P10 - Les 2 - Introductie Endocrinologie

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 3

Les 2 - Anatomie Fysiologie & Pathologie

Leerdoelen

Na deze les 

• kan je benoemen waar de belangrijkste hormonen worden aangemaakt
• begrijp wat de algemene functie is van hormonen
• snap je de essentie is van een positief en een negatief feedback systeem
  
• kan je uitleggen wat het verschil is tussen en endocriene en een exocriene klier
  

Ken je deze nog?

Glucagon = 

Glycogeen = 

Insuline = 

Hypofyse = 

Pancreas = 

Hormoon = 

Ovaria = 

Ken je deze nog?

• Glucagon = bloedglucose verhogend hormoon
• Glycogeen = stapelingsproduct van glucose
• Insuline = bloedglucose verlagend hormoon
• Hypofyse = hersenaanhangsel
• Pancreas = alvleesklier
• Hormoon = chemisch boodschapper
• Ovaria = eierstokken

Hormoonstelsel

Hormoon = een chemische boodschapper

Worden geproduceerd door endocriene klieren

2 regelsystemen in het lichaam:

• Zenuwstelsel werkt met "stroompjes" -> elektrisch
• Hormoonstelsel werkt met "stofjes"    -> chemisch

Hormonen

• Hebben alléén effect op cellen die er gevoelig voor zijn
  
• Worden direct aan het bloed afgegeven, interne secretie door endocriene klieren

Hormoonproducerende klieren:

Pijnappelklier, hypofyse, 

schildklier, bijschildklier, juxtaglomerulaire cellen (nieren), bijnier, 

eilandjes van Langerhans (pancreas), 

eierstok, zaadbal

Feedback mechanisme

Hormoonbalans

Homeostase: Alles in jouw lichaam wil in balans zijn om goed te kunnen functioneren, dus ook jouw hormonen!

Negatieve feedback: Toename aan hormonen zorgt voor remming van hormonen (en andersom)

Positieve feedback: Toename van hormonen zorgt voor nog meer toename van hormonen (en andersom)

hormonen zijn chemische boodschapperstoffen

1. Juist
2. Onjuist

Welke uitspraak is juist?

1. Hormonen verwerken de impulsen die afkomstig zijn van spiercellen
2. Hormonen zorgen voor het voedsel van het hormoonstelsel
3. Hormonen zorgen voor snelle reacties op prikkels
4. Hormonen regelen de werking van weefsels en organen die er gevoelig voor zijn.

Insuline is een hormoon

1. Juist
2. Onjuist

Endocriene klieren:

1. Hebben een afvoerbuis
2. Produceren alleen hormonen, afgifte aan het bloed
3. Produceren andere stoffen dan hormonen
4. Worden NIET afgegeven aan het bloed

Groeihormoon komt uit

1. Endocriene kieren
2. Exocriene kieren

Adrenaline komt uit

1. Endocriene klieren
2. Exocriene klieren

Zweetklieren zijn

1. Endocrien
2. Exocrien

Spijsverteringssappen komen uit

1. Endocriene klieren
2. Exocriene klieren

De schildklier is een ...

1. exocriene klier
2. endocriene klier

Een ander woord voor thymus is

1. schildklier
2. bijschildklier
3. zwezerik
4. bijnier

De pancreas werkt...

1. alleen endocrien, niet exocrien
2. alleen exocrien, niet endocrien
3. zowel endocrien als exocrien
4. niet endocrien en niet exocrien

Opdracht

Een stapje moeilijker

ADH regelt ...

1. de groei en ontwikkeling
2. de stofwisseling
3. rijping van de eicel
4. de resorptie van water in de nieren

Als een schildklier te veel hormonen maakt dan

1. is er te weinig verbranding in de cellen.
2. Er is teveel verbranding in de cellen
3. Er ontstaat dwerggroei

De schildklier maakt het hormoon

1. TSH
2. FT4
3. ADH
4. FSH

FT3 en FT4 = Schildklier /Thyroid: 

functie: energie regulatie

TSH= schildklier stimulerend hormoon wordt gemakt in de hypofyse

ADH= Anti Diuretisch Hormoon (HAK)

FSH= Follikel Stimulerend Hormoon (HVK)

de schildklier wordt direct aangestuurd door:

1. hypothalamus
2. hypofyse
3. weet ik niet

Antwoord B

Hypothalamus detecteert het hormoon en zet de hypofyse aan tot het produceren van TSH. Dit hormoon heeft invloed op de schildklier

Welk hormoon zorgt ervoor dat de geboorte op gang komt (weeën)?

1. Oxytocine
2. Prolactine
3. FSH
4. Oestrogeen

Waar wordt oxytocine gemaakt?

1. In de achterkwab van de hypofyse
2. In de voorkwab van de hypofyse

Adrenaline wordt gemaakt in

1. alvleesklier
2. schildklier
3. hypofyse
4. bijnieren

Waar wordt cortisol aangemaakt?

1. Bijnierschors
2. Bijniermerg
3. Lever
4. Hypofyse

Wat is een van de effecten van cortisol?

1. Bevorderen van groei
2. Remmen van onstekingsreactie
3. Stimuleren immuunsysteem
4. Verlagen bloedglucoseconcentratie

Alleen mannen produceren testosteron.

1. Juist
2. Onjuist

Waar wordt oestrogeen geproduceerd?

1. Hypofyse
2. hypothalamus
3. Eierstok
4. Nieren

Oestrogeen

1. Zorgen voor secundaire geslachtskenmerken jongen
2. Zorgen voor primaire geslachtskenmerken jongen
3. Zorgen voor secundaire geslachtskenmerken meisje
4. Zorgen voor primaire geslachtskenmerken meisje

Het hormoon prolactine werkt op de/het...

1. Schildklier
2. Bijnieren
3. Baarmoeder
4. Borstklieren

Hoe wordt de schildklier ook genoemd?

1. thyroïd
2. costae
3. epiglottis
4. diafragma

Woordenlijst les 1 (maak thuis flashcard)

Homeostase

Negatief feedback systeem

Positief feedback systeem

Glucagon 

Glycogeen

Insuline

Hypofyse

Pancreas

Hormoon

Ovaria 

Oxytocine

Endocriene klieren

Interne secretie

Leerdoelen

Na deze les 

• kan je benoemen waar de belangrijkste hormonen worden aangemaakt
• begrijp wat de algemene functie is van hormonen
• snap je de essentie is van een positief en een negatief feedback systeem
  
• kan je uitleggen wat het verschil is tussen en endocriene en een exocriene klier
  

Ik heb de leerdoelen van deze les behaald

😒🙁😐🙂😃

Volgende week

Oefenen we verder met de endocriene klieren

Je weet na de volgende les welke endocriene klier welke hormonen maakt.

(Hiervoor moet je thuis ook aan de slag!!)

Maken we een begin met de pathologie

Huiswerk

• Gebruik de vervangende opdracht kennis op de frissen over de endocriene klieren en  hormonen.
• Lees: * A&F: hoofdstuk 7
  
•           * IGC: paragraaf 10.1
  
• Bekijk: https://youtu.be/zRJA4pP6UQU (Hormoonstelsel)
• Maak: flashcards van de AFP stof tot nu toe (Teams: Huiswerkopdracht Flashcards gebruik daarvoor de woordenlijst in deze LessonUp en vul deze evt aan. Je zal elke week aan deze opdracht verder werken)

Waar wordt testosteron geproduceerd

1. Hypofyse
2. Hypothalamus
3. Bijnieren
4. Teelballen