4.6 De Stad

4.6
De Zuid-Amerikaanse stad
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

4.6
De Zuid-Amerikaanse stad

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk begrip: = verspreiding voorsteden over omringende platteland

A
agribusiness
B
megalopolis
C
urban sprawl
D
informele stad

Slide 2 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoe noemen wij de samenleving waarin grote delen van de wereld door de globalisering met elkaar zijn verbonden?

Slide 3 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Leg uit waarom bedrijventerreinen van traditionele bedrijven dichter bij het centrum liggen dan bedrijventerreinen van moderne bedrijven.

Slide 4 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Qua omvang van de huidige steden, nemen de  
.............................. wijken het grootste deel van de stad in. 
De ....................................... wijken vinden we dicht tegen het centrum aan, terwijl de .................................. wijken vaak langs oude uitvalswegen liggen. Het verst van het centrum liggen de ..........................................
armste
middelmatige
rijke
satelietsteden

Slide 5 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk begrip past het best bij een netwerksamenleving?
A
megastad
B
wereldstad
C
primate city

Slide 6 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Op welke schaal vormen wereldsteden een stedelijk netwerk?
A
lokaal
B
nationaal
C
continentaal
D
mondiaal

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Sao Paulo is een wereldstad, maar ook een (1 woord)

Slide 8 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

geupgrade krottenwijk
nieuwe favela
sociale woning- bouw

Slide 9 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Het overnemen door lagere klasse van woningen is een proces van invasie en ...

Slide 10 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem een megastad in Zuid-Amerika

Slide 11 - Carte mentale

Buenos Aires
Rio de Janeiro
Lima
Bogotá

Welk element van de informele steden zorgt extra snel voor urban sprawl?
A
dat ze illegaal zijn
B
dat er slum upgrading plaatsvind
C
dat het vooral laagbouw is
D
dat het dicht op elkaar is gebouwd.

Slide 12 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Steden in het binnenland kunnen vooral goed groeien als ze liggen aan een zogenaamde

Slide 13 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Noem een probleem dat te maken heeft met een hoge bevolkingsdruk.

Slide 14 - Carte mentale

Cet élément n'a pas d'instructions

Voor de grote groep arme stedelingen zit er  niets anders op dan zelf te bouwen. 
Dit vindt plaats ............
Dit wordt ook wel                                                genoemd
Gated communities vinden we 
aan de rand van de stad
de informele stad
lands uitvalswegen

Slide 15 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is urban sprawl
A
Het uitbreiden van buitenwijken
B
Het uitbreiden van een stedelijk gebied
C
Het verkleinen van een stedelijk gebied
D
Het vervuilen van een stedelijk gebied.

Slide 16 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Zet op logische / chronologische volgorde
1.
2.
3.
4.
Iemand verwerft een stukje grond.
eenvoudig onderdak gebouwd.
slum-upgrading
verbetering en vergroting woningen

Slide 17 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

De Plaza Mayor komt uit welke periode?
A
1550-1820
B
1820-1920
C
1920-1970
D
1970-heden

Slide 18 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De tijd van doorschuiven (middenklasse --> elitewoningen) is
A
1550-1820
B
1820-1920
C
1920-1970
D
1970-heden

Slide 19 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De avenida's komen uit welke periode?
A
1550-1820
B
1820-1920
C
1920-1970
D
1970-heden

Slide 20 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Sociale woningbouw startte in.
A
1550-1820
B
1820-1920
C
1920-1970
D
1970-heden

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De tijd van het ontstaan van gated communities is
A
1550-1820
B
1820-1920
C
1920-1970
D
1970-heden

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De tijd van het ontstaan van kantoorcomplexen langs uitvalswegen is
A
1550-1820
B
1820-1920
C
1920-1970
D
1970-heden

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

De tijd van gentrificatie van het centrum is
A
1550-1820
B
1820-1920
C
1920-1970
D
1970-heden

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Langs wat vestigen zich rond de start van de 20e eeuw bedrijven?

Slide 25 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is de Zuid-Amerikaanse naam van een sloppenwijk (enkelvoud?)

Slide 26 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Hier is alleen
nog mogelijk:
A
horizontale uitbreiding
B
verticale uitbreiding

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions