H6 Welvaart wereldwijd 6.3 Hoe kan een land zich ontwikkelen? (Pincode 6e editie)

Welkom! 
H6 Welvaart wereldwijd

6.3 Hoe kan een land zich ontwikkelen?


1 / 33
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

Cette leçon contient 33 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welkom! 
H6 Welvaart wereldwijd

6.3 Hoe kan een land zich ontwikkelen?


Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat gaan we vandaag doen?

- Herhalen 6.2 Arm zijn is arm blijven?

- 6.3 Hoe kan een land zich ontwikkelen?
- Tussentijds zelfstandig aan het werk

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Herhalen 6.2
Leerdoelen:


Je kunt nu:

- Benoemen wat de oorzaken van onderontwikkeling zijn√
- Uitleggen welke gevolgen onderontwikkeling heeft√
- Uitleggen waarom arme landen vaak arm blijven√


Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Welk van onderstaande is GEEN oorzaak van onderontwikkeling?
A
gebrek aan onderwijs
B
slechte infrastructuur
C
protectiemaatregelen (export wordt lastiger)
D
prijzen op de wereldmarkt stijgen

Slide 4 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Maak de zinnen juist:

Door scholing krijgen mensen meer/minder technische kennis. Technische kennis is nodig om de arbeidsproductiviteit te laten dalen/stijgen.
A
meer, dalen
B
meer, stijgen
C
minder, dalen
D
minder, stijgen

Slide 5 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions


Waarom is slechte infrastructuur niet goed voor de handel in landbouwproducten?

Slide 6 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Maak de vicieuze cirkel rond (wat is de juiste volgorde?):

Kinderarbeid -->
1. de bevolking is laag opgeleid
2. het inkomen in het land is laag
3. kinderen volgen geen onderwijs
--> hoogwaardige productie
A
3,1,2
B
3,2,1
C
2,3,1
D
2,1,3

Slide 7 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

6.3 Hoe kan een land zich ontwikkelen?
Leerdoelen:

Aan het einde van deze les kun je

- Benoemen welke maatregelen ontwikkelingslanden vooruit helpen
- Uitleggen waarom afspraken over vrijhandel lastig zijn
- Benoemen war voor soorten hulp er zijn




Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Geld lenen aan ontwikkelingsland

Bij Wereldbank tegen gunstige voorwaarden:
  • lagere rente
  • langere periode van terugbetalen
  • soms (gedeeltelijk) kwijtgescholden --> hoeven niet terug te betalen

Microkrediet via hulporganisaties (ook overheid en banken werken mee):
  • kleine lening
  • voor kleine ondernemers
  • om net voldoende te kunnen investeren om vicieuze cirkel te doorbreken

Vaak niet bij gewone bank --> denken dat de lening niet terugbetaald kan worden

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Werelshandelsorganisatie (WTO)
De Wereld Handelsorganisatie WTO (= World Trade Organization) wil de vrijhandel in de wereld bevorderen.

Geen protectiemaatregelen :
--> ontwikkelingslanden kunnen zonder belemmeringen exporteren 
--> exportinkomsten nemen toe 
--> welvaart kan stijgen

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Exportinkomsten
Veel ontwikkelingslanden zijn voor inkomsten afhankelijk van export, met name:
  • landbouwproducten
  • grondstoffen (bijvoorbeeld koper en tin)

Prijzen van deze producten op wereldmarkt schommelen erg:
--> dalende prijs
--> krijgen minder geld voor hun producten
--> minder exportinkomsten

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Ontwikkelingssamenwerking

Met ontwikkelingssamenwerking werken rijke landen en ontwikkelingslanden wereldwijd samen om de welvaart in landen met een economische achterstand te vergroten.

  1. Structurele hulp: oorzaken van armoede aanpakken
  2. Noodhulp (hulp op korte termijn): bij natuurrampen, grote voedseltekorten of oorlog


Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Samen oefenen: Opgave 27a blz 179

Bereken in hoeveel weken de lening is afgelost.

Slide 13 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Samen oefenen: Opgave 27b blz 179

Hoe hoog zijn de kredietkosten?

Slide 14 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Samen oefenen: Opgave 27c blz 179

Hoeveel houdt ze over per week?

Slide 15 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Zelfstandig aan het werk 
timer
15:00
Opdracht: 
Maak nu zelfstandig opgave 24 t/m 26 en 28 t/m 34 op blz 178 t/m 181 + samenvatting. Je mag overleggen. Schrijf de volledige antwoorden in je boek, inclusief formule bij een berekening!
Hulp nodig? In deze volgorde: 
1. Boek
2. Klasgenoot
3. Docent
(de eerste 2 minuten help ik niet)
Je krijgt 15 minuten de tijd
Klaar? Meld je bij de docent.
Na 15 minuten gaan we samen de opgaven bespreken. Je geeft dan je antwoord via lesson up door. Iedereen moet zijn antwoord kunnen uitleggen.

Slide 16 - Diapositive

Sponsopdracht: 1b en c
Opgave 24a blz 178

Hoe kan een land zich ontwikkelen als mensen ene groentetuin (zaden en scholing) cadeau krijgen?

Slide 17 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Opgave 24b blz 178

Wat vind jij beter? Krijgen of lenen? Waarom?

Slide 18 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Opgave 25a blz 179

Hoeveel rente betalen de Filipijnen het eerste jaar over deze schuld?

Slide 19 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Opgave 25b blz 179

Welk bedrag bleef over voor aflossing van de schuld?

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Opgave 26 blz 179

Leg uit waarom kleine ondernemers in ontwikkelingslanden vaak niet kunnen lenen bij een gewone bank.

Slide 21 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Opgave 28 blz 179

Wat is het juiste antwoord?
A
Door rentebetaling krijg je minder verstrekkers van microkredieten
B
Door rentebetaling leren de ontvangers economisch handelen
C
Door rentebetaling maken de ontvangers van microkredieten eerder winst

Slide 22 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Opgave 29 blz 180: lees de tekst Wereldhandelsorganisatie

De invoerrechten van de EU moeten....
A
Dalen
B
Stijgen

Slide 23 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Opgave 29 blz 180: lees de tekst Wereldhandelsorganisatie

De importquote van de EU moeten....
A
Dalen
B
Stijgen

Slide 24 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Opgave 29 blz 180: lees de tekst Wereldhandelsorganisatie

De exportsubsidies van de EU moeten....
A
Dalen
B
Stijgen

Slide 25 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Opgave 30 blz 180

Welk argument zullen westerse landen hebben om hun protectiemaatregelen niet af te schaffen?

Slide 26 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Opgave 31a blz 180

Bereken hoeveel de cacoaboer verdient aan een stuk melkchocolade.

Slide 27 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Opgave 31b blz 180

Bereken hoeveel de cacoaboer verdient aan een stuk melkchocolade.

Slide 28 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Opgave 32 blz 181:
lees de tekst Ontwikkelingssamenwerking + het bericht Hulp in de modder.

Van welk soort hulp is er in het bericht sprake?

Slide 29 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Opgave 33 blz 181

Wat is de juiste volgorde?
A
1,3,2
B
2,3,1
C
2,1,3
D
1,2,3

Slide 30 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Opgave 34

Zijn leningen een vorm van structurele hulp of niet? Geef een argument voor je mening.

Slide 31 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Samenvatting blz 181
Er zijn verschillende manieren om onderontwikkeling te bestrijden. Leningen met gunstige voorwaarden, zoals een lage rente of langere aflossingsperiode kunnen landen helpen. Met een microkrediet kunnen kleine ondernemers een klein bedrag lenen. De samenwerking tussen rijke landen en ontwikkelingslanden noem je ontwikkelingssamenwerking. Met structurele hulp kunnen arme landen economisch zelfstandig worden. Bij rampen of conflicten geven landen vaak nood hulp.


Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Afsluiten
Leerdoelen:

Je kunt nu: 

- Benoemen welke maatregelen ontwikkelingslanden vooruit helpen√
- Uitleggen waarom afspraken over vrijhandel lastig zijn√
- Benoemen war voor soorten hulp er zijn√




Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions