4 TL 10.4 Voortplanting met Bloemen les 2

10.4 Voortplanting met Bloemen les 2
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

Cette leçon contient 16 diapositives, avec diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

10.4 Voortplanting met Bloemen les 2

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen
  1. Je kunt uitleggen hoe na bevruchting vruchten en zaden ontstaan.  
  2. Je kunt drie manieren beschrijven waarop planten hun zaden verspreiden
  3. Je kunt de levenscyclus van een plant beschrijven

Slide 2 - Diapositive

Begintaak
Hoeveel bloemen 
zie je op deze foto?


Slide 3 - Diapositive

Hoe ontstaan zaden en vruchten?
Na de bevruchting begint alles te groeien:
1. het vruchtbeginsel van de stamper groeit uit tot een vrucht

2. binnenin het vruchtbeginsel groeien alle zaadbeginsels waarbij de eicel is bevrucht uit tot een zaadje

Slide 4 - Diapositive

Vruchten
De kroonbladeren verschrompelen en vallen af.
De kelkbladeren blijven soms nog zitten (onderkant appel).

Het vruchtbeginsel groeit uit tot een vrucht (soms met veel vruchtvlees) met binnenin de zaadjes.

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Uit vruchtbeginsels ontstaan vruchten

Na de bevruchting:
1. Bloemen verschrompelen
2. Zaadbeginsels wordt zaad
3. Vruchtbeginsel wordt vrucht

Slide 7 - Diapositive

Zaden
- Kiem (mini blaadje en mini worteltje)
- Zaadlobben met reservevoedsel

Stop je een zaadje in de grond, dan wordt de kiem een nieuw plantje (gebruikt eerst het reservevoedsel uit de zaadlobben)

Slide 8 - Diapositive

Slide 9 - Vidéo

In de bloem:
Zaadbeginsels worden zaden
Na de bevruchting gaan de zaadbeginsels en het vruchtbeginsel groeien. De zaadbeginsels ontwikkelen zich tot zaden met in elk zaad een bevruchte eicel. 

Als een eicel in een zaadbeginsel niet bevrucht is, verschrompelt dat zaadbeginsel.

De zaden van peulvruchten noem je bonen.

1. Verschrompeld zaadbeginsel: Dit zaadbeginsel is niet bevrucht.
2. Een minder goed ontwikkelt zaad (het kleinere boontje)

1
Restant bloemkelk met bloemsteel

2
Restant van de stijl

3

Slide 10 - Diapositive

Verspreiding van de zaden (in de vruchten)
De zaadjes (in de vruchten) moeten verspreid worden zodat ze op een geschikte plek kunnen ontkiemen.
1. verspreiding door dieren
- vruchten eten en zaadjes poepen
- vruchten met weerhaakjes die in vacht kleven
2. verspreiding door plant zelf
3. verspreiding door de wind

Slide 11 - Diapositive

Vruchten
De kroonbladeren verschrompelen en vallen af.
De kelkbladeren blijven soms nog zitten (onderkant appel).

Het vruchtbeginsel groeit uit tot een vrucht (soms met veel vruchtvlees) met binnenin de zaadjes.

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Vidéo

Zwangerschap heeft 2 fasen
1. De eerste 12 weken
In deze fase ontstaan alle organen van het kind. Dit heet ontwikkeling, het ongeboren kind heet dan een embryo

2. Van week 12 tot geboorte
In deze fase vindt alleen groei plaats, je noemt het ongeboren kind dan een foetus
Levenscyclus

1-jarig
2-jarig
meerjarig

Slide 14 - Diapositive

Leerdoelen
  1. Je kunt uitleggen hoe na bevruchting vruchten en zaden ontstaan.  
  2. Je kunt drie manieren beschrijven waarop planten hun zaden verspreiden
  3. Je kunt de levenscyclus van een plant beschrijven

Slide 15 - Diapositive

Lezen blz 62 t/m 69
Maken opdracht 1 t/m 16

De volgende les

10.5 
Voortplanting zonder bevruchting




Slide 16 - Diapositive