1.1 Dichtheid en kookpunt/-traject

• Scheikunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

1.1 Dichtheid en kookpunt/-traject

Deze les

• Quizvragen vorige les
• Uitleg dichtheid
• Maken 8 + 9
• Uitleg kook/smeltpunt en -traject
• Maken 14, 15, 17, 19

Oplosbaarheid is een stofeigenschap.

1. Waar
2. Niet waar

Temperatuur is een stofeigenschap.

1. Waar
2. Niet waar

Massa is een stofeigenschap.

1. Waar
2. Niet waar

Kraanwater is een ...

1. Zuivere stof
2. Mengsel

Brons is een ...

1. Zuivere stof
2. Mengsel

Haarlak is een ...

1. Suspensie
2. Emulsie
3. Nevel
4. Gasmengsel

Slootwater is een ...

1. Suspensie
2. Emulsie
3. Oplossing
4. Schuim

Mayonaise is een ...

1. Suspensie
2. Emulsie
3. Legering
4. Schuim

Zeewater is een ...

1. Suspensie
2. Emulsie
3. Oplossing
4. Legering

1.1 Dichtheid en kookpunt/-traject

Doelen voor deze les

Na deze les:

• ken je de formule om dichtheid te berekenen en kun je hier berekeningen mee uitvoeren;
• weet je het verschil tussen een kook/smeltpunt en -traject;
• kun je zelf een stol/smeltcurve (grafiek) tekenen.

Dichtheid

• Dichtheid is een stofeigenschap.
• Geeft aan wat de massa is van een bepaald volume.
• Je kan dus niet zeggen: 1 kg = 1 L ! Dat geldt alleen (ongeveer) voor water.
• Dichtheid is meestal gegeven in kg/m3 of g/L.

Voorbeeld 1

Een blokje heeft een massa van 1,25 gram. Het volume van dit blokje is 2,5 mL. Bereken de dichtheid van dit blokje in g/L.

Antwoord

Dichtheid = massa / volume

Massa = 1,25 g

Volume = 2,5 mL = 0,0025 L

Dichtheid = 1,25 g / 0,0025 mL = 500 g/L

Voorbeeld 2

Een voorwerp heeft een massa van 12 gram. De dichtheid van dit voorwerp is 133 g/L. Bereken het volume van het voorwerp in mL.

Antwoord

Dichtheid = massa / volume

Volume = massa / dichtheid = 12 g / 133 g/L = 0,090 L = 90 mL 

Even oefenen

Maak vraag 8 + 9 in je boek.

Klaar? Lees de alinea 'Mengsel of zuiver' in je boek (1.1).

Kook/smeltpunt en -traject

• Zuivere stoffen hebben een smeltpunt en kookpunt.
• Mengsels hebben een smelttraject en kooktraject.

Aan de slag

Maak vragen 14, 15, 17, 19 in je boek.