Naamvallen havo 3

• Duits
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Week 24 les 3

Naamvallen

Lesdoel:

Je kunt m.b.v. de naamvalschema's de naamvallen bepalen.

Ik denk dat ik al veel heb geoefend voor de naamvallen.

Ja

Nee

Een beetje

Ik begrijp de stappen om een naamval te kunnen bepalen.

Ja

Nee

Wat zijn dit voor woorden? Mit nach bei seit von zu aus en wat kun je daarmee?

Keuzevoorzetsels: de 3e naamval = locatie of tijdsbepaling. De 4e naamval is beweging

Waar

Niet waar

Leg de 7/2-regel uit

Oefenen

Je krijgt nu enkele oefenzinnen.

Ga de stappen langs om tot een antwoord te komen. 

D____ Frau versucht (mij) _____ zu ärgern.

An d____ Abend (m) habe (ik) _____ mich in Jonathan verliebt.

Sie will in dies___ Haus (o) mit ein___ Hund (m) leben.

(Hij) ____ schickt sein___ Mutter dies___ Blumen.

Durch welch____ Tür (v) kommt man in jen____ Zimmer (o)?

Hast (jij) _____ es den Eltern (van je)_____ Freund___ erzählt?

Hat jed___Hund (m) solch___ kräftigen Zähne (mv)?

Ihr müßt doch (jullie)_____ Großeltern mal ein____ Brief (m) schreiben.

(Wij) ___ trinken nicht gern solch___ heißen Tee (m).

Erzählte er jed_____ Kind (o) dies____ Märchen (mv)?

Er ging mit sein_____ Freunden zu d___ Sportplatz (m).

Herr Meier ist ein Freund (van mijn) ______ Vater___.

Ik begrijp de stappen om een naamval te kunnen bepalen.

Ja

Nee