De wortels van een plant groeien in de grond.

De wortels van een plant samen noem je het wortelstelsel.

De meeste planten hebben een hoofdwortel met een zijwortel.

Aan het uiteinde van de zijwortels zitten wortelharen.

2.2 Organen van planten

Veel planten slaan reservevoedsel op in hun wortels.

Bijvoorbeeld een paardenbloem.

In de winter heeft een paardenbloem geen bloemen en bladeren. Maar onder de grond leeft de wortel nog.

In de lente kan uit de wortel weer een nieuwe plant groeien. De plant gebruikt daarvoor het reservevoedsel uit de wortel.

2.2 Organen van planten

De wortels van een plant hebben 3 taken:

- water met voedingsstoffen opnemen

- reservevoedsel opslaan

- de plant stevig vastzetten in de grond

bladeren

De taak van bladeren is voedsel maken voor de plant (fotosynthese).

Voor fotosynthese is licht nodig.

stengels

De stengels zitten tussen de bladeren en de wortels.

Stengels hebben 2 taken:

- dragen de bladeren en bloemen

- vervoeren van water en voedingsstoffen

2.2 Vervoer

Door een stengel lopen lange, dunne buisjes. 

Deze buisjes heten vaten.

Vaak liggen de vaten in groepjes bij elkaar.

Een groepje vaten heten een vaatbundel.

De vaten lopen door de hele plant: van de wortels via de stengel naar de bladeren.

6. Zelfstandig werken

Je maakt zelfstandig opdracht 1 t/m 4 op blz 90/91.

Ben je klaar?

Dan kijk je je werk na

Dan ga je de samenhang op blz 94 maken.

7. Evaluatie 

Hoe ging de les?

Zijn er nog onderdelen die je lastig vindt?

Lesdoel:

- Kun je de bouw en functie van wortels, stengels en bladeren beschrijven?

- Kun je orgaanstelsels van planten beschrijven met hun functie?

Huiswerk & Toetsen

Huiswerk LJ1: 

Dinsdag 31 oktober

2.2 opdracht 1 t/m 4

Toetsen LJ1: 

Waar of niet waar?

Ga allemaal staan. Er komt zo meteen een stelling op het bord te staan. Als jullie denken dat de stelling waar is, lopen jullie naar de deur toe. Als je denkt dat de stelling niet waar is, ga je zitten op je eigen stoel. 

Stelling 1:

Aan het uiteinde van de hoofdwortel zitten wortelharen.

Stelling 2:

Wortels, stengels en bladeren zijn organen van een plant

Stelling 3:

Stengels hebben 2 functies

Stelling 4:

De reserve stoffen van een plant, zitten in de bladeren.

Stelling 5: 

Een groepje vaten bij elkaar heten een vaatbundel.