quiz school

vwo-23
Voorjaarsvakantie-
inluid-QUIZ!
1 / 54
suivant
Slide 1: Diapositive
WiskundeMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2,3

Cette leçon contient 54 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

vwo-23
Voorjaarsvakantie-
inluid-QUIZ!

Slide 1 - Diapositive

Ronde 1
Carnaval

Slide 2 - Diapositive

1. Waarom viert men carnaval?
A
Het is een feest vóór de vastenperiode.
B
Het is de vastenperiode voor Pasen.
C
Het is om verboden dingen te mogen doen.
D
Het is een viering na de Kerst.

Slide 3 - Quiz

2. Wat betekent het woord carnaval?
A
Vaarwel feest
B
Vaarwel bier
C
Vaarwel vlees
D
Vaarwel

Slide 4 - Quiz

3. Welke stad heet
Lampegat?
A
Klundert
B
Best
C
Oudenbosch
D
Eindhoven

Slide 5 - Quiz

4. Welke stad heet
Oeteldonk?
A
Oosterhout
B
Bavel
C
Eindhoven
D
Den Bosch

Slide 6 - Quiz

5. Uit hoeveel personen
bestaat de Snollebollekes?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 7 - Quiz

6. Rob Kemps, bekend van Snollebollekes werd dit jaar plotsklaps nog bekender. Waardoor?
A
Hij won 'Wie is de Mol'
B
Hij won 'De slimste mens'
C
Hij won 'Expeditie Robinson'
D
Hij won een Guinness book of records award

Slide 8 - Quiz

7. In de Carnaval steken we de draak met het gewone leven.
Ook dansmariekes zijn een persiflage!
Waarmee steken dansmariekes de draak?
A
Met de dans in het algemeen
B
Met het Pruisische leger uit de 18e eeuw
C
Met de CanCan uit het Parijse nachtleven
D
Met de stijve jeugd van tegenwoordig

Slide 9 - Quiz

8. Hoe noem je de woensdag na carnaval
A
Kruisjeswoensdag
B
Haringhapwoensdag
C
Aswoensdag
D
Waswoensdag

Slide 10 - Quiz

9. Met welk feest wordt de vastenperiode afgesloten?
A
Pasen
B
Hemelvaart
C
Pinksteren
D
Kerst

Slide 11 - Quiz

Lees deze tekst:
There’s thunder and lightening and it rains liters beer
It will be pumping or drowning, that’s the only way
To stay on the right course with the wind in our backs
Enjoy with all you got, because these times will never come back

Slide 12 - Diapositive

10. Van welke Nederlandse carnavalskraker heb je zojuist de Engelse vertaling gelezen?
A
Zak es lekker door
B
Brabantse nachten zijn lang
C
En nou die handjes, de lucht in
D
't dondert en het bliksemt

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Vidéo

Voorjaarsquiz
Weetjes algemeen...?

Slide 15 - Diapositive

1. Provincies van Nederland

Noord-Holland

Zeeland

Overijssel

Groningen

Gelderland

Friesland

Flevoland

Noord-Brabant

Zuid-Holland

Limburg

Drenthe

Utrecht

Slide 16 - Question de remorquage

2. Biologie & schaatsen: Welke van onderstaande botten is één van de meest voorkomende botbreuken ?
A
Sleutelbeen
B
Bovenbeen
C
Spaakbeen
D
Ruggewervel

Slide 17 - Quiz

3. Nieuwe president!
Maar welke president
staat afgebeeld op de:
A
Theodore Roosevelt
B
George Washington
C
Herbert Clark Hoover
D
Chester Alan Arthur

Slide 18 - Quiz

3. Klassieke taal: welk automerk betekent in het Latijn: "ik hoor"?
A
Mercedes
B
BMW
C
Audi
D
Lexus

Slide 19 - Quiz

4. Boefjes: Hoe heet de
bekendste schurk uit
Suske en Wiske?
A
Barabas
B
Krimson
C
Kingpin
D
Roodschedel

Slide 20 - Quiz

5. kb2d: Van welke kunstenaar is dit werk?
A
Pablo Picasso
B
Leonardo da Vinci
C
Edvard Munch
D
Peter Paul Rubens

Slide 21 - Quiz

6. wiskunde: Hoeveel stippen heeft een dobbelsteen?
A
21
B
24
C
27
D
29

Slide 22 - Quiz

7. geschiedenis:
Welke kleur had Coca Cola oorspronkelijk?
A
groen
B
rood
C
blauw
D
zwart

Slide 23 - Quiz

8. S&B: Hoe heet het in de sneeuw uitgezette spoor bij het langlaufen?
A
Trail
B
Skating
C
Binding
D
Loipe

Slide 24 - Quiz

9. mediawijs?
Op welke foto zien we het juiste
Google logo?
A
A
B
B

Slide 25 - Quiz

10. Som: Hoeveel wenkbrauwen hebben Bert en Ernie samen?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 26 - Quiz

Slide 27 - Diapositive

Ronde 3
Muziekjes

Slide 28 - Diapositive

1. Kraantje pappie heeft een liedje. Dit liedje heet welkom in de ....
A
Kroeg
B
Feesttent
C
Stad
D
Carnavalstent

Slide 29 - Quiz


Geluidsfragment 1
2. Een recent nummer om er even in te komen... Wie zingt dit? 

A
Rihanna
B
Pink
C
Davina Michelle
D
Maan

Slide 30 - Quiz

muziekvraag 3

Slide 31 - Diapositive

3. Wat is de titel van dit liedje?
A
Tulips
B
Horseflowers
C
Daisies
D
Roses

Slide 32 - Quiz

4. Welke icoon uit de jaren ’80 horen we hier?
Geluidsfragment 2
A
Kylie Minogue
B
Cher
C
Madonna
D
Janet Jackson

Slide 33 - Quiz

5. Een hit van?
Geluidsfragment 4
A
Pharrell Williams
B
Will.i.am
C
Sam Smith
D
Justin Timberlake

Slide 34 - Quiz

0

Slide 35 - Vidéo

6. In welk jaar stierf deze bijzondere legende?
A
2009
B
2010
C
2008
D
2011

Slide 36 - Quiz

0

Slide 37 - Vidéo

7. Maak het refrein af......
A
Leef, alsof het de eerste dag is, leef alsof de middag niet meer komt
B
Leef alsof je een dronken dag is, leef alsof er morgen niet bestaat
C
Leef alsof het je laatste dag is, leef alsof de morgen niet bestaat
D
Leef alsof het je laatste dag is, leef alsof ik morgen niet besta

Slide 38 - Quiz

0

Slide 39 - Vidéo

8. Wat is de echte naam van Boef?
A
Sofiane Boussaadia
B
Boussaadia Mohammed
C
Achmed Bassiem
D
Sofiane Bassiem

Slide 40 - Quiz

0

Slide 41 - Vidéo

9. Zijn moeder komt uit...en zijn vader is....?
(Van Ronnie Flex)
A
Antilliaanse moeder en een Molukse vader
B
Surinaamse moeder en een Molukse vader
C
Molukse moeder en een Surinaamse vader
D
Surinaamse Moeder en Antilliaanse vader

Slide 42 - Quiz


10. Welke DJ heeft dit nummer gemaakt?
Muziekvraag 10
A
B
C
D

Slide 43 - Quiz

Voorjaarsvakantie
Snelle-vragen-laatste-ronde

Slide 44 - Diapositive

Waar of niet Waar?
10 seconden per vraag

Slide 45 - Diapositive

1. Flamingo's zijn blind, ze kunnen goed vissen omdat ze erg goed kunnen ruiken
A
Waar
B
Niet waar

Slide 46 - Quiz

2. Amerika telt 53 staten
A
Waar
B
Niet waar

Slide 47 - Quiz

3. Een Engelse mijl is ongeveer 1,6 kilometer
A
Waar
B
Niet waar

Slide 48 - Quiz

4. Het Romeinse cijfer D is 500
A
Waar
B
Niet waar

Slide 49 - Quiz

5. Bloed drijft op water
A
Waar
B
Niet waar

Slide 50 - Quiz

6. Linkshandige mensen leven langer dan rechtshandige mensen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 51 - Quiz

7. De winnaar van de Giro d'Italia heeft een roze trui
A
Waar
B
Niet waar

Slide 52 - Quiz

9. Sleep de juiste afbeelding bij de juiste sport.
Hardlopen
Turnen
Hockey

Handbal

zaalvoetbal
Voetbal

Slide 53 - Question de remorquage

8. Zet in volgorde van langzaam naar snel.

Slide 54 - Question de remorquage