t/h/v/g week 43

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Welkom!

Wat heb je nodig?

- lijntjesschrift

- etui

- laptop en oplader

- portfolio

Portfolio

Portfolio

Woordjes herhalen

Leerdoelen

Schrijfvaardigheid

- Ik kan feedback geven.

- Ik kan mijn eigen verhaal aanpassen aan de gekregen feedback.

- Ik kan reflecteren op mijn eigen verhaal en het verhaal van een klasgenoot aan de hand van het beoordelingsmodel.

Taalverzorging

- Ik weet wat een onderwerp, hoofdgedachte, deelonderwerpen en kernzinnen zijn en hoe ik deze in een tekst kan vinden.

Opdracht in het domein

Vorige week heb je het beoordelingsmodel gebruikt om jouw verhaal aan te passen. In de domeinles krijg je de tijd om het stappenplan en verhaal in PowerPoint te zetten en er een mooi bestand van te maken.

Een dierenverhaal schrijven

Je maakt de opdracht dus NIET thuis, maar tijdens de les.

Niet af tijdens de les? Dan kom je naar het Amadeusblok op maandag om het af te maken of je maakt een afspraak met je docent.

Voorbeeld

We kijken samen naar een voorbeeld

Pagina 1: stappenplan

Pagina 2: verhaal

Structuur van een tekst

Een tekst bestaat vaak uit een inleiding, kern en slot.

Wat is dit ook alweer?

Tekststructuur

inleiding	onderwerp, aandacht trekken
kern	uitwerking onderwerp, achtergrondinformatie, kernzinnen
slot	samenvatting/conclusie, geen nieuwe informatie!

Vraag 1: bij welke alinea begint de kern?

Vraag 2: bij welke alinea begint het slot?

-> formatief handelen (steek je vinger(s) in de lucht met het goede antwoord)

Vraag 3: wat is de kernzin van alinea 2, 3, 4?

Hoofdgedachte en onderwerp

Een tekst heeft natuurlijk altijd een onderwerp. Dit is het thema waar een tekst over gaat.

Daarnaast heeft elke tekst een hoofdgedachte 

-> Deze twee dingen moet je zelf kunnen bepalen!

Hoofdgedachte en onderwerp

• Het belangrijkste wat er over het onderwerp wordt gezegd is de hoofdgedachte.
  
• Dat is wel een hele zin, maar geen vraagzin!
  
• De hoofdgedachte vind je meestal in de inleiding of in het slot van de tekst

-> Stel jezelf de vraag:

Wat is het belangrijkste wat er in de hele tekst over het onderwerp wordt gezegd?

Kernzinnen

Kernzin =

Belangrijkste zin van de alinea

Meestal de eerste of de laatste zin

Rest van de alinea =

voorbeeld, uitleg of toelichting

Even oefenen

Bekijk de tekst opnieuw

1. Wat is het onderwerp?

2. Wat zijn de kernzinnen?

3. Wat is de hoofdgedachte?

alleen indien er tijd is, gaan we ook oefenen. Anders alleen de uitleg geven en laten opschrijven.

Vraag 1: bij welke alinea begint de kern?

Vraag 2: bij welke alinea begint het slot?

-> formatief handelen (steek je vinger(s) in de lucht met het goede antwoord)

Vraag 3: wat is de kernzin van alinea 2, 3, 4?

Zelf aan de slag

Serre

- Portfolio (zinnen maken met de woorden)

- Uitleg domeinles

- Uitleg onderwerp, hoofdgedachte en kernzinnen)

- Oefenen met een tekst (onderwerp, hoofdgedachte en kernzinnen)

Domein

- Stappenplan en verhaal in PowerPoint

- Opdracht inleveren via Magister

We bekijken samen het beoordelingsmodel