Werkwoordspelling - keuzewerktijd lj3 - p2 - les 3 herhaling voorg.

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Wat gaan we deze les doen?

Lesdoel: aan het einde van deze les heb ik alles wat we geleerd hebben herhaald en er extra mee geoefend zodat ik het extra goed snap. 

1. Samen                                                                                            10- 15 min.    
2. Extra uitleg / aan de slag                                                           25       min. 
3. Afsluiter

Wat is de regel voor de tegenwoordige tijd?

Wat is de regel voor de verleden + voltooide tijd?

We willen weten wat de voltooide tijd van gooien is, dus we kijken naar de laatste letter van de stam. Schrijf je 'gegooit' of 'gegooid'?

1. Gegooid, want klinkers tellen niet mee in 't ex-kofschip
2. Gegooit, want de 'i' zit in 't ex-kofschip

Wat is de STAM van verhuizen?

1. verhuis
2. verhuiz

Hoe weet je nou hoe je een werkwoord spelt?

WELKE TIJD? 

Schrijf de volgende woorden steeds in drie tijdsvormen vanuit de 'ik':

tegenwoordige tijd - verleden tijd - voltooide tijd

Verhuizen

Geven 

Mailen 

Voorbeeld 'lopen':

loop-liep-heb gelopen

Jij ...(worden) hier toch veel te oud voor?

...(verhuizen) hij vandaag naar Hilversum?

Nee, hij is gisteren al...(verhuizen)!

Het ...(gebeuren) niet vaak dat wij het eens zijn.

Of vind jij wel dat dit best vaak is (gebeuren)?

Ik ...(worden)dit zo zat.

Verleden tijd + voltooide tijd

Regel:   'T SeXy FoKSCHaaP 

Stap 1: noteer de ik-vorm        

Stap 2. Bedenk in gedachten wat de laatste letter van de stam is (hele ww - en) 

Stap 3. Laatste letter in 'T SeXy FoKSCHaaP? +t(e)(n)
              Laatste letter NIET in 'T SeXy FoKSCHaaP? +d(e)(n)  

Ik verhuisde                              ik overnachtte 

Hij is verhuisd                           wij overnachtten
                  

Ik waste 

Voor de spelling van sterke werkwoorden gebruiken we geen regels, hier moet je mee oefenen.

STAP 1

1. Schrijf de ik-vorm op 

Hij heeft jou nooit echt (geloven).

Wij (overnachten) daar vorig jaar.

extra uitleg / aan de slag

Ik kan het al supergoed

• Maak taak 2: opdr. 3 + 4 + 5 en kijk na (v.t.) 
  
• Klaar? Maak taak 3 (v.d.) 

Ik snap uw uitleg, maar vind dit wel moeilijk

• Maak taak 2: opdr. 1, 2, 3 + 5 en kijk na (v.t.) 
• Klaar? Maak taak 3 (v.d.) 

Ik vind het heel lastig

• We werken samen aan taak 2 

Klaar? cambiumned.nl

Spelletjes werkwoordspelling

Klik op het linkje in Classroom 

Hoe gaat het?

1. Ik kan dit
2. Mwahhh
3. Mag ik weg? Ik geef het op