Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Wereldlijke macht
Geestelijke macht
Paus
Keizer
Koning
Priester
Graaf/hertog
Bisschop
Pastoor
Domeinheer
Slide 2 - Question de remorquage
Waar ging de ruzie tussen de Paus en de Duitse keizer over?
A
Wie de meeste macht oftewel het primaat heeft
B
Over dat de paus zich niet overal mee moest bemoeien
C
Over wie de bisschoppen mocht benoemen
D
Over of de paus het recht had om iemand uit de kerk te zetten (te excommuniceren)
Slide 3 - Quiz
Wie heeft de investituurstrijd gewonnen?
A
De paus
B
De keizer
Slide 4 - Quiz
Wat is een indirect gevolg van de volgende gebeurtenis: Ik laat een glas vallen
A
Er ligt glas op de grond
B
Ik heb te weinig glazen bij het volgende feestje
C
Mijn hond moet geopereerd worden omdat zij in een glassplinter staat
D
Ik pas de stofzuiger om het op te ruimen
Slide 5 - Quiz
Brugge krijgt stadsrechten
Het concordaat van Worms wordt getekend
Gregorius VII schrijft het Dictatus Papae
Het Romeinse Rijk splitst zich op
Het Oosters Schisma voltrekt
Slide 6 - Question de remorquage
Wat is geen primaire bron?
A
Het dagboek van Anne Frank
B
Een grotschildering
C
Een boekverslag over het dagboek van Anne Frank
D
Een kogel uit WOII in een boom
Slide 7 - Quiz
Gebruik de vier tijdvakken en acht kenmerkende aspecten.
Maak de juiste combinaties.
Tijd van
Jagers
en
Boeren
Tijd van Grieken en Romeinen
Tijd van Monniken en Ridders
Tijd van Steden en Staten
burgerschap en wetenschappelijk
denken in de Griekse stadstaat
de levenswijze van jager-verzamelaars
de opkomst van de stedelijke burgerij en
de toenemende zelfstandigheid van
steden
de verspreiding van de
Grieks-Romeinse cultuur en de
confrontatie met de Germaanse culturen
de verspreiding van het christendom in
Europa
het begin van staatsvorming en
centralisatie
het ontstaan en de verspreiding van de
islam
het ontstaan van de landbouw en de
landbouw-samenlevingen
Slide 8 - Question de remorquage
De tijd van steden en staten was van...
A
750-1250
B
1250-1500
C
1000-1500
D
1500-1750
Slide 9 - Quiz
Een andere naam voor de tijd van steden en staten is....
A
De middeleeuwen
B
De late middeleeuwen
C
De oudheid
D
De vroege middeleeuwen
Slide 10 - Quiz
Wat is de juiste chronologische volgorde van vroeger naar later met betrekking op de investituurstrijd? 1. De leenmannen van Hendrik IV willen hem niet meer gehoorzamen. 2. Keizer Hendrik IV benoemt toch bisschoppen ondanks een waarschuwing 3. Gregorius VII doet keizer Hendrik IV in de ban. 4. Hendrik IV gaat naar Canossa (italie) om boete te doen en krijgt vergiffenis.
A
2, 3, 1, 4
B
3, 4, 2, 1
C
1, 2, 4, 3
D
2, 1, 3, 4
Slide 11 - Quiz
Van wie was deze uitspraak? "Alleen de paus mag bisschoppen benoemen"