LES 6

LES 6
1 / 43
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

Cette leçon contient 43 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

Éléments de cette leçon

LES 6

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen?

Herhaling
Lezen  3.3 
-pauze- 
Filmpje 
uitleg 
online opdrachten 
afsluiting

Slide 2 - Diapositive

LOG NU IN OP LESSON UP EN DOE MEE

Slide 3 - Diapositive

Wat is de bovenloop van de rivier
A
Het eerste stuk van de rivier bij de zee
B
Het eerste stuk van de rivier in de bergen
C
Het laatste stuk van de rivier bij de zee
D
Het laatste stuk van de rivier in de bergen

Slide 4 - Quiz

Het begin van een rivier noem je de.... en het einde van een rivier de....
A
bron/delta
B
bron / monding
C
monding/bron
D
gletsjer/delta

Slide 5 - Quiz

Een gemengde rivier is een rivier die ... ?
A
Zijn water krijgt van regen- en smeltwater
B
Die zowel zoet als brak water heeft
C
Door twee of meer landen stroomt
D
Zijn water krijgt van grijs- en zwart water

Slide 6 - Quiz

Wat is de korte waterkringloop?
A
De waterkringloop boven een rivier
B
De waterkringloop op een berg
C
De waterkringloop boven zee
D
De waterkringloop in de wolken

Slide 7 - Quiz

Het stroomgebied is
A
De hoofdrivier en alle zijrivieren
B
hetzelfde als het stroomstelsel
C
Het hele gebied dat afwatert op een rivier en de zijrivieren

Slide 8 - Quiz

Korte waterkringloop
Lange waterkringloop
Afvoer door rivier
Vallen van neerslag
Afvoer door grondwater
Verdamping

Slide 9 - Question de remorquage

Verwering
Erosie
Sedimentatie

Slide 10 - Question de remorquage

Slide 11 - Diapositive

LEZEN 3.3
KLASSIKAAL

Slide 12 - Diapositive

timer
5:00

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

De kracht van zee en wind
Hoe zorgen zee en wind voor erosie en sedimentatie?

Slide 15 - Diapositive

Zee 

Slide 16 - Diapositive

Zee 
- Bij de monding van een rivier wordt het sediment neergelegd in zee.  Dit gebeurd al jaren lang, 
- Dik pakket zand en klei

Slide 17 - Diapositive

GOLVEN
Hoe harder het waait hoe hoger de golven. 
Water heeft meer kracht als de golf naar het strand toe gaat, dan wanneer de golf van het strand weggaat.
Sedimentatie

Slide 18 - Diapositive

Bij storm slaan golven stukken duinen weg. 
Dan is er juist sprake van erosie ipv sedimentatie

Slide 19 - Diapositive

Eb 
Vloed

- Bij vloedstromen 
Eb en vloed 
(bij de Waddenzee)
Bij vloed stroomt het water tussen de eilanden door. 

Bij eb stroomt dit water weer terug. 

De vloedstroom is krachtiger dan de ebstroom. --> Zand en klei blijven achter in de Waddenzee. 

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Vidéo

Wind 

Slide 22 - Diapositive

Wind kan zand meenemen op plekken waar weinig begroeiing is. 
Zoals op het strand of in de Sahara.


Wind heeft minder kracht dan stromend water en ijs. 

Wanneer wind sediment meeneemt(zand) kan er erosie ontstaat door afschuren van gesteente.


Slide 23 - Diapositive

Stof en zandstromen in woestijnen kunnen kilometers hoog komen. 

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Vidéo

ZELFSTANDIG WERKEN
maak opdracht 1 t/m 5 van 3.3

(oortjes in er zitten filmpjes bij)

Slide 26 - Diapositive

TERUGBLIKKEN LES

Slide 27 - Diapositive

Hoe wordt er door golven zand op het strand neergelegd? 

Slide 28 - Diapositive

Je kunt beschrijven hoe eb- en vloedstromen zand en klei sedimenteren  

Slide 29 - Diapositive

Het uitschuren van materiaal door water, wind en ijs noem je
A
Verwering
B
Erosie
C
Sedimentatie

Slide 30 - Quiz

Aan het einde van de rivier vindt het proces .... plaats
A
Erosie
B
Sedimentatie
C
Verwering

Slide 31 - Quiz

Bij de monding van zee wordt ... en ... neergelegd

A
Klei
B
Zand
C
Grind
D
Rotsen

Slide 32 - Quiz

Wat zie je hier afgebeeld?
Erosie of Sedimentatie

Slide 33 - Diapositive

Wat zie je afgebeeld ?
Erosie of Sedimentatie
A
Erosie
B
Sedimentatie

Slide 34 - Quiz

Wat zie je hier afgebeeld?
Erosie of Sedimentatie ?

Slide 35 - Diapositive

Wat zie je afgebeeld ?
Erosie of Sedimentatie
A
Erosie
B
Sedimentatie

Slide 36 - Quiz

Wat gebeurd er als bij storm stukken van duinen weg slaan?
A
Sedimentatie
B
Erosie

Slide 37 - Quiz

EINDE 

Slide 38 - Diapositive

Bij hoeveel meter is het dus een berg?
A
400 meter
B
500 meter
C
750 meter
D
1000 meter

Slide 39 - Quiz

De aardkorst kan je dus onderverdelen in
A
aardplaten
B
aardmantel
C
lava
D
aardkorst

Slide 40 - Quiz

Wat ontstaat er op plekken waar aardplaten tegen elkaar botsen
A
heuvels
B
een kromming
C
plooiingsgebergten
D
niet zoveel

Slide 41 - Quiz

Wat betekent verwering?
A
gesteente wordt neergezet
B
het kapot gaan van gesteente
C
erosie
D
sedimentatie

Slide 42 - Quiz

Via welke drie manieren van gesteente uit elkaar vallen?
A
temperatuur, plantenwortels en vorst
B
sedimentatie, erosie en plantenwortels
C
vorst, plantenwortels en de wind
D
golven, vorst en temperatuur

Slide 43 - Quiz