KEUZEVAK welzijn volwassenen en ouderen

Het doel van sociale activiteiten is:
A
sociale contacten bevorderen
B
activiteiten uitvoeren die mensen graag doen
C
activiteiten uitvoeren om mensen in beweging te krijgen
D
activiteiten uitvoeren waarbij je mensen iets leert
1 / 25
suivant
Slide 1: Quiz
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Het doel van sociale activiteiten is:
A
sociale contacten bevorderen
B
activiteiten uitvoeren die mensen graag doen
C
activiteiten uitvoeren om mensen in beweging te krijgen
D
activiteiten uitvoeren waarbij je mensen iets leert

Slide 1 - Quiz

Hoe noemen we communiceren met je houding?
A
Verbale communicatie
B
Non-verbale communicatie
C
Communicatie door vorm
D
Communicatie door geluid

Slide 2 - Quiz

Hoe noem je de terugkoppeling die je krijgt van een ander?
A
Communicatie
B
Feedback
C
Ontvanger
D
Zender

Slide 3 - Quiz

Wat betekent evalueren
A
Achteraf bespreken om ervan te leren.
B
Vooraf bespreken om ervan te leren.

Slide 4 - Quiz

Wat is empathie?
A
contact gestoord
B
inlevingsvermogen
C
sociaal gedrag
D
inspanning

Slide 5 - Quiz

7. Annet heeft een gesprek met stagiair Robert. Ze vindt dat er toch een paar dingen zijn die niet goed gaan. Robert vindt juist dat het heel goed gaat. Wat moet hij doen met de kritiek van Annet?
A
Vragen stellen om er achter te komen wat Annet precies bedoelt
B
Niet op reageren, morgen gewoon verder gaan.
C
Zeggen dat hij het er niet mee eens is en het gesprek afronden
D
D. Toch zeggen het met Annet eens te zijn, hij is tenslotte maar stagiair

Slide 6 - Quiz

Waar staat NAH voor?

Slide 7 - Question ouverte

JUIST
ONJUIST
De actieve tillift wordt gebruikt bij zorgvragers die nog wel kunnen staan, maar niet meer in staat zijn zelfstandig te gaan zitten.
De passieve tillift wordt ook wel sta-lift genoemd.

Slide 8 - Question de remorquage

ADL hulpmiddelen

Slide 9 - Diapositive

Benoem alle vijf van de voorgaande hulpmiddelen?

Slide 10 - Question ouverte

Om de zelfredzaamheid te stimuleren kun je advies vragen aan de....
A
Logopediste
B
Ergotherapeut
C
Fysiotherapeut
D
Diëtiste

Slide 11 - Quiz

Wat heeft een fysiotherapeut met ergonomie te maken?
A
Een fysiotherapeut geeft tips en adviezen hoe je gezond beweegt.
B
Een fysiotherapeut kan je helpen als je klachten hebt doordat je houding bij het werk niet goed was.
C
Een fysiotherapeut kan je helpen om oefeningen te doen waardoor je leert om je lichaamshouding te verbeteren.
D
Een fysiotherapeut maakt materiaal waardoor je een betere houding hebt.

Slide 12 - Quiz

Observeren is:
A
Hetzelfde als kijken
B
Iemand vragen stellen
C
Waarnemen van gedrag
D
Iemand recht in de ogen kijken

Slide 13 - Quiz

welke voorwaarden moeten aanwezig zijn voor een goede observatie
A
subjectief, doelgericht, systematisch, nauwkeurig
B
objectief, doelgericht, systematisch, nauwkeurig
C
objectief, referentiekader, systematisch, nauwkeurig
D
objectief, doelgericht, ruis, nauwkeurig

Slide 14 - Quiz

Feit
Mening
Objectief
Subjectief

Slide 15 - Question de remorquage

Rapporteren is....
A
Objectief
B
Subjectief

Slide 16 - Quiz

 Wat voor een waarneming is het?
Bertha houdt haar telefoon vast.
De klas is erg rumoerig.
Bertus heeft een mooi t-shirt aan.
Objectief
Subjectief
Subjectief
Objectief

Slide 17 - Question de remorquage

Bij welke beperking heb je rolstoel nodig?
A
een auditieve beperking
B
een verstandelijke beperking
C
een motorische beperking
D
een visuele beperking

Slide 18 - Quiz

Wanneer iemand geen benen heeft, noemt met dat een vorm van
A
Lichamelijke beperking
B
Verstandelijke beperking
C
Sociale beperking
D
Geen beperking

Slide 19 - Quiz

Wanneer iemand gediagnosticeerd is met ADHD of borderliner, dan heeft men een vorm van een
A
lichamelijke beperking
B
Sociale beperking
C
Verstandelijke beperking
D
Geen beperking

Slide 20 - Quiz

Wat is ADL?
A
Algemeen Dagelijkse Lichaamsverzorging
B
Algemeen Dagelijkse levensverrichtingen
C
Activiteiten Dagelijks Leven
D
Algemeen Dagelijkse Leefactiviteiten

Slide 21 - Quiz

Maakt je onafhankelijk van anderen 
gaat het erom in hoeverre je jezelf kunt redden
zelfredzaamheid
zelfstandigheid

Slide 22 - Question de remorquage


A
Zelfredzaamheid middelen
B
doehetzelf middelen
C
ADL hulpmiddelen

Slide 23 - Quiz

Wat is dit?
A
Een zak om haar mee te drogen
B
Een hulpmiddel om steunkousen mee aan te trekken
C
Een steunkous
D
Alle antwoorden zijn onjuist

Slide 24 - Quiz

Sleep de juiste aandoening naar de juiste beperking
motorische beperking
orgaan beperking 
zintuigelijke beperking
slechtziend 
COPD
spasme
hartfalen
slechthorend
dwarslaesie

Slide 25 - Question de remorquage