Ben je verantwoordelijk voor de veiligheid van de bezoekers in het bassin dat aan jou is toevertrouwd.
Werk je actief aan de veiligheid van de bezoekers door ongevallen/verdrinking te voorkomen (preventie) in het bassin dat aan jou is toevertrouwd.
Ben je in staat om bij een ongeval/(bijna) verdrinking, snel en goed hulp te verlenen en levensreddende handelingen uit te voeren. Eventueel samen met andere collega’s.
Slide 10 - Diapositive
Wat je als Lifeguard moet weten
Wet is wat moet, Besluit is wat hoort.
Slide 11 - Diapositive
Wat je als Lifeguard moet weten
Preventief handelen
Reddend handelen
Slide 12 - Diapositive
In welk plan staat de afgesproken rol per zwembadmedewerker, waardoor je precies weet wat je moet doen, mocht er iets gebeuren?
A
Calamiteitenplan
B
Het logboek bij het toezichtplan
C
Nood- en Ontruimingsplan
D
Toezichtplan
Slide 13 - Quiz
Welke van de onderstaande stellingen is juist? I. In de wet is geregeld dat een zwembad een Toezichtplan, een Nood- en Ontruimingsplan en een Calamiteitenplan moet hebben. II. VVA (Veiligheid, Verantwoordelijkheid en Aansprakelijkheid is ook een plan wat in elk zwembad aanwezig moet zijn.
A
Alleen stelling I is juist
B
Alleen stelling II is juist
C
Beide stellingen zijn juist
D
Beide stellingen zijn onjuist
Slide 14 - Quiz
De afkorting BHVBZ staat voor:
A
Besluit Hygiëne en Veiligheid Badinrichtingen en Zwemgelegenheden
B
Besluit Hygiëne en Veiligheid Bezoekers en Zwembadmedewerkers
C
Besluit Hygiëne en Verantwoordelijkheden Badinrichtingen en Zwembadmedewerkers
D
Besluit Hygiëne en Verantwoordelijkheden Bezoekers en Zwemgelegenheden
Slide 15 - Quiz
Welke stelling is juist?
A
In het BHVBZ staat dat er alleen gewerkt mag worden met gekwalificeerde toezichthouders
B
In het BHVBZ staat dat er deels gewerkt mag worden met niet (volledig) gekwalificeerde toezichthouders
C
In het BHVBZ staat niks over het al dan niet werken met gekwalificeerde toezichthouders
D
Geen van bovenstaande stellingen is juist
Slide 16 - Quiz
Als Lifeguard:
A
Moet je ervoor zorgen dat je altijd fit blijft
B
Draag je een verplicht tenue
C
Controleer je continue de situatie in het zwembad
D
Mag je sieraden dragen
Slide 17 - Quiz
Welke van de onderstaande stellingen is juist? I. Als Lifeguard moet je er altijd netjes en verzorgd uitzien. II. Goed gastheerschap is voor een Lifeguard net zo belangrijk als toezichthouden.
A
Alleen stelling I is juist
B
Alleen stelling II is juist
C
Beide stellingen zijn juist
D
Beide stellingen zijn onjuist
Slide 18 - Quiz
Drie belangrijke kenmerken van een Lifeguard zijn:
A
Fit, gastvrij en tolerant
B
Flexibel, fit en vriendelijk
C
Tolerant, flexibel en gastvrij
D
Vriendelijk, gastvrij en tolerant
Slide 19 - Quiz
Welke van de onderstaande stellingen is juist? I. Als Lifeguard ben je een echte teamplayer. II. Als Lifeguard is het vooral je eigen verantwoordelijkheid om te doen wat er in het Toezichtplan staat.