Leesvaardigheidstraining 2


Leesvaardigheid
Duits
1 / 30
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 5,6

Cette leçon contient 30 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon


Leesvaardigheid
Duits

Slide 1 - Diapositive

Woordenboekgebruik

Slide 2 - Diapositive

Tips woordenboekgebruik l
  • Tip 1: Zorg voor een redelijk recent uitgegeven woordenboek
     bijv. Coronakrise
  • Tip 2: Leer je woordenboek goed kennen
    bijv. schließen (ringel-S?)
  • Tip 3: Minimaliseer je woordenboekgebruik
    voorbereiding: zo groot mogelijke woordenschat
  • Tip 4: Heb je de betekenis echt nodig?
    is het nodig om het te begrijpen?

Slide 3 - Diapositive

Tips woordenboekgebruik ll
  • samengestelde woorden: 'der Bundesgesundheitsminister'
  • vervoegingen van werkwoorden: 'er versucht'
  • meervoudsvormen: 'die Kanäle'
  • afkortingen:  z.B.
  • afleiden uit een andere taal: 'die Konkretisierung'
  • context: 'Um den Geruch zu fangen, bildete er mit seinen Händen eine Glocke über den Kleidern, in die er wie einen (Klöppel) seine Nase steckte.' 

Slide 4 - Diapositive

Tips woordenboekgebruik lll
De meest voorkomende spreekwoorden en uitdrukkingen staan ook in een regulier woordenboek.

Waar vind je ze?
Je kijkt niet naar de eerste letter van het spreekwoord of van de uitdrukking, maar naar de eerste letter van het belangrijkste zelfstandig naamwoord.

vb. Die Geister scheiden sich. 

Slide 5 - Diapositive

Voorbeeld uitdrukking
Wat betekent: 'Da haben wir den Salat'?

Slide 6 - Question ouverte

Wat betekent: 'Mangel'?
Der Mangel an Medikamenten gegen Malaria verursachte große Probleme.

Slide 7 - Question ouverte

Wat betekent: 'die Außenfläche'?

Slide 8 - Question ouverte

Wat betekent: 'der Geschirrspüler'?

Slide 9 - Question ouverte

Wat betekent: 'er erblasst'?

Slide 10 - Question ouverte

Woordenschat

Slide 11 - Diapositive

Wat is de juiste vertaling van het volgende begrip: "die Bedingung"
A
de oplossing
B
het gevolg
C
de reden
D
de voorwaarde

Slide 12 - Quiz

Wat is de juiste vertaling van het volgende begrip: "entsprechen"
A
overeenkomen met
B
afwijken van
C
ondersteunen
D
verwerpen

Slide 13 - Quiz

Wat is de juiste vertaling van het volgende begrip: "das Ergebnis"
A
het resultaat
B
de oorzaak
C
het proces
D
de uitdaging

Slide 14 - Quiz

Wat is de juiste vertaling van het volgende begrip: "fordern"
A
aanbieden
B
eisen
C
vermijden
D
onderzoeken

Slide 15 - Quiz

Wat is de juiste vertaling van het volgende begrip: "der Hinweis"
A
het bezwaar
B
de beloning
C
de aanwijzing
D
het risico

Slide 16 - Quiz

Wat is de juiste vertaling van het volgende begrip: "die Tatsache"
A
de mening
B
het feit
C
de voorspelling
D
het gerucht

Slide 17 - Quiz

Wat is de juiste vertaling van het volgende begrip: "der Vorwurf"
A
het compliment
B
de suggestie
C
de verklaring
D
het verwijt

Slide 18 - Quiz

Wat is de juiste vertaling van het volgende begrip: "der Zweck"
A
de bedoeling
B
het middel
C
de oorzaak
D
het gevolg

Slide 19 - Quiz

Woordenschat uitbreiden l
Tip: leg en persoonlijke woordenlijst aan. Zet Duitse woorden, waarvan je denkt dat je ze regelmatig tegen zult komen, in een persoonlijke woordenlijst. Zet de Nederlandse betekenis, inclusief een voorbeeldzin, (context) erbij. Leer deze woordenlijst D - NL van buiten. 

Opdracht: zoek in het eindexamen dat nu voor je ligt 5 woorden,
waarvan je de betekenis niet weet. Zet de Nederlandse
vertaling, inclusief een voorbeeldzin erbij. 
timer
10:00

Slide 20 - Diapositive

Onbekende
Duitse woorden

Slide 21 - Carte mentale

Woordenschat uitbreiden ll
Andere manieren om je woordenschat uit te breiden:
- Reader ‘examentraining': leer de kern(basis)woorden en de signaalwoorden van buiten. 
- Oefen met oude eindexamenteksten via www.examenblad.nl. 
- Lees in een Duits leesboek, dat je interessant vindt.
- Kijk naar je favoriete Netflix-serie en stel de taal in op Duits (het liefst zonder ondertiteling). 
- Luister naar een interessante Duitse podcast als je op de fiets naar huis rijdt. 

Slide 22 - Diapositive

Opbouw examen VWO

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Vidéo

Stel hier je vraag/
maak een opmerking
over het filmpje

Slide 25 - Carte mentale

Is het verstandig om een tekst over te slaan (als ik hem moeilijk vind) en te bewaren tot het laatst?
A
Ja
B
Soms
C
Dat ligt aan het examen
D
Nee

Slide 26 - Quiz

Algemene tips

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Vidéo

Heb je een nieuwe waardevolle tip gekregen? Zo ja, welke?

Slide 29 - Question ouverte

Tip!
Vind je de filmpjes die je net zag interessant en zinvol? Kijk dan eens op: https://stories.nos.nl/ naar de zogenaamde 'Eindexamenspreekuren' van NOS Stories. Hier vind je ook voor je andere vakken interessante en zinvolle tips!

Slide 30 - Diapositive