Dinsdag 21_09_2021

21    september    2021
1 / 23
suivant
Slide 1: Diapositive
Alfabetisering NT2PraktijkonderwijsLeerjaar 1

Cette leçon contient 23 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

21    september    2021

Slide 1 - Diapositive

Doelen
de woonkamer/de keuken hh

praat je mee? 6.4**

Wat is het probleem?/ Wanneer bent u thuis?/ Wat is uw adres?


Lezen/Schrijven

Lezen : Het stinkt in de keuken.



Slide 2 - Diapositive

5

Slide 3 - Vidéo

00:25
Waar staan de tafel en de bank?
A
in de badkamer
B
woonkamer
C
in de gang
D
in de keuken

Slide 4 - Quiz

01:23
Waar staan de eettafel en de stoelen?
A
in de keuken
B
in de woonkamer
C
in de badkamer
D
in de kast

Slide 5 - Quiz

02:27
Wat doe je aan?
A
de woonkamer
B
de lamp
C
het licht
D
de zolder

Slide 6 - Quiz

02:56
Waar staat de oven?
A
in de badkamer
B
in de gang
C
in de keuken
D
in de slaapkamer

Slide 7 - Quiz

03:29
In de badkamer staat
A
een oven
B
een bank
C
een bad
D
een bed

Slide 8 - Quiz

bord
glas
mes
kopje

Slide 9 - Question de remorquage

keuken
woonkamer
slaapkamer
tuin

Slide 10 - Question de remorquage

lepel
kraan
pan
fornuis

Slide 11 - Question de remorquage

aanrecht
keukenla
koelkast
vork

Slide 12 - Question de remorquage

gootsteen
magnetron
koffiemachine
waterkoker

Slide 13 - Question de remorquage

deksel
koekenpan
kookpan
kookplaat

Slide 14 - Question de remorquage

praat je mee? 6.4**

Slide 15 - Diapositive

de  deur  is   kapot.

Slide 16 - Diapositive

de  kraan  lekt.

Slide 17 - Diapositive

Wat kan jij (zelf) maken?

ik
Wie kan het maken voor jou?

iemand    anders

Slide 18 - Diapositive

Taalbeat 6.4**

Slide 19 - Diapositive

A: Waarmee   kan   ik   u  helpen?

A: Wat is het probleem?

A: Wanneer bent u thuis?

A: Wat is uw adres?

B:  Ik heb een probleem.


B:  Mijn deur  is kapot.

B: Op woensdagmiddag.

B: Melkweg, 4, in Hoorn

Slide 20 - Diapositive

A: Waarmee   kan   ik   u  helpen?

A: Wat is het probleem?

A: Wanneer bent u thuis?

A: Wat is uw adres?

B:  Ik heb een probleem.


B:  Mijn_______is kapot.

B: Op___________________

B:__________________

Slide 21 - Diapositive

Wat ging goed?
de woonkamer/de keuken hh

praat je mee? 6.4**

Wat is het probleem?/ Wanneer bent u thuis?/ Wat is uw adres?
kan jij zelf maken? of laat je het maken?

Lezen/Schrijven
Lezen : Het stinkt in de keuken.




















Slide 22 - Diapositive

Tot volgende week!

Slide 23 - Diapositive