H4S4: grondwet

1 / 28
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 28 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Even herhalen..
Rond 1650 werd in landen zoals Frankrijk en Engeland, de macht van de koning juist groter in deze periode. De koningen probeerden met centralisatie meer macht naar zich toe te trekken. De adel, met wie de koning de macht deelde, kwam zo buiten spel te staan. Eigenlijk wilden de vorsten van Europa alles zelf beslissen en streefden de vorsten naar volledige macht, ook wel absolute macht genoemd.

Slide 2 - Diapositive

S2: benoem minimaal 3 kenmerken van de regeerperiode van Lodewijk 14e.

Slide 3 - Question ouverte

S2: Ik kan 5 kenmerken van de regeerperiode van Lodewijk XIV in Frankrijk benoemen. (r)
-Bouwde het paleis in Versailles waar de adel verplicht moest wonen en met pracht en praal, fonteinen, spiegels, versieringen indruk op hen maken.
- Lodewijk XIV zorgt ervoor dat wetgeving en rechtspraak door hemzelf bepaald worden. Er zijn zo geen verschillen meer tussen verschillende gebieden.

-Versterkt het leger door hemzelf betaalde soldaten.
-Goddelijk recht/Zonnekoning
- Machtsuitbreiding en oorlogsvoering

Slide 4 - Diapositive

S2: benoem minimaal 3 kenmerken van de regeerperiode van Karel 1.

Slide 5 - Question ouverte

 H4: Ik kan uitleggen welke machtige vorsten er in de 17e eeuw in Europa waren.
S1: Ik kan uitleggen hoe centralisatie voor absolute macht zorgde. (r)
S2: Ik kan 5 kenmerken van de regeerperiode van Lodewijk XIV in Frankrijk benoemen. (r)
S3: ik kan 3 kenmerken van de regeerperiode van Karel 1 in Engeland benoemen. (r)
S4: Ik kan via onderzoek uitleggen waarom de grondwet invloed heeft op de machtsbepaling in een land. (i)

Slide 6 - Diapositive

grondwet

Slide 7 - Carte mentale

Grondwet



https://schooltv.nl/video-item/de-grondwet-het-fundament-van-de-nederlandse-democratie

Slide 8 - Diapositive

S4: Ik kan via onderzoek uitleggen waarom de grondwet invloed heeft op de machtsbepaling in een land. (i)
Zoek en schrijf het antwoord op in je schrift; waarom heeft de grondwet invloed op de machtsbepaling in een land?

- Wat is de grondwet en wat staat daar in?
- Wanneer hebben we die in Nederland?
- Hoe wordt door de grondwet de macht bepaald?
- Geen Chat GPT gebruiken, maar eigen woorden!

- Klaar? Leren voor de toets of paragraaf 5.5 maken.

Slide 9 - Diapositive

S4: Ik kan via onderzoek uitleggen waarom de grondwet invloed heeft op de machtsbepaling in een land. (i)
Grondwet; bepaalt de machtsbepaling in Nederland en beschermt de rechten van burgers.
Burgerrechten; vrijheid van meningstuiting, godsdienstvrijheid, privacy. 

Verdeling bevoegdheden overheid; rechterlijke macht, wetgevende macht en uitvoerende macht. Zij controleren elkaar en zijn allemaal verantwoordelijk voor een deel van het bestuur van het land.  

Wetgevende macht: parlement (1e + 2e kamer); weten goedkeuren.
Rechterlijke macht: rechters
Uitvoerende macht: regering: koning en ministers; uitvoeren van de wetten.

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Welke overeenkomst hadden Lodewijk de 14e en Karel 1?

Slide 13 - Diapositive

S3: ik kan 3 kenmerken van de regeerperiode van Karel 1 in Engeland benoemen. (r)
- Wilde hogere belastingen voor de oorlog tegen Frankrijk en Spanje.
- Wilde dit doen zonder het parlement, dus als absolute macht.
- Arresteerde leden van het parlement.
- Werd uiteindelijk afgezet, berecht en onthoofd.

Slide 14 - Diapositive

Tijd voor geschiedenis
5.5: absolutisme
Opdracht: 1 t/m 7

Slide 15 - Diapositive

- Lodewijk XIV zorgt ervoor dat wetgeving en rechtspraak door hemzelf bepaald worden. Er zijn zo geen verschillen meer tussen verschillende gebieden.

- Bovendien versterkt Lodewijk XIV het leger met door hemzelf betaalde soldaten.

- Om te voorkomen dat edelen opnieuw in opstand komen, laat Lodewijk XIV een kasteel tot paleis in Versailles verbouwen. Hier wordt de Franse adel verplicht te wonen, waardoor de adel goed in de gaten kan worden gehouden. Versailles kent veel en allerlei vermaak - diners, grote feesten en bals - en vooral veel rijkdom. Hiermee laat Lodewijk XIV zien alleen zelf de machtigste te zijn.

Slide 16 - Diapositive

S2: Ik kan 5 kenmerken van de regeerperiode van Lodewijk XIV in Frankrijk benoemen. (r)
We gaan zo een video bekijken over Lodewijk XIV. Noteer in je schrift kenmerken van zijn regeerperiode. 

- Wat valt je op aan zijn manier van besturen?
- Hoe ging hij met mensen om?
- Hoe probeerde hij mensen tevreden te houden?

Slide 17 - Diapositive

Slide 18 - Vidéo

Welke kenmerken van zijn regeerperiode heb je opgeschreven?

Slide 19 - Question ouverte

In West-Europa was vanaf het begin van de middeleeuwen het feodalisme het politieke systeem. Edelen waren in dienst van de koning en hielpen om het land te regeren. In de zestiende eeuw was hier weinig aan veranderd. Ook in de Nederlandse gewesten werkte dit systeem nog lang. Maar de noordelijke gewesten ontworstelden zich aan de Spaanse vorst, zoals je hebt gezien in hoofdstuk 4. De Republiek kwam zo in een unieke situatie: een land zonder koning.

Slide 20 - Diapositive

In de andere West-Europese landen, zoals Frankrijk en Engeland, werd de macht van de koning juist steeds groter in deze periode. De koningen probeerden met centralisatie meer macht naar zich toe te trekken. De adel, met wie de koning de macht deelde, kwam zo buiten spel te staan. Eigenlijk wilden de vorsten van Europa alles zelf beslissen en streefden de vorsten naar volledige macht, ook wel absolute macht genoemd.

Slide 21 - Diapositive

Europa in 1500

Slide 22 - Diapositive

In de meeste Europese landen was er een vergadering waarin de verschillende standen van de samenleving plaatsnamen en hun mening over het beleid van de vorst konden geven. Deze werden door de vorsten steeds minder vaak bijeen geroepen. Vrijwel alleen maar als de vorst toestemming wilde om de belastingen te verhogen. Elke Europese vorst had geld nodig voor zijn hof en om oorlog te kunnen voeren. Door de oorlogen in Europa werden sommige landen steeds groter, en slokten kleinere landen op. De vele onderlinge Europese conflicten zorgden ervoor dat vorsten steeds weer hun volk om meer geld moesten vragen.

Slide 23 - Diapositive

Koning Lodewijk XIV van Frankrijk
Koning Karel 1 van Engeland
De koningen probeerden met centralisatie meer macht naar zich toe te trekken. De adel, met wie de koning de macht deelde, kwam zo buiten spel te staan.

Slide 24 - Diapositive

 H4: Ik kan uitleggen welke machtige vorsten er in de 17e eeuw in Europa waren.
S1: Ik kan uitleggen hoe centralisatie voor absolute macht zorgde. (r)

Welke 2 begrippen uit S1 moet je kennen om het leerdoel te begrijpen?




Slide 25 - Diapositive

S1: Ik kan uitleggen hoe centralisatie voor absolute macht zorgde. (r)
Centralisatie
Het land regeren vanuit een centraal punt.
- alle beslissingen worden op 1 plek genomen.
- controle over alles: aangezien beslissingen op 1 plek worden genomen.

Slide 26 - Diapositive

S1: Ik kan uitleggen hoe centralisatie voor absolute macht zorgde. (r)
Absolute macht
De koning heeft de absolute macht. Geen (grond)wet kon hem tegenhouden, hij had alle rechten en kon zelf alle beslissingen over het land nemen.
- één persoon of groep aan de macht.
- geen inspraak van ministers, wethouders of adel.

Slide 27 - Diapositive

 H4: Ik kan uitleggen welke machtige vorsten er in de 17e eeuw in Europa waren.
S1: Ik kan uitleggen hoe centralisatie voor absolute macht zorgde. (r)

En dan nu het antwoord op S1: hoe kan centralisatie zorgen voor absolute macht?




Slide 28 - Diapositive