Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
K2 les 2 grammatik
K2 les 2 grammatik
1 / 10
suivant
Slide 1:
Diapositive
Duits
Secondary Education
Cette leçon contient
10 diapositives
, avec
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
60 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
K2 les 2 grammatik
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
Herzlich wilkommen!
Was machen wir heute?
Wortschatz
Lesen
Grammatik
Lernziel:
Je kunt de woorden van der Lernliste N-D actief gebruiken.
Je kunt populairwetenschappelijke artikelen begrijpen.
Slide 3 - Diapositive
Wortschatz
Was?
Seite 58 Aufgabe 9,10, 12
Wie?
allein oder zu zweit
Wie lange?
8 Minuten
Hilfe?
Wörterliste Seite 88
Fertig?
leer de woordjes uit de woordenlijst
timer
10:00
Slide 4 - Diapositive
Seite 62-64
Aufgabe 15-17
Fertig?
Aufgabe 18
timer
10:00
Slide 5 - Diapositive
Naamvallen
Persoonlijke voornaamwoorden (onder andere) kunnen veranderen:
Ik
ga naar de winkel - koop je wat voor
mij?
De functie van een woord in een zin noemen (
bv. onderwerp, lijdend voorwerp
) we een naamval.
Er zijn in totaal 4 naamvallen in het Duits.
Slide 6 - Diapositive
1e en 4e naamval
->
1e naamval: onderwerp
(wie/wat + persoonsvorm)
->
4e naamval: lijdend voorwerp
(wie/wat + gezegde + onderwerp)
"Het kind pakt de bal"
wie/wat + pakt = het kind (1e naamval)
wie/wat + pakt + het kind = de bal (4e naamval)
Slide 7 - Diapositive
Persoonlijk voornaamwoord
1e
4e
ik
ich
mich
mij
jij
du
dich
jou
hij
er
ihn
hem
zij
sie
sie
haar
het
es
es
het
wij
wir
uns
ons
jullie
ihr
euch
jullie
zij
sie
sie
hen
u
Sie
Sie
u
Persoonlijk voornaamwoord
in de 1e en 4e naamval
Ik zie jou.
Ich sehe dich.
Zij zoekt hem.
Sie sucht ihn.
Slide 8 - Diapositive
Welke voorzetsels zijn er in de 4e nv?
durch
für
gegen
ohne
um
bis
entlang
voorzetsels Dativ (3. Fall)
aus = uit
b
ei = bij
mit = met
nach = na, naar
seit = sinds
von = van, door
zu = naar, tot, bij
außer = behalve
gegenüber = tegenover
an......vorbei = langs
voorzetsels Akkusativ (4. Fall)
durch = door
für = voor
gegen = tegen
ohne = zonder
um = om
bis = tot
entlang = langs
welke voorzetsels en lidwoorden worden samengevoegd
zu der -> zur (3) in das -> ins (4)
zu dem -> zum (3)
Slide 9 - Diapositive
Grammatik
Was?
Seite 66 Aufgabe 18-20
Wie?
allein oder zu zweit
Wie lange?
8 Minuten
Hilfe?
Schau ins Buch Seite 152, 153
Fertig?
slim stampen online methode
timer
8:00
Slide 10 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
3 h Gesundheit DU4 L1
il y a 3 jours
- Leçon avec
20 diapositives
Duits
Secondary Education
3 h Gesundheit DU4 L2 Grammatik
il y a 17 minutes
- Leçon avec
19 diapositives
Duits
Secondary Education
Naamvallen herhaling 4 havo
Août 2022
- Leçon avec
29 diapositives
Other languages
Secondary Education
4TL periode 1 les 18 und 19
il y a 1 jour
- Leçon avec
22 diapositives
Duits
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
Kapitel 9 - einkaufen wdhlg - mavo3
Juin 2023
- Leçon avec
26 diapositives
Deutsch
Secondary Education
Personalpronomen Kapitel 1
Octobre 2023
- Leçon avec
13 diapositives
Other languages
Secondary Education
week 8 persoonlijk voornaamwoorden en voorzetsels 4e naamval
Mars 2023
- Leçon avec
16 diapositives
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
M22 - Schritt 10 (+ 11)
Décembre 2023
- Leçon avec
20 diapositives
Duits
Secondary Education
Age 13