H 2.1 soorten mengels

2.1 Soorten mengsels
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

2.1 Soorten mengsels

Slide 1 - Diapositive

Leerdoelen

Aan het einde kun je uitleggen:

  • Wat het verschil is tussen een oplossing en suspensie
  • Welke 7 typen mengsels er zijn + voorbeelden geven
  • Wat een emulsie is en de functie van een emulgator beschrijven

Slide 2 - Diapositive

Zuivere stof / mengsel

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

7 soorten mengsels
- Oplossing
- Suspensie
- Emulsie
- Legering
- Rook
- Schuim
- Nevel

Slide 5 - Diapositive

Oplossing = helder
(Vast, vloeibaar of gas in een vloeibaar oplosmiddel)
(Moleculen zitten hier door elkaar heen)

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Diapositive

Suspensie = troebel

(Vaste stof opgelost in een vloeistof)


Slide 8 - Diapositive

Emulsie
  • Mengsel tussen 2 vloeistoffen (bv. olie en water)
  • Troebel en gekleurd
  • Tweelagensysteem
  • Emulgator nodig 

Slide 9 - Diapositive

Ontmengen
Emulsie
Emulgator toevoegen

Slide 10 - Diapositive

Blauw = Oplossing
Rood = Emulsie
Wit = Suspensie

Slide 11 - Diapositive

Mengsels
Oplossing:  Heldere vloeistof

Suspensie: Een mengsel van een vaste stof in een vloeistof. Dit is troebel. 
                        
Emulsie: Een mengsel van twee vloeistoffen. Dit is troebel.
                      

Slide 12 - Diapositive

 Overige 4 mengsels
Nevel (mist): Vloeistof verdeeld in een gas 

Rook : Vaste stof verdeeld in een gas 

Legering (brons): Metaal gemengd met een ander metaal 

Schuim (slagroom): Een mengsel van een gas in een vloeistof

Slide 13 - Diapositive

Homogeen mengsel of heterogeen mengsel?
Homogeen mengsel: je ziet geen verschillende stoffen
(oplossing en legering)

Heterogeen mengsel: je ziet wel verschillende stoffen
(alle andere mengsels)

Slide 14 - Diapositive

Welk soort mengsel is dit?
A
oplossing
B
suspensie
C
emulsie

Slide 15 - Quiz

Welk mengsel is altijd helder?
A
Suspensie
B
Oplossing
C
Emulsie
D
Emulgator

Slide 16 - Quiz

Hoe heet een mengsel van een vaste stof in een gas?
A
Rook
B
Legering
C
Nevel
D
Schuim

Slide 17 - Quiz

Legering is een homogeen mengsel
A
Juist
B
Onjuist

Slide 18 - Quiz

Water gemengd met zand is een
A
Suspensie
B
Emulsie
C
Oplossing

Slide 19 - Quiz

Spa rood is een ?
A
suspensie
B
emulsie
C
oplossing
D
nevel

Slide 20 - Quiz

Een emulsie is helder en soms gekleurd
A
Juist
B
Onjuist

Slide 21 - Quiz

Hoe heet het mengsel van een vloeistof in een gas?
A
schuim
B
rook
C
oplossing
D
nevel

Slide 22 - Quiz

Soorten mengsels

Oplossing: helder mengsel van een vloeistof met een vaste stof.

Suspensie: Troebel mengsel van een vaste stof in een vloeistof.

Emulsie: Troebel mengsel van twee vloeistoffen.

Slide 23 - Diapositive

Oplossing
Suspensie

Slide 24 - Diapositive

Emulsie: een mengsel van 2 vloeistoffen die niet in elkaar oplossen.
water en olie
Een emulsie is altijd troebel.

Een emulgator is een stof die ervoor zorgt dat een emulsie niet gaat ontmengen.

Slide 25 - Diapositive

de rook
Andere mengsels die we onderscheiden zijn:
Rook: een mengsel van een vaste stof in een gas.
Schuim: een mengsel van een gas en een vloeistof.
Nevel: een mengsel van een vloeistof in een gas.

Slide 26 - Diapositive

Soorten mengsels
Een mengsel bestaat uit twee of meer stoffen.
Een helder mengsel is homogeen: de stoffen zijn volledig gemengd
Een troebel mengsel is heterogeen: de stoffen zijn niet volledig gemengd.
betekenis fase-aanduidingen:
(s) = solid > vaste stof
(l) = liquid > vloeistof
(g) = gas > gas
rook
(s) + (g)
nevel
(l) + (g)

Slide 27 - Diapositive