Theme 1-4

Hello Hello class 2!
1 / 31
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

Cette leçon contient 31 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Hello Hello class 2!

Slide 1 - Diapositive

Today
  • - Speaking: ex. 29
  • - Writing book: irregular verbs 1-10
  • - Past simple (bevestigend regelm / onregelm.)

Slide 2 - Diapositive

p. 47. Use Theme words -Holiday activities

Slide 3 - Diapositive

Past simple

Slide 4 - Diapositive

Past Simple
De verleden tijd noemen we in de Engelse taal de past simple.
 

  •  Wanneer gebruik je de past simple?
  • Hoe maak je de past simple?
  • Uitzonderingen van de past simple

Slide 5 - Diapositive


Past Simple
1. Wanneer gebruik je de past simple?


2. Hoe maak je de past simple: regular?


3. Hoe maak je de past simple: irregular?

Slide 6 - Diapositive


Past Simple
1. Wanneer gebruik je de past simple?

Je gebruikt de ''past simple'' om te praten over het verleden. De actie of gebeurtenis is gestopt. Er is geen link nu. 

Slide 7 - Diapositive


Past Simple

2. Hoe maak je de past simple: regular verbs (regelmatige werkwoorden)? 

Je voeg -(e)d aan het werk woord 
ww+ed
I played football.  She opened her book. They visited Rome. 

Slide 8 - Diapositive

 RWW Spelling
- Als een werkwoord eindigt op -e, dan komt er in de past simple alleen een -d achter:
I live - I lived
you move - you moved


- In de past simple wordt de laatste medeklinker verdubbeld als er één klinker voor staat:
I drop - I dropped
they plan - they planned

Slide 9 - Diapositive

 RWW Spelling
Als een werkwoord eindigt op -y, dan komt er in de past simple een -ied achter:
I carry- I carried
you study- you studied

In de past simple komt er een -ed achter als er een klinker voor staat:
I play - I played

Slide 10 - Diapositive

Past Simple of
''to work''?

Slide 11 - Question ouverte

Past Simple of
''to want''?

Slide 12 - Question ouverte

Past Simple of
''to like''?

Slide 13 - Question ouverte

Past Simple of
''to study'?

Slide 14 - Question ouverte

I _____ (to change) my flight yesterday.

Slide 15 - Question ouverte

The boys _____ (to call) the police last week.

Slide 16 - Question ouverte


Past Simple

3. Hoe maak je de past simple: irregular?
Bij onregelmatige werkwoorden verandert de vorm van het werkwoord. Zo wordt bijvoorbeeld
go-went, eat-ate, buy- bought 

We went to the cinema. 
I ate a sandwich yesterday. 
He bought a new car. 

Slide 17 - Diapositive

Past Simple - OWW

Er zijn geen regels voor de OWW, je moet ze uit je hoofd leren. Je pakt voor de Past Simple de 2e rij. (blz. 213-214)

see - saw - seen
come - came - come

Slide 18 - Diapositive

Look at page 213-214. Write past simple of ''to have''?

Slide 19 - Question ouverte

Look at page 213-214. Write past simple of ''to have''?

Slide 20 - Question ouverte

Look at page 213-214. Write past simple of ''to meet''?

Slide 21 - Question ouverte

Look at page 213-214. Write past simple of ''to sleep''?

Slide 22 - Question ouverte

Look at page 213-214. Write past simple of ''to swim''?

Slide 23 - Question ouverte

Look at page 213-214. Write past simple of ''to buy''?

Slide 24 - Question ouverte

She _____ (to write)a letter to her parents.

Slide 25 - Question ouverte

I _____ (to spend) all my money.

Slide 26 - Question ouverte

They _____ (to begin) to sing my favourite song.

Slide 27 - Question ouverte

Well done!








Slide 28 - Diapositive


  • Do ex. 31 + 32c (p 48-49)
  • Study irr.verbs 1-15 (blz. 213)


Slide 29 - Diapositive

I can use present simple.
😒🙁😐🙂😃

Slide 30 - Sondage


Bye Bye!

Slide 31 - Diapositive