Les 2; Verhaalsommen

• Rekenen
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1

WELKOM!

Cijferend rekenen

- jas aan de kapstok

- telefoon in de bak

- kauwgom in de prullenbak

Ga lekker zitten.

Overzicht van de les

- Wie is er wel en wie niet?

- Hoe gaat het met je?

- Verwachtingen

- Wat gaan we doen?

Verwachtingen 

Tijdens de les:

- Luisteren we naar de instructie

- Hebben we respect voor elkaar

- Doe je actief mee met de les

- Ben je verantwoordelijk voor je eigen gedrag

- Mag je altijd om hulp komen vragen als het even niet lukt

Wat gaan we doen?

- Hoofdrekenen (+, -, x)

- Instructie 

- Aan de slag!

- Afsluiting

Hoofdrekenen

- 4 x 1 minuut

Maak een keus: +, - of x

(probeer iets te kiezen wat je vorige week niet had)

Voorkennis

De visboer heeft 15,5 kilo paling. 

Aan de eerste klant verkoopt hij 2,5 kilo.

* Bedenk een vraag bij dit verhaal (wat wil je weten).

* Bedenk een som bij dit verhaal (wat moet je uitrekenen).

Lln bedenken een vraag bij het verhaal.

Moeten ze bij hun vraag iets uitrekenen?

Wat moet er precies uitgerekend worden?

Welke som moeten ze hier dan bij maken?

Voorkennis

47

52

30

* Bedenk een verhaal bij deze getallen.

Lln bedenken een verhaal bij de getallen.

Moeten ze bij hun verhaal iets uitrekenen?

Wat moet er precies uitgerekend worden?

Welke som moeten ze hier dan bij maken?

Doel van deze les

Ik weet

- wat een verhaalsom is

- hoe ik een verhaalsom het beste kan oplossen

Ik kan

- de goede som uit het verhaal halen

- wat ik geleerd heb toepassen bij het uitrekenen van een verhaalsom.

Instructie

De glazenwasser moet 200 ramen wassen van een flatgebouw. Na de eerste dag heeft hij 25% van de ramen gehad. 

Hoeveel ramen heeft de glazenwasser gedaan?

Stappenplan

- Ik lees het verhaal

- Ik onderstreep de rekenwoorden en getallen

- Ik denk na over wat er precies gevraagd wordt

- Ik schrijf de som op die ik moet uitrekenen/ik teken de som

- Ik reken de som uit

Instructie

De boerin telt het geldkistje uit het appelkraampje. Ze telt 7 munten van 2 euro, 12 munten van 50 eurocent en 10 munten van 5 eurocent. 

Hoeveel euro telt de boerin?

Stappenplan

- Ik lees het verhaal

- Ik onderstreep de rekenwoorden en getallen

- Ik denk na over wat er precies gevraagd wordt

- Ik schrijf de som op die ik moet uitrekenen of ik teken de som

- Ik reken de som uit

Aan de slag

- Maak het werkblad 

*klaar?

- Ga naar www.redactiesommen.nl

- Log in (kijk op het bord hoe je moet inloggen)

- Maak de taken van 24 mei.

Klaar? 

- squla 

Samenwerken mag, wel zachtjes!

Afsluiting

- Hoe heb jij de sommen online gemaakt?

- Wat vind je nog lastig?

- Wat gaat al goed?