4.2 Wat valt er te kiezen?

Bij maatschappijleer gaat het vaak over politiek.
Wat wordt er met politiek bedoeld?

1 / 23
suivant
Slide 1: Question ouverte
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

Bij maatschappijleer gaat het vaak over politiek.
Wat wordt er met politiek bedoeld?

Slide 1 - Question ouverte

De politiek bemoeit zich met dingen die van algemeen belang zijn. Wat is dat?

Slide 2 - Question ouverte

4.2 Wat valt er te kiezen?

Slide 3 - Diapositive

Verkiezingen
  •  Bij verkiezingen stemmen we op volksvertegenwoordigers 

  • Zij zijn lid van een politieke partij

  • Elke partij heeft haar eigen, waarden, normen en belangen 

Slide 4 - Diapositive

Politieke Stromingen

Slide 5 - Diapositive

Politieke stromingen
  • Meeste partijen horen bij politieke stroming.

  • Wat is belangrijk in de maatschappij, hoe het best samen te leven

  • Liberalisme, sociaal-democratie, christen-democratie

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

1. Liberalisme
  • Het liberalisme is een stroming waarin vrijheid de belangrijkste waarde is.

  • Liberalen maken onderscheid tussen economische vrijheid en persoonlijke vrijheid

Slide 8 - Diapositive

Economische & Persoonlijke vrijheid
  • Economische vrijheid: zo min mogelijk regels om geld te verdienen. Overheid moet niet veel bemoeien met bedrijven en lonen. Iedereen zelf verantwoordelijk voor inkomen.

  • Persoonlijke vrijheid: leven zoals je wilt. Daarom zijn liberalen ook voor abortus. 

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

2. Sociaal-democratie
  • De sociaal democratie is een stroming waarin solidariteit en gelijkwaardigheid de belangrijkste waarden zijn. 

Slide 11 - Diapositive

Solidariteit & Gelijkwaardigheid
  • Solidariteit betekent dat je klaar staat voor mensen met wie het niet zo goed gaat. BV: mensen die niet genoeg geld hebben om zorgkosten te betalen.

  • Gelijkwaardigheid gaat dat iedereen dezelfde kansen krijgt. 

  • Sociaal-democraten willen ongelijkheid verminderen

Slide 12 - Diapositive

3. Christen-democratie
  • De christen-democratie is een stroming met het christelijke geloof  en bijbel als uitgangspunten.
  • Naastenliefde: voor elkaar zorgen
  • Overheid: alleen doen wat mensen niet kunnen doen.
  • God: heeft alles geschapen, dus netjes mee omgaan. 

Slide 13 - Diapositive

Welke stroming herken je?
Actualiteit: Horeca moet gesloten blijven (corona)

3 Verschillende oplossingen

Slide 14 - Diapositive

"Ondernemers in de horeca sector moeten meer financiële steun krijgen van de overheid!"
A
Liberalisme
B
Sociaal-democratie
C
Christen-democratie

Slide 15 - Quiz

"Niet de overheid, maar de ondernemers zelf moeten besluiten of ze open of gesloten willen blijven"
A
Liberalisme
B
Sociaal-democratie
C
Christen-democratie

Slide 16 - Quiz

"Horecaondernemers moeten voor elkaar zorgen en elkaar ondersteunen om open te blijven"
A
Liberalisme
B
Sociaal-democratie
C
Christen-democratie

Slide 17 - Quiz

Slide 18 - Diapositive

Links, midden en rechts
  • Een andere manier om partijen in te delen is links, midden en rechts. 

  • Hierbij kijk je naar de rol van de overheid in de maatschappij. Moet de overheid zich wel of niet bemoeien met maatschappelijke problemen?

Slide 19 - Diapositive

Linkse partijen
  • Linkse partijen zijn voor een: actieve overheid
  • Om de verschillen tussen arm en rijk te verkleinen moet de overheid ingrijpen. BV: zorgkosten
  • Rijke mensen en bedrijven moeten meer belasting betalen
  • Millieu belangrijk thema

Slide 20 - Diapositive

Rechtste partijen
  • Rechtste partijen zijn voor een: passieve overheid

  • Burgers moeten voor zichzelf zorgen en niet verwachten dat overheid alles regelt. 

  • Verschil arm en rijk logisch

  • Belangrijkste taak overheid: veiligheid. 

Slide 21 - Diapositive

Middenpartijen
  • Midden partijen: partijen die vinden dat de overheid alleen moet helpen als het mensen niet lukt. 

  • Zitten tussen rechtste partijen en linkse partijen in

  • Hebben zowel linkse als rechtste standpunten. 

Slide 22 - Diapositive

Populisme
  • Sommige partijen horen niet bij een stroming

  • Zeggen op te komen voor de belangen van 'gewone' burgers en willen zich afzetten tegen politieke elite: mensen die alleen aan zichzelf denken

  • Sterke nationalistische standpunten: immigratie, europa

Slide 23 - Diapositive