3.5 Afronden

3.5 Afronden
1 / 29
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

3.5 Afronden

Slide 1 - Diapositive

Dit doen wij vandaag
1. Huiswerk
2.Terugblik 3.4
3. Uitleg hoofdstuk 3.5
4. aan de slag met hoofdstuk 3.5
5. afsluiten
Doel: aan het einde van de les kan ik afronden op 1 en 2 decimalen en kan ik zinvol afronden

Slide 2 - Diapositive

Huiswerkcontrole

Slide 3 - Diapositive

Dit doen wij vandaag
1. Huiswerk
2.Terugblik 3.4
3. Uitleg hoofdstuk 3.5
4. aan de slag met hoofdstuk 3.5
5. afsluiten
Doel: aan het einde van de les kan ik afronden op 1 en 2 decimalen en kan ik zinvol afronden

Slide 4 - Diapositive

Terugblik
begrippen: som, verschil, product en quotient
teller en noemer
van breuken naar decimalen
van decimalen naar breuken

Slide 5 - Diapositive

Schrijf als kommagetal
A
0,40
B
0,20
C
0,50
D
0.52

Slide 6 - Quiz

Schrijf als een decimaal getal
A
5,38
B
5,375
C
53,8
D
5,83

Slide 7 - Quiz


A
B
C
D

Slide 8 - Quiz

Groter >, kleiner < of gelijk =
43 ...... 34
A
>
B
<
C
=

Slide 9 - Quiz

Dit doen wij vandaag
1. Huiswerk
2.Terugblik 3.4
3. Uitleg hoofdstuk 3.5
4. aan de slag met hoofdstuk 3.5
5. afsluiten
Doel: aan het einde van de les kan ik afronden op 1 en 2 decimalen en kan ik zinvol afronden

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Diapositive

Slide 13 - Diapositive

zinvol afronden
In sommige situaties moet je zinvol afronden. 
Bijvoorbeeld: Als je 50 koekjes nodig hebt en er zitten in elke verpakking 15 koekjes. 50:15= 3,3333
Maar ik kan niet 0,3333 pakken kopen. 
Koop ik er 3, dan heb ik te weinig, dus ik moet er 4 kopen. 
Ik rond dan zinvol af naar ≈  4 pakken.

Slide 14 - Diapositive

Even                                     oefenen

Slide 15 - Diapositive

Hoeveel decimalen heeft het getal?
2
3
4
3,4
2,333
1,5590
0,20

Slide 16 - Question de remorquage

Rond af op 1 decimaal:
3,45

Slide 17 - Question ouverte

Rond af op 1 decimaal:
0,34

Slide 18 - Question ouverte

Rond af op 1 decimaal:
0,345

Slide 19 - Question ouverte

Rond af op 2 decimalen:
0,345

Slide 20 - Question ouverte

30 kinderen worden verdeelt over boten waar 7 kinderen in kunnen.
Hoeveel boten zijn er nodig?
A
4, want 4 x 7= 28
B
5, want 5 x 7 = 35

Slide 21 - Quiz

Dit doen wij vandaag
1. Huiswerk
2.Terugblik 3.4
3. Uitleg hoofdstuk 3.5
4. aan de slag met hoofdstuk 3.5
5. afsluiten
Doel: aan het einde van de les kan ik afronden op 1 en 2 decimalen en kan ik zinvol afronden

Slide 22 - Diapositive

Maak de volgende opdrachten
Wat? Hoofdstuk 3.5 opdracht 36 t/m 43. blz. 108-110
Hoe? 10 minuten in stilte, daarna overleggen op fluistertoon
Vragen? wacht tot ik langsloop. Kijk eerst naar de voorbeelden.
Klaar? laat zien en nakijken en maak de uitdagende
              opdracht. 
Ook dat klaar? boek lezen/ huiswerk ander vak of
                              bij mij puzzel halen. 
timer
10:00

Slide 23 - Diapositive

Dit doen wij vandaag
1. Huiswerk
2.Terugblik 3.4
3. Uitleg hoofdstuk 3.5
4. aan de slag met hoofdstuk 3.5
5. afsluiten
Doel: aan het einde van de les kan ik afronden op 1 en 2 decimalen en kan ik zinvol afronden

Slide 24 - Diapositive

Rond af op 2 decimalen:
0,598

Slide 25 - Question ouverte

Rond af op 3 decimalen:
1,2333333

Slide 26 - Question ouverte

Rond af op 3 decimalen:
6,78940

Slide 27 - Question ouverte

Rond af op 3 decimalen:
12,239876

Slide 28 - Question ouverte

En tot de volgende les!

Slide 29 - Diapositive