Hoofdletters

1 / 8
suivant
Slide 1: Vidéo
TaalBasisschoolGroep 5

Cette leçon contient 8 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Vidéo

  • Namen
  • Begin van de zin
  • Aardrijkskundige namen (bijv. rivieren en planeten)
  • Namen van volken, inwoners, talen, landen en plaatsen
  • Feestdagen
  • Gebeurtenissen in de geschiedenis
  • Titels

Slide 2 - Diapositive

Zonder hoofdletter
Met hoofdletter
Pasen/pasen
Sinterklaas/sinterklaas 
Lopen/lopen
Pizza/pizza
Griekenland/griekenland
Latijn/latijn
Dobbelen/dobbelen
NS/ns
Buikpijn/buikpijn

Slide 3 - Question de remorquage

De kinderen rennen door de wilhelminastraat.


Welk woord moet je met een hoofdletter schrijven?
A
kinderen
B
rennen
C
door
D
wilhelminastraat

Slide 4 - Quiz

De schepen voerden door de maas.


Welk woord moet je met een hoofdletter schrijven?
A
schepen
B
maas
C
voerden
D
door

Slide 5 - Quiz

Rembrandt van rijn is een schilder.


Welk woord moet je met een hoofdletter schrijven?
A
is
B
schilder
C
rijn
D
een

Slide 6 - Quiz

De grieken hielden erg van in bad gaan.


Welk woord moet je met een hoofdletter schrijven?
A
Grieken
B
erg
C
gaan
D
bad

Slide 7 - Quiz

Nu is het jullie beurt!
Maak opgave 2 van les 2

Slide 8 - Diapositive