Cette leçon contient 15 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
Leg je deze materialen op tafel?
Ipad
leesboek
pen
lesboek
schrift
Slide 1 - Diapositive
Wat gaan we deze les doen?
§12 Werkwoordalarm
§13 Persoonsvorm in samengestelde zinnen
Doel: Je kunt moeilijke werkwoorden spellen
Doel: Je kunt de persoonsvorm in samengestelde zinnen spellen
Slide 2 - Diapositive
Werkwoordspelling leerjaar 2
Herhalen woordspelling leerjaar 1
Engelse werkwoorden
Voltooid deelwoord, bijvoeglijk gebruikt
Werkwoordalarm
Persoonsvorm in samengestelde zin
Slide 3 - Diapositive
Persoonsvorm in samengestelde zin
Een enkelvoudige zin is een zin met één persoonsvorm.
Voorbeeld: Op het schoolplein dansten de leerlingen tot laat in de avond.
Een samengestelde zin is een zin met meer persoonsvormen.
Voorbeeld: De scooter van Isam werd gestolen, toen hij een broodje kocht.
Slide 4 - Diapositive
Zo vind je de persoonsvormen in samengestelde zinnen.
Probeer alle werkwoorden van tijd te veranderen. De werkwoorden waarbij dat kan, zijn persoonsvormen, de andere werkwoorden zijn infinitief (hele werkwoord), voltooid deelwoord of onvoltooid deelwoord.
Dus de zin vragend maken is geen goed idee! Je vindt dan maar één persoonsvorm.
Slide 5 - Diapositive
Een voorbeeld
– De gemeenteraad heeftbesloten dat de kleine dorpsschoolwordtopgeheven als het leerlingenaantal nog verder zal teruglopen.
– De gemeenteraad had besloten dat de kleine dorpsschool werd opgeheven als het leerlingenaantal nog verder zou teruglopen.
De werkwoorden heeft, wordt en zal kun je van tijd veranderen en zijn dus persoonsvormen.
Besloten, opgeheven en teruglopen kun je niet van tijd veranderen en zijn dus geen persoonsvormen: besloten en opgeheven zijn voltooide deelwoorden en teruglopen is een infinitief.
Slide 6 - Diapositive
Hoeveel persoonsvormen staan er in onderstaande zin?
Door het donkere bos liepen vreemde, groen geverfde mannetjes.
A
1
B
2
C
3
Slide 7 - Quiz
Hoeveel persoonsvormen staan er in onderstaande zin?
Wil je een ijsje of wil je een kaassoufflé?
A
1
B
2
C
3
Slide 8 - Quiz
Hoeveel persoonsvormen staan er in onderstaande zin?
Heb je het appje dat Floris gestuurd heeft, wel gelezen?
A
1
B
2
C
3
Slide 9 - Quiz
Hoeveel persoonsvormen staan er in onderstaande zin?
Max' boodschap kun je niet verkeerd hebben begrepen, want die was erg duidelijk!
A
1
B
2
C
3
Slide 10 - Quiz
Hoeveel persoonsvormen staan er in onderstaande zin?
Het kaassouffleetje dat ik gisteren at, was niet echt lekker, doordat het niet gaar was.
A
1
B
2
C
3
Slide 11 - Quiz
Hoeveel persoonsvormen staan er in onderstaande zin?
Als je hard leert, ga je over naar de derde en dan krijg je een nieuwe spelcomputer.
A
1
B
2
C
3
Slide 12 - Quiz
Zelfstandig werken
1) Maak van §12 op blz. 240/241 opdracht 1, 2 en 3
2) Maak van §13 op blz. 246/247 opdracht 1, 2 en 4